Universiteit van Tilburg

Persbericht 11 mei 2011

Bijna-monopolie zoekmachine Google stagneert innovatie

De huidige markt voor zoekmachines prikkelt marktleider Google (meer dan 90% marktaandeel in de meeste Europese landen) onvoldoende tot innovatie. Zoekmachines zoals Google, Yahoo en Bing zouden hun informatie over het ' klikgedrag' van gebruikers moeten delen om de kwaliteit van de zoekresultaten te verbeteren. Dit concluderen Cédric Argenton en Jens Prüfer van Tilburg University in hun onderzoeksrapport 'Search Engine Competition with Network Externalities.'

De kwaliteit van zoekmachines is afhankelijk van het algoritme dat het zoekproces stuurt en de kennis die het systeem heeft opgedaan door het klikgedrag van gebruikers. Iedere zoekvraag en het geselecteerde resultaat worden geregistreerd en benut om de resultaten van nieuwe zoekvragen te verfijnen. De zoekmachine wordt slimmer door het gebruik. Google had met 35 procent in 2003 slechts iets meer marktaandeel in Amerika dan Yahoo, maar is door deze geringe voorsprong exponentieel sneller gegroeid dan zijn concurrenten. Yahoo en Bing kunnen de achterstand niet meer inhalen, ondanks de investeringen die zij doen om de kwaliteit van het zoekproces te verbeteren. De innovaties wegen niet op tegen het voordeel dat Google heeft van de verzamelde informatie. "Google wordt op dit moment verondersteld de beste zoekmachine te zijn omdat die de meeste gebruikers heeft. Daardoor vergaart de zoekmachine de meeste kennis over dat wat gebruikers daadwerkelijk zoeken. Wij weten niet zeker of Google wel echt een beter algoritme heeft dan zijn concurrenten", verklaart Prüfer.

Concurrentie als versneller van innovatie
Om te zien welke zoekmachine daadwerkelijk de beste is, zou informatie over het 'klikgedrag' van gebruikers tussen de zoekmachines uitgewisseld moeten worden. De concurrentie is dan nog puur op basis van de kwaliteit van het algoritme, 466 3250 wat de bedrijven dwingt tot innovatie om hun concurrentiepositie te versterken. Deze concurrerende oligopolie moet leiden tot hogere kwaliteit van zoekresultaten en gebruikersvoordeel. "De rol van zoekmachines in ons dagelijks leven, zowel privé als zakelijk, is zo groot dat snellere innovatie een groot verschil kan maken", stelt Prüfer.

De US Department of Justice zou deze haast monopolistische marktstructuur aan kunnen pakken, en anders de Europese Commissie. Deze partijen ontvingen het onderzoeksrapport van de twee wetenschappers. De onderzoekers richten zich in een vervolgstudie op de juridische aspecten van het voorstel om de zoekgegevens tussen de zoekmachines te delen.

Google zou om twee redenen kunnen overgaan tot het uitwisselen van gebruikersgegevens: wanneer een antitrust autoriteit ingrijpt, zoals de US Department of Justice, of anders de Europese Commissie. Of wanneer alle zoekmachines hun zoekdata delen, wat betekent dat Google ook de data van zijn concurrenten krijgt. Het gevolg hiervan is dat de kwaliteit van Google ook verbetert, hoewel dat relatief minder zal zijn dan bij zijn concurrenten. CEO Eric Schmidt van Google verklaarde in oktober 2010 naar aanleiding van de alliantie tussen Bing en Facebook positief te staan tegenover uitwisseling van gegevens.