Gemeente Utrecht

2011 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
73 vragen van mevrouw J. Hamid
(ingekomen 10 mei 2011
en antwoorden door het college verzonden op 6 juni 2011)

SV inzake overtreding van de privacywet.

Op donderdag 21 april 2011 heeft het College Bescherming Persoonsgegevens (CBP) een rapport gepresenteerd waarin geconcludeerd wordt dat gemeenten Heerlen, Hengelo, Landsmeer en Hellendoorn de wet overtreden bij de uitvoering van de WMO. Mensen met een ziekte moeten sinds een aantal jaar bij gemeenten aankloppen voor bijvoorbeeld thuiszorg. Volgens het CBP stellen de gemeenten tijdens de aanvraagprocedure te veel vragen. Zo willen ze standaard weten wie de behandelende arts is van de aanvragers en welke medicijnen ze slikken. Volgens het CBP gaat dat te ver. Als er speciale redenen zijn waarom die informatie belangrijk is, kunnen de gemeenten altijd nog aanvullend vragen naar de naam van de dokter of medicijngebruik, vindt de organisatie. Daarbij hebben de vier gemeenten te weinig gedaan om de (medische) persoonsgegevens te beveiligen. Het CBP heeft in het onderzoek alleen de vier gemeenten onder de loep genomen. De organisatie beslist binnenkort of ze contact opneemt met de gemeenten over de kwestie. Volgens een woordvoerster hoopt de organisatie dat andere gemeenten nu ook nagaan of ze zich aan de wet houden bij het afhandelen van de aanvraagprocedures.

Dit onderzoek van het CBP is voor GroenLinks aanleiding voor de volgende vragen:


1. Is het college op de hoogte van het onderzoek van het CBP?

Ja.


2. Worden de Utrechtse aanvragers van een indicatie ook standaard gevraagd naar zaken zoals de naam van de behandelende arts en de gebruikte medicijnen? Zo ja, wat is de relevantie van deze vragen? En is het college voornemens om met het oog op privacybescherming hier mee te stoppen en in het vervolg alleen informatie te vergaren dat in het belang is voor de indicatie?

Utrechtse burgers die een beroep doen op Wmo worden niet standaard gevraagd naar de naam van de behandelend arts of medicijngebruik. Na het eerste contact volgt een verdiepend gesprek met de burger over zijn of haar vraag. Alleen wanneer het voor de beoordeling van de vraag noodzakelijk is, wordt gevraagd naar medicijngebruik en of men onder behandeling is bij een arts. Naar de naam van de (huis)arts wordt alleen gevraagd wanneer een verdiepend advies van de MO-Zaak.

Ter informatie: Het CIZ is sinds 1-1-2011 opgesplitst in een AWBZ en een Wmo deel. Het Wmo deel gaat verder onder de naam MO-zaak. De MO-zaak is een zelfstandige en geprivatiseerde organisatie.


3. De gemeente Utrecht heeft de indicatiestelling aan het CIZ uitbesteed. Heeft het college met het CIZ afspraken gemaakt over de privacybescherming en de te volgen werkwijze?

Ja, wij hebben hierover afspraken gemaakt met de MO-zaak (voorheen CIZ).


4. Ziet het college in het onderzoek van het CBP aanleiding om de privacy beter te beschermen, de persoonsgegevens beter te beveiligen en de aanvraagprocedure aan te passen? Zo ja, op welke termijn zal dit gerealiseerd zijn?

Nee.

---- --