Nationale Bank van Belgie


Links: kredietobservatorium
Observatorium voor krediet aan
niet-financiële vennootschappen
de Berlaimontlaan 14 - BE-1000 Brussel
Tel. +32 2 221 26 99 - Fax +32 2 221 31 97
BTW BE 0203.201.340 - RPM Brussel
2011-05-11

1. Berekend als de verhouding van de gecumuleerde stromen van de laatste twaalf maanden tot de uitstaande kredieten in de overeenstemmende maand van het voorgaande jaar.

2. De maandelijkse netto stromen komen overeen met de bedragen van de nieuwe verstrekte leningen waarvan de waarde van de terugbetalingen wordt afgetrokken.
3. Verhouding tussen de bedragen van de effectief door de ondernemingen gebruikte kredieten en de bedragen van de toegestane kredieten of kredietlijnen. Tot de kleine ondernemingen behoren die welke hun jaarrekening volgens het verkorte schema hebben neergelegd. Zij die hun jaarrekening volgens het volledig schema hebben ingediend, worden als groot of middelgroot beschouwd naargelang hun omzet twee opeenvolgende jaren meer of minder dan 37,2 miljoen euro bedroeg. 2007 2008 2009 2010 2011

-4

-2
0 2 4 6 8
10
12
14
16
18
20
(veranderingspercentages op jaarbasis)1
2007 2008 2009 2010 2011

-4

-3

-2

-1
0

1

2

3

4
(seizoengezuiverde maandelijkse netto stromen,
in ¤ miljard)2
Bron: NBB (Schema A). Bron: NBB (Schema A).
KREDIETVERSTREKKING DOOR INGEZETEN BANKEN AAN NIET-FINANCIËLE VENNOOTSCHAPPEN 2007 2008 2009 2010 2011
50
60
70
80
90
(in %)
2007 2008 2009 2010 2011
3
4

5

6
AANWENDINGSGRAAD VAN DE TOEGESTANE
KREDIETEN3 RENTETARIEVEN OP NIEUWE KREDIETEN
Bron: NBB (Centrale voor kredieten aan ondernemingen). Bron: NBB (MIR enquête en Schema A). (in %)
Middelgrote ondernemingen
Grote ondernemingen
Kleine ondernemingen
De bancaire kredietverstrekking aan niet-financiële ondernemingen is in maart 2011 lichtjes opgeveerd: het jaarlijks groeipercentage steeg tot 4% (tegen 3,7% in februari 2011). Gezuiverd voor seizoenseffecten overtroffen de nieuwe verstrekte bedrijfskredieten de afgeloste met ¤0,6 miljard. De kleine ondernemingen deden in mindere mate beroep op de hun toegestane kredieten waarvan de aanwendingsgraad dan ook afnam met 0,3 procentpunt tot 86,8%. De aanwendingsgraad voor de middelgrote en grote ondernemingen steeg daarentegen respectievelijk met
1,3 en 2,8 procentpunten tot 74,6 en 56,4%. De aanwendingsgraad voor de middelgrote ondernemingen heeft zo een nieuwe top bereikt terwijl die voor de kleine ondernemingen zich op een historisch hoog niveau blijft situeren. De opwaartse beweging van de gewogen rente op de nieuwe bedrijfskredieten zette zich voort in maart 2011 maar in mindere mate: deze rente steeg met 3 basispunten tot 3,4%. Maart 2011