Rijksoverheid
Convenanten koplopergemeenten homo-emancipatie en prijsuitreiking
Lantaarnprijs en Gouden zaklantaarn
Toespraak | 06-06-2011
Spreekschets door Minister van Bijsterveldt bij de ondertekening
convenanten met koplopergemeenten homoemancipatie en prijsuitreiking
Lantaarnprijs en Gouden zaklantaarn, in Amsterdam op 6 juni 2011.
Dames en heren,
Mooi om hier te zijn. In Amsterdam, niet alleen stad van de grachten,
van Ajax en het Concertgebouw maar ook, nog altijd:gay capital van
Europa.
Benno Premsela, Amsterdammer, beroemd ontwerper en één van de
oprichters van het COC, kwam als joodse homo als enige van zijn familie
levend uit de oorlog. Hoewel hij vrij was opgevoed in een
geassimileerd, vrijdenkend milieu waar zijn andersgeaardheid nooit als
een probleem werd ervaren, voelde hij dat er in het Nederland van eind
eind jaren veertig nog geen plek was voor mensen zoals hij. Dus dacht
hij: `Dan maak ik die plek wel zelf!' Een daad van ultieme vrijheid.
Voor die vrijheid, die `roze vrijheid', zetten wij ons vandaag
gezamenlijk in. Dat is nodig, want het is geen vanzelfsprekende
vrijheid, zoals vrijheid bijna nooit vanzelfsprekend is. Wel een
vrijheid waar we als Nederland trots op zijn, en waar we de afgelopen
jaren flink werk van hebben gemaakt. We kunnen zelfs spreken van een
Dutch design. Een netwerk van initiatieven in de samenleving dat
grofweg rust op twee belangrijke pijlers: acceptatie en integratie van
andersgeaarden in een heterosamenleving. En eensgezind optreden tegen
discriminatie en geweld.
Volgens dat design hebben we de Jos BrinkPrijs in het leven geroepen,
voor mensen die zich sterk maken voor homoemancipatie en tegen
discriminatie. We hebben gay-straightallianties: homo's en hetero's die
in de sport, op scholen, op het werk, in de kerk en in de zorg
gezamenlijk een vuist maken en zaken bespreekbaar maken. Er zijn tal
van hulporganisaties voor jongeren die vanwege een andere geaardheid
dan hetero moeite hebben om uit de kast te komen. We hebben de
Eurogames in Rotterdam en hebben de Canal parade waar steeds meer
mainstraim organisaties in vlootschouw meevaren. En we hebben sinds
tien jaar het homohuwelijk dat paren van gelijke sekse in de echt
verbindt.
Ook het fenomeen van de koplopergemeenten - een geslaagd initiatief van
mijn voorganger- is een product van dat Dutch design. Uit onderzoek
blijkt dat de positie van homo's, lesbiennes, biseksuelen, en
transgenders in die actieve gemeenten is verbeterd. En het past ook
goed bij ons polderlandschap. Samen met homo- en hetero-organisaties
als gemeente een veilige dijk opbouwen tegen geweld en voor tolerantie.
Dat is uw kracht. En dat past overigens ook bij mijn inzet als minister
en CDA-politica. Omdat het bouwt op de kracht van mensen die de
samenleving samen maken.
Homo-emancipatie, net als andere vormen van emancipatie moet van
binnenuit plaatsvinden. In de kerk, op de scholen, op straat en andere
openbare plekken. Daar moeten homo's en hetero's het gesprek met elkaar
aangaan om samen een vuist maken tegen geweld. Dus de gerichte
ondersteuning daarvan, het inschakelen van de juiste clubs uit de
omgeving die dat kunnen aanjagen, dat moet voor een deel ook op
gemeentelijk niveau gebeuren. Brengt me bij vandaag: bij de verklaring
die we net hebben ondertekend.
Roze vrijheid, zoals ik al zei, is geen vanzelfsprekend begrip, ook
niet in een land als Nederland. Geweld en pesterijen zijn helaas nog
niet uit het stads en dorpsbeeld verdwenen. Oudere homo's en lesbische
vrouwen voelen zich niet prettig in sommige bejaardentehuizen. Jongeren
vinden school geen veilige plek om uit de kast te komen. Echtparen van
gelijke sekse worden uit wijken verjaagd. En transgenders worden in
elkaar geslagen. En in sommige, orthodoxe geloofsgemeenschappen is er
voor homoseksuele gelovigen nog steeds geen plek. Dat moet echt anders.
