Interprovinciaal Overleg (IPO)
De karavaan ruimtelijke kwaliteit van provincies trekt door!
13 mei 2011
Die conclusie is op 11 mei getrokken tijdens de goed bezochte
conferentie over ruimtelijke kwaliteit die het IPO in samenwerking met
de VROM-raad had georganiseerd.
De bijeenkomst ging over de ambities van provincies om ruimtelijke
kwaliteit als onderdeel van de regionale ontwikkeling te organiseren.
Aanleiding vormde de afronding van het IPO project Expeditie Mooi en
het verschijnen van de Verkenning ruimtelijke kwaliteit van de
VROM-raad.
Een groep van ca 80 bestuurders, medewerkers van provincies en
betrokken adviseurs en organisaties zijn na inleidingen van Annemiek
Rijckenberg, voorzitter van de werkgroep ruimtelijke kwaliteit van de
VROM-raad, en Hilde Blank, lid van het Comité van aanbeveling van
Expeditie Mooi deelgenoot gemaakt van vijf provinciale initiatieven.
Noord-Holland presenteerde de werkwijze van nieuwe Adviescommissie
ruimtelijke ontwikkeling in de context van het totale provinciale
instrumentarium en als casus de aanpak van knooppuntontwikkeling,
Noord-Brabant onthulde het nieuwe Brabantse Expertisecentrum voor
ruimtelijke kwaliteit (BERK), Gelderland bracht in stellingen de
actuele kwaliteitsdilemma's in de functieverandering van het
buitengebied in beeld, Friesland presenteerde aan de hand van casus
waterfront de Heeg de provinciale inzet voor samenwerking aan
ruimtelijke kwaliteit, Drenthe ten slotte stelde aan de hand van een
structuurvisiekaart voor de vier Noord-Nederlandse provincies de
mogelijkheden voor provinciegrensoverschrijdende samenwerking aan de
orde.
In het plenaire slotgesprek onder leiding van Jan Herman de Baas kwam
op tafel:
de constatering dat het Rijk niet veel heeft met de RO-portefeuille
en deze juist voor regiobestuurders de hoofdprijs betekent;
om de koppeling van ruimtelijke kwaliteit aan de regionale opgave
te verbeteren provincies de rol van ontwerp in de vroege fase van
structuurvisies en gebiedsagenda's moeten inzetten;
het mettertijd overbodig worden van externe kwaliteitsadviseurs
door het verder in de interne organisatie indalen van de
ruimtelijke kwaliteitsaanpak;
de optie om voor de verankering van ruimtelijke kwaliteit in
regionale ontwikkeling een spelregelkader op te stellen. Als goed
voorbeeld werd het omwisselbesluit voor Ruimte voor de rivier
genoemd;
dat behalve op ontwikkeling de aandacht ook meer op het beheer van
de ruimte moet worden gericht;
dat decentralisatie van het ruimtelijke beleid vraagt om een meer
vlakdekkende en instrumentele inzet van provincies.
In zijn slotwoord trok Bart Krol, gedeputeerde RO van Utrecht, de
conclusie dat provincies duidelijk behoefte blijven hebben aan het
leren van elkaar en de oogst van Expeditie Mooi, de Eo Wijersstichting
steviger moeten verankeren. Daarvoor zijn volgens hem twee dingen
nodig: een vehikel om het huidige netwerk van deskundigen en
bestuurders ook voor de toekomst een platform te bieden en een
doorgroei naar inzet op instrumenten, kennis en expertise. Met
bestuurlijke commitment voor deze lijn van alle RO-gedeputeerden kan
uitwerking plaatsvinden waarbij gekeken moet worden wat daarin de rol
van IPO, Eo Wijers en het Rijk kan zijn. Rond de zomer verschijnt de
publicatie met de uitkomsten van de conferentie.
Dossier:
RO & Wonen
Heeft u een vraag of op een opmerking over dit bericht?
Neemt u dan contact op met de afdeling Communicatie:
Communicatie@ipo.nl of 070 888 1294