Rijksoverheid
Wereldwijde richtlijnen voor verantwoordelijk ondernemen
Nieuwsbericht | 25-05-2011
Bedrijven die internationaal ondernemen, moeten een grotere
maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen. Dat is vastgelegd in
nieuwe internationale richtlijnen die woensdag 25 mei 2011 door de 42
landen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling
(OESO) in Parijs zijn ondertekend.
Tegengaan corruptie
De Richtlijnen voor Multinationale Ondernemingen dragen bij aan respect
voor mensenrechten, het tegengaan van corruptie, verbetering van de
arbeidsomstandigheden en de bescherming van het milieu. Nederland heeft
als voorzitter bij de onderhandelingen een belangrijke rol gespeeld bij
de totstandkoming van de richtlijnen.
Fatsoenlijk ondernemen
Minister Verhagen van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, die de
OESO-conferentie namens Nederland bijwoont, is blij dat het belang van
fatsoenlijk ondernemen wereldwijd wordt onderkend. 'Dat zorgt voor
vertrouwen in de landen waarin internationale bedrijven actief zijn en
maakt de concurrentie op de wereldmarkt eerlijker.'
Ketenverantwoordelijkheid
De richtlijnen waren eerder alleen van toepassing op bedrijven met
bezittingen in het buitenland. Met de aanscherping worden alle
bedrijven verantwoordelijk voor het naleven van de richtlijnen.
Bedrijven krijgen daarmee een grotere verantwoordelijkheid om
hun(buitenlandse) toeleveranciers te kennen en hun invloed aan te
wenden om misstanden te voorkomen of te verhelpen.
Mensenrechten
In de nieuwe richtlijnen is een apart hoofdstuk opgenomen over
mensenrechten. Daarnaast is er aandacht voor werkgelegenheid, waarin
een passage is opgenomen over het betalen van loon waarmee een
kostwinner zijn gezin kan onderhouden. De OESO vraagt ook expliciet
aandacht voor het tegengaan van klimaatverandering en omkoping in
internationale transacties.
Nationaal Contact Punt
Vermeende schendingen van de richtlijnen kunnen worden gemeld bij het
Nationaal Contact Punt (NCP), dat in dat geval optreedt als
onafhankelijke bemiddelaar. Door de nieuwe richtlijnen mag een NCP meer
zaken behandelen. Zij mogen bijvoorbeeld ook zaken in behandeling nemen
die ook al op een andere wijze, bijvoorbeeld een rechtszaak, aan de
orde zijn.
Uitgangspunt
Voor de Nederlandse overheid zijn de nieuwe richtlijnen de basis voor
fatsoenlijk internationaal ondernemen. Ieder bedrijf dat financiële
ondersteuning vraagt aan de overheid voor activiteiten in het
buitenland, moet de richtlijnen daarom ook onderschrijven. Nederland
wil zich ook inzetten voor toepassing van de richtlijnen door China en
India, die op dit moment geen lid van de OESO zijn.