Rijksoverheid


Datum 21 juni 2011

Kamervragen van de leden Van Hijum (CDA) en Omtzigt (CDA) en van het lid Van den Besselaar (PVV) Hierbij zend ik u, mede namens de staatssecretaris, de antwoorden op de Kamervragen van de leden Van Hijum (CDA) en Omtzigt (CDA) over uitkeringen in Turkije en op de Kamervragen van het lid Van den Besselaar (PVV) over het bericht dat Nederlandse uitkeringen naar Marokko en naar Turkije worden geëxporteerd. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.G.J. Kamp



2011Z11349 Vragen van de leden Van Hijum (CDA) en Omtzigt (CDA) aan de minister en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over uitkeringen in Turkije (ingezonden 30 mei 2011)


1 Heeft u kennisgenomen van uitspraak C-485/07, waarin het Europese Hof in Luxemburg bepaalt dat Nederland de uitkering inzake de toeslagenwet, die voorziet tot aanvulling tot het Nederlandse sociale minimum, uit moet blijven keren in Turkije? Antwoord 1 Ja. 2 Welke gevolgen heeft dit voor uitkeringen inzake de Toeslagenwet, die zijn ingegaan voor 2000, die zijn ingegaan tussen 2000 en 2010 en uitkeringen die zijn ingegaan na 1/1/2011? 3 Hoeveel mensen, die eerder hun toeslag zijn kwijtgeraakt, krijgen hem terug op grond van deze wet en uitspraak en hoe is de groep samengesteld? Antwoord 2 en 3 Met het arrest Akdas (C485/07) van 26 mei 2011 geeft het Europese Hof van Justitie antwoord op een aantal prejudiciële vragen die door de Centrale Raad van Beroep zijn gesteld. De Centrale Raad van Beroep zal dit arrest betrekken bij de behandeling van het hoger beroep in de zaak Akdas. In de zaak Akdas c.s gaat het om uitkeringsgerechtigden van Turkse afkomst die ­ nadat ze in Nederland he bben gewerkt en arbeidsongeschikt zijn geworden ­ op vrijwillige basis zijn teruggegaan naar Turkije. Naast de arbeidsongeschiktheidsuitkering werd een toeslag op grond van de Toeslagenwet betaald, waarmee deze uitkering werd aangevuld tot het ­ in Nederland geldende ­ sociaal minimum. Vanaf 2000 is die toeslag geleidelijk afgebouwd. Akdas c.s. hebben tegen diverse beschikkingen van het UWV over afbouw van de toeslag bezwaar en beroep aangetekend. De Centrale Raad van Beroep achtte het voor het beantwoorden van de rechtsvraag of het beëindigen van het recht op toeslag voor deze personen correct is, noodzakelijk het Europese Hof van Justitie een aantal vragen voor te leggen. Deze vragen richten zich op de interpretatie van artikel 6 van het Besluit 3/80 van de Associatieraad Europese Unie met Turkije inzake de coördinatie van de sociale zekerheid van Turkse werknemers die op het grondgebied van de Europese Unie werken of hebben gewerkt. Zoals gezegd is deze zaak nog in behandeling bij de Centrale Raad van Beroep. Pas nadat de Centrale Raad van Beroep uitspraak heeft gedaan inzake Akdas c.s. wordt duidelijk wat de exacte gevolgen zijn van het arrest Akdas van het Europese Hof van Justitie voor de export van uitkeringen inzake de Toeslagenwet. Zodra ik daar meer duidelijkheid over heb, zal ik uw Kamer nader informeren. Hierbij zal ik tevens nader ingaan op de vragen die uw Kamerleden