Wageningen Universiteit en Researchcentrum
arabis-mozaïekvirus in tulp en andere bolgewassen
Verspreiding van Arabis-mozaïekvirus in tulp en andere bolgewassen
Agenda
10 mei 2011
Onderdeel: Praktijkonderzoek Plant en Omgeving
Arabis-mozaïekvirus (ArMV) is een virus met een brede
waardplantenbereik. Niet alleen bloembolgewassen maar ook vaste
planten, diverse onkruiden en voedselgewassen zijn vatbaar voor dit
virus. Vanwege de grote schadelijkheid van ArMV bij voedselgewassen als
aardbei, framboos, druif en hop stellen diverse ontvangende landen
strenge eisen aan de export van bloembollen vanuit Nederland. De
strenger wordende exporteisen van China zijn in 2007 aanleiding geweest
voor het opstarten van dit onderzoek: risicoâs voor infectie en de
verspreiding van ArMV in bloembolgewassen.
De vrijlevende nematode Xiphinema diversicaudatum speelt een cruciale
rol bij de infectie met ArMV en de verspreiding van dit virus binnen en
tussen partijen bolgewassen. Bolgewassen als bijvoorbeeld tulp,
gladiool en Zantedeschia kunnen via X. diversicaudatum relatief
eenvoudig geïnfecteerd raken met ArMV. Anderzijds kan een virusvrije
X. diversicaudatum besmet raken met ArMV wanneer deze nematode zich
voedt op een ArMV-geïnfecteerd bolgewas. Onkruiden als vogelmuur
(Stellaria media) en herderstasje (Capsella bursa-pastoris) zijn
waardplant voor ArMV. Deze onkruiden kunnen enerzijds ArMV-
geïnfecteerd raken via X. diversicaudatum. Anderzijds kunnen nematoden
besmet raken met ArMV wanneer ze voeden op virusgeïnfecteerd onkruid.
Deze onkruiden kunnen als meerjarig virusreservoir dienen omdat ArMV
via zaad overgaat naar een nieuwe generatie onkruid. Tevens leidt
virusoverdracht via zaad tot een verspreiding over grotere afstand van
virusgeïnfecteerd plantmateriaal dan virusverspreiding uitsluitend via
nematoden die slechts 0.5 meter per jaar afleggen.
Het onderzoek heeft duidelijk gemaakt dat niet alle vatbare gewassen
eenvoudig geïnfecteerd raken met ArMV wanneer deze op virulente grond
worden geteeld. Is een gewas niet aantrekkelijk voor X. diversicaudatum
dan zal de nematode zich niet of nauwelijks voeden op de wortels van
dit gewas waardoor er geen of weinig infectie met ArMV optreden. Geen,
of relatief weinig infectie met ArMV is waargenomen voor vatbare
gewassen als Dahlia, Hollandse Iris, narcis en lelie.
Met de verkregen resultaten vanuit de teelt van vatbare bolgewassen,
vaste planten, akkerbouwgewassen en onkruid is een analyse gemaakt wat
de meerjarenrisicoâs zijn voor infectieuze percelen. Deze analyse heeft
uiteindelijk geleid tot een aantal van praktische maatregelen waarmee
enerzijds infectie van een virusvrij gewas voorkomen moet kunnen
worden, en anderzijds reeds bestaande infecties in een partij niet
verder zullen toenemen. Bij de teelt van een vatbaar bolgewas is
infectie met ArMV te voorkomen wanneer men aandacht besteed aan de
keuze van percelen, het gebruikte uitgangsmateriaal en onkruid. Er zijn
diverse mogelijkheden om de risicoâs op ArMV-infectie in te schatten en
hierop te anticiperen.
Contact
Maarten de Kock