U, de achttien koplopergemeenten die een helder en stevig homobeleid
voeren, neemt daarin het voortouw. Sterker nog: u heeft zelf gevraagd
om deze bijeenkomst, en om een verklaring als afspraak om samen een
vuist te maken. En ik ga dat met geld ondersteunen. De komende drie
jaar trek ik structureel 20.000 euro uit voor de kleinere en 50.000
voor de grote gemeentes. U heeft net verteld wat u gedaan heeft om uw
homobeleid vorm te geven. En wat u de komende tijd nog meer gaat doen.
Ik vertrouw op uw inzet en gedrevenheid om die schets tot praktijk te
maken. En ik wil ook dat de achterblijvers op grotere schaal door u
worden meegetrokken.
Want Nederland telt meer dan achttien koplopers. Er zijn vijftig andere
grote gemeenten en in totaal 431 spelers die nog in beweging moeten
komen.
Movisie krijgt van mij daarom de opdracht om goede voorbeelden te
verspreiden over alle gemeenten die Nederland rijk is.
Ik denk bijvoorbeeld aan Rotterdam, Amsterdam en Utrecht, die
jongerenwerkers trainen om homoseksualiteit bespreekbaar te maken in
een soms homofobe jongerencultuur. Aan de manier waarop Amsterdam alle
lokale vrouwenorganisaties in beweging heeft gebracht om zich te
commiteren aan dit onderwerp en de positie van lesbische, biseksuele en
transgendervrouwen. En ik denk ook aan de Limburgse gemeenten die met
krachtige hulp van roze seniorengroepen en Anbo-roze een keurmerk voor
homovriendelijke zorginstellingen hebben geïntroduceerd. En zo zijn er
nog veel meer voorbeelden te noemen. Ze staan in de gids die hier
vandaag wordt verspreid.
U heeft (om het op z'n Amsterdams te zeggen) flink `mazzel'. We nemen
dit onderwerp gewoon heel serieus. In tijden van bezuinigingen,
investeert dit Kabinet in het bevorderen va de vrijheid van homo's,
lesbiennes, biseksuelen en transgenders.
Naast het ondersteunen van organisaties en lokale gemeenten komen we
zelf ook met een paar stevige, nieuwe beleidsinitiatieven om dat te
ondersteunen.
Als eerste noem ik het besluit dat discriminiatie (waaronder ook
discriminatie tegen homo's, lesbiennes en transgenders) dubbel zo hard
wordt gestraft. Sinds mei dit jaar is de strafeis omhoog gegaan.
Daarvoor doen we ook een oproep aan de slachtoffers: we hopen dat
homo's lesbische vrouwen, biseksuelen en transgenders discriminatie ook
meer gaan melden. Anders staan we met lege handen.
Als tweede noem ik het stimuleren van zogenaamde `schurende gesprekken'
stimuleren. Gesprekken entameren en organiseren binnen domeinen van de
samenleving waar dit onderwerp gevoelig ligt. In Turkse, Marrokaanse,
Antilliaanse en christelijke kringen gaan homo's het gesprek aan, samen
met voortrekkers uit die gemeenschappen, in samenwerking met
hetero-organisaties en het COC. Doel is om begrip te kweken en de
confrontatie aan te gaan. Ik heb hier de afgelopen tijd voorbeelden van
gezien op scholen, en het is een belangrijke pendant van de harde lijn.
Omdat ook zachte krachten stenen kunnen breken.
3. Tot slot gaan we ons ook specifiek op jongeren richten: wie de jeugd
heeft, heeft de toekomst en dat geldt ook voor dit onderwerp. We gaan
een jongerencampagne opzetten via social media, we gaan 34
homojongerenorganisaties ondersteunen. En het aantal
gay-straightallianties op VO-scholen gaan we verdubbelen tot 300.
En daarmee sluit ik af. Ik ga over tot de prijsuitreiking aan de
koploper onder de koplopers. En aan de beste nieuwkomer onder u. Laten
we samen onze schouders zetten onder deze verklaring. Onze steun heeft
u in de rug. Nu komt het erop aan de volgende hordes op weg naar de
roze vrijheid te nemen. En verder te bouwen aan ons Dutch design. Veel
succes!