Rechtbank 's-Hertogenbosch


Gevangenisstraf voor grooming en kinderporno

's-Hertogenbosch , 16-5-2011

De rechtbank 's-Hertogenbosch heeft een 38-jarige man uit Eindhoven veroordeeld tot een celstraf van zestien maanden waarvan acht maanden voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaren voor grooming en het bezit van kinderporno. De man moet twee meisjes een schadevergoeding betalen van ruim 800 euro.

De rechtbank acht wettig en overtuigend bewezen dat de man aan een 12-jarig meisje via Habbo en MSN een ontmoeting heeft voorgesteld om ontuchtige handelingen met haar te plegen. Daarnaast vroeg hij een 13-meisje via Habbo, telefoon en sms'jes hem te ontmoeten. Zij had de man via het Habbo-hotel op internet leren kennen. De verdachte had gezegd dat hij zestien jaar oud was en vroeg verkering aan haar. Ze spraken meerdere keren over fysiek contact, hij stuurde haar sms'jes met `ik hou van je' en ze maakten een afspraak voor 10 april 2010 in Ter Apel. De ontmoeting had plaats in een supermarkt, waarbij de verdachte het meisje over de rug heeft gestreeld. Dat het bij een korte ontmoeting bleef, is volgens de rechtbank enkel eraan te wijten dat het meisje die avond in gezelschap was van haar zus en een vriend. De rechtbank oordeelt dat de man de bedoeling had ontuchtige handelingen te plegen. Naast grooming is de man veroordeeld voor het in bezit hebben van kinderporno.

Bij het opleggen van de straf heeft de rechtbank er rekening meegehouden dat de man zijn zeer jeugdige slachtoffers een (vrijwel) onherstelbaar leed heeft aangedaan. De man pleegde de strafbare feiten in een proeftijd van een eerdere veroordeling. Door kinderporno in zijn bezit te hebben heeft hij indirect bijgedragen aan seksueel misbruik van kinderen. Bij de strafoplegging heeft de rechtbank er strafmatigend mee rekening gehouden dat de man verminderd toerekeningsvatbaar is, zo blijkt uit rapporten van een psycholoog en psychiater. Gelet op onder meer de zeer grensoverschrijdende inhoud van de kinderporno en het gebrek aan inzicht bij de verdachte bij het aangaan van relaties met zeer jeugdige meisjes, moet er ernstig rekening mee worden gehouden dat hij opnieuw een misdrijf zal begaan. De rechtbank heeft bij de voorwaardelijke gevangenisstraf een proeftijd opgelegd van vijf jaren met het oog op een maximale bescherming van de maatschappij. Gedurende de proeftijd mag de man geen contact - in welke vorm dan ook
- met de twee meisjes opnemen.

De rechtbank heeft geen uitspraak gedaan over grooming met twee andere meisjes waarvan de man wordt verdacht. Het tenlastegelegde feit waarin deze verdenking is opgenomen is afgesplitst en zal later behandeld worden.
Uitspraken:BQ4645