Ingezonden persbericht
JOVD: "Intrekken steun godslastering onbegrijpelijk"
"Van uitstel komt helaas vaak afstel"
Den Haag, 22 mei 2011 - De JOVD vindt het onbegrijpelijk dat de VVD geen steun meer geeft aan haar eigen initiatiefwetsvoorstel om godslastering niet langer strafbaar te stellen. Voorzitter Martijn Jonk: "Het idiote godslasteringverbod is iets waar liberalen zich al heel lang, en terecht, boos om maken. Als je dan de kans hebt om het aan te pakken dan moet je het doen." De jonge liberalen hebben weinig vertrouwen in een "brede herziening" van het Wetboek op Strafrecht. 'Een brede herziening is altijd goed, maar kost veel tijd. Te veel tijd. En van uitstel komt afstel, dat weten we allemaal" aldus Jonk.
Met het initiatiefwetsvoorstel dat de VVD eerder indiende was het eindelijk mogelijk om het vreemde verbod uit de wet te halen. Jonk:"Hoewel het verbod al tijden niet meer is gebruikt, komt er bij tijd en wijlen altijd weer iemand mee op de proppen. Zoals destijds na de moord op Van Gogh. De vrijheid van meningsuiting betekent dat je tegen een stootje moet kunnen, dat geldt ook voor god."
De brede herziening die nu door de VVD-fractie wordt bepleit is volgens de JOVD een goed plan, maar kost veel te veel tijd. Daarnaast maken de jonge liberalen zich zorgen omdat de VVD niet wil aangeven dat zij dan wel definitief het gewraakte artikel willen schrappen. "Dat is onbegrijpelijk. Als er een meerderheid is, moet je die kans pakken. Juist op dit punt. Toen de maximumsnelheid werd verhoogd hebben we ook niet gewacht op een integraal plan voor de mobiliteit. Natuurlijk niet! Dat is absurd" aldus JOVD-voorzitter Jonk.
Of het te maken heeft met de mogelijke steun van de SGP kunnen de jonge liberalen alleen maar naar gissen. Volgens Martijn Jonk is dat ook het probleem: "Er wordt gezegd dat er geen afspraken worden gemaakt, maar ondertussen gebeuren de vreemdste dingen. Het is van tweeën één: of de VVD moet beter zijn werk doen, of ze moeten gewoon eens eerlijk vertellen welke afspraken er worden gemaakt. Dan hoeft niemand meer te speculeren en kunnen we daarover het debat aan gaan."