Universiteit van Tilburg
Onderzoek
Zeer grote banken brengen land in gevaar
23 mei 2011 - 68 keer bekeken - Banken & financiële markten
Het balanstotaal van de grote Nederlandse banken is bijna vijf keer zo
groot als het Nederlandse bruto binnenlands product (bbp). Dat maakt
ons land zeer gevoelig voor financiële risico's. "We zouden maatregelen
moeten nemen om die risico's in te dammen", zegt hoogleraar Harry
Huizinga van Tilburg University, die samen met en Asli Demiregüc-Kunt
van de Wereldbank onderzoek deed naar de prestaties van banken.
Het nut van banken die groot zijn ten opzichte van de nationale
economie is twijfelachtig. Ze zijn minder rendabel dan banken die
relatief beperkter van omvang zijn, onder meer omdat hun
financieringskosten hoger zijn. Als ze in de problemen komen, lopen
deze banken het risico te groot te zijn om te worden gered door hun
nationale overheid. Voor dat risico betalen ze op de geld- en
kapitaalmarkten een extra premie.
Huizinga en Demireguc-Kunt onderzochten gegevens over de jaren
1991-2009 van een grote groep banken uit tachtig landen. In principe
doen grote banken het beter dan kleine banken, maar de schaalvoordelen
slaan om in het tegendeel op het moment dat het balanstotaal van een
bank groter wordt dan ongeveer 17 procent van het bruto binnenlands
product van het land waar de bank gevestigd is.
Vangnet
Grote banken zijn van vitaal belang voor de nationale economie en
daarom worden ze vaak gekenschetst als too big to fail; overheden
zouden zich het niet kunnen permitteren zo'n bank failliet te laten
gaan. Het bankmanagement komt dan in de verleiding grotere risico's te
nemen: als het mis gaat, is er altijd nog een vangnet.
Huizinga en Demiregüc-Kunt wijzen op een tweede gevaar van relatief
grote banken: ze kunnen too big to save zijn; de nationale economie zou
bezwijken onder de lasten van de reddingsoperatie, zoals nu praktisch
in Ierland is gebeurd. Dat dit een reëel gevaar is, blijkt uit de
hogere risicopremies die relatief grote banken voor hun financiering
betalen.
Beloningssystemen
"Het doet er dus niet alleen toe hoe groot een bank is in absolute
zin", zegt Huizinga. "Een bank van een bepaalde omvang kan het
uitstekend doen in de Verenigde Staten, terwijl een bank met dezelfde
omvang slechte resultaten kan boeken in Nederland." Dat maakt het nut
van dergelijke banken betwistbaar. "Het bankmanagement is de enige
partij die profiteert van de zeer grote omvang, omdat beloningssystemen
daarop zijn afgestemd. De aandeelhouders worden benadeeld."
Zeer gevoelig
Het balanstotaal van de grote Nederlandse banken is bijna vijf keer zo
groot als het Nederlandse bbp. ABN Amro, ING en de Rabobank hebben alle
drie balanstotalen die groter zijn dan het bbp. Dat maakt ons land zeer
gevoelig voor deze risico's. "We zouden maatregelen moeten nemen om die
risico's in te dammen", aldus Huizinga.
Andere Europese landen met dit probleem zijn Groot-Brittannië en
Zwitserland. Huizinga: "Bij de Britten woedt op dit moment de discussie
welke maatregelen gepast zijn. Zwitserland heeft voor zijn grote banken
al veel zwaardere kapitaalseisen ingevoerd. Nederland moet nu ook tot
actie overgaan."