Gemeente Utrecht

2011 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
79 Vragen van de heer drs. R. Post
(ingekomen 23 mei 2011
en antwoorden door het college verzonden op 6 juni 2011 )


1. Kent u de in het krantenbericht genoemde interne notitie van het BRU, waarin staat dat de tram op zijn vroegst in 2018 kan rijden? Is deze wijziging van de planning afgestemd met de gemeente Utrecht? Ja. De integrale projectplanning is in samenwerking tussen gemeente en BRU opgesteld.


2. Is, uitgaande van een definitief trambesluit in juni 2011, het in het collegeprogramma opgenomen opleveringsjaar 2015 volgens u nog wel haalbaar? Zo nee, waarom niet? En welk jaar is in dat geval wel haalbaar? In januari 2010 was de prognose van BRU dat de aanschaf van materiaal een looptijd van 5 jaar zou hebben, en de aanbestedingsprocedure direct na het projectbesluit zou kunnen starten. Na vaststelling van het Integraal Programma van Eisen in het AB-BRU is de planning op basis van gewijzigde inzichten aangepast. Volgens de huidige integrale planning kan de start exploitatie van een tramverbinding tussen de OV-Terminal en De Uithof in het eerste kwartaal van 2018 aanvangen. De aanschaf van het materieel is maatgevend in de planning. De voorbereiding van de aanschaf van materieel kan pas starten na vaststelling van het Integraal Programma van Eisen. De vaststelling daarvan vond - met een vertraging van 9 maanden - plaats in maart 2011. Eerst moeten de specificaties van de trams nauwkeurig door BRU worden bepaald, waarna volgens Europese aanbestedingsregels de fabrikant wordt geselecteerd. Vervolgens kan deze beginnen met bouwen. Intussen wordt de trambaan aangelegd en vinden de andere noodzakelijke werkzaamheden plaats, waaronder de uitbreiding en vernieuwing van de remise in Nieuwegein. Als de trambaan en de eerste tramstellen zijn opgeleverd, begint het uitgebreide testproces. Volgens planning vindt dat in 2017 plaats. De werkelijke exploitatie - rijden met reizigers - kan dan begin 2018 van start gaan. Door middel van marktconsultatie bij leveranciers van trammaterieel onderzoekt BRU versnellingsmogelijkheden.


3. Welke afspraken hebben het BRU en gemeente Utrecht gemaakt over het in te zetten trammateriaal? Mag uit de geciteerde uitspraken van wethouder Lintmeijer dat hij 'dringend aan het BRU gaat vragen waarom de aanschaf van het materiaal zo lang moet duren' dat BRU en gemeente hierin tot nu toe niet samen in optrekken? Wat was het antwoord van de dringende vraag' die u aan het BRU gesteld heeft? Het BRU is als OV-autoriteit verantwoordelijk voor de exploitatie en voor de aanschaf en inzet van het trammaterieel. BRU en gemeente Utrecht hebben afgesproken versnellingsmogelijkheden te onderzoeken.


4. Bent u het met de PvdA-fractie eens dat, mede gelet op het feit dat het Rijk zijn onder voorbehoud toegezegde bijdrage van E 110 mln. nog definitief moet bevestigen, het erg onwenselijk en ongelukkig is dat de gemeente en het BRU het onderling (openlijk) oneens zijn over de planning? Bent u bereid met de portefeuillehouder van het BRU af te spreken hierin voortaan wel samen op te trekken? BRU en gemeente hebben de planning gezamenlijk opgesteld en zijn het eens over het zoeken naar versnellingsmogelijkheden voor de aanschaf van materieel. De besluitvorming door de minister vindt plaats op basis van het voorstel van de Maatschappelijke Kosten Baten Analyse en staat los van de planning.


5. Kunt u toezeggingen dat u bij het raadsvoorstel voor het definitieve trambesluit, dat u voor juni hebt aangekondigd, ook een door de gemeente en het BRU gezamenlijk opgestelde planning levert, voorzien van bijbehorende risico's en onzekerheidsmarges? De integrale planning is één van de bijlagen van het projectbesluit tram Uithoflijn dat ter besluitvorming aan de gemeenteraad en AB-BRU van juni 2011 wordt voorgelegd.

---- --