Rechtbank Utrecht


Gevangenisstraffen voor hoofdverdachten illegale lotto

Utrecht , 23-5-2011

De rechtbank in Utrecht heeft maandag 17 verdachten veroordeeld die in meer of mindere mate betrokken waren bij het organiseren van een illegale lotto. De twee hoofdverdachten, een 49-jarige man uit Houten en een 51-jarige man uit Nieuwegein kregen gevangenisstraffen van respectievelijk negen en zes maanden opgelegd. Beide mannen kregen ook een geldboete van 50.000 euro.

Deelnemers konden via onder meer horecagelegenheden en tabakszaken deelnemen aan de lotto, die jarenlang gedraaid heeft. De getallen waarmee bij de echte lotto gespeeld werd, waren ook bepalend voor het al dan niet uitbetalen in de illegale lotto.

De rechtbank achtte bewezen dat de twee hoofdverdachten als leiders hadden deelgenomen aan een criminele organisatie die de lotto organiseerde en het geld dat de spelers inzetten witwaste. Daarnaast werden de twee schuldig bevonden aan verboden wapenbezit. Omdat de 49-jarige man meer wapens in huis had dan zijn medehoofdverdachte, kreeg hij een hogere straf opgelegd. De officier van justitie eiste eerder respectievelijk 2 jaar en drie maanden en 2 jaar gevangenisstraf tegen de verdachten.

De rechtbank vond het opleggen van dergelijke straffen niet aan de orde. Voor het organiseren van de lotto legde de rechtbank een gevangenisstraf van één maand en de eerdergenoemde geldboetes op. De overige maanden waren voor het illegale wapenbezit. De rechtbank woog onder meer mee dat er geen sprake is geweest van oplichting of misleiding van de consument, dat de organisatoren zich na aftrek van kosten niet bovenmatig hebben verrijkt, dat gewonnen prijzen ook daadwerkelijk werden uitbetaald en dat er geen sprake is geweest van (bedreiging met) geweld. De rechtbank hield er echter ook rekening mee dat verdachten zich hebben onttrokken aan het vergunningenstelsel voor kansspelen dat is bedoeld om gokverslaving te voorkomen, de consument te beschermen en criminaliteit en illegaliteit tegen te gaan.

De twee belangrijkste uitvoerders, die de administratie en koeriersdiensten verrichtten, kregen de maximale werkstraf van 240 uur opgelegd. Zes andere uitvoerders kregen een werkstraf van 120 uur. Zeven tussenpersonen, die mensen lieten meespelen met de lotto, kregen elk een geldboete van 1000 euro opgelegd. Twee verdachten werden vrijgesproken. De rechtbank constateerde dat zij wel aan de lotto hadden deelgenomen, maar er kon niet bewezen worden dat zij ook tussenpersoon waren.

Volgens de verdediging was er sprake van vormverzuimen tijdens het onderzoek, maar de rechtbank verwierp die verweren. Zo waren er volgens de rechtbank geen aanwijzingen dat de officier van justitie informatie heeft achtergehouden die in redelijkheid van belang kon zijn voor de beslissing die de rechtbank vandaag nam en was er volgens de rechtbank geen sprake van een weigering van de officier van justitie om een opdracht van de rechtbank te vervullen.

De uitspraken worden zo spoedig mogelijk op deze site gepubliceerd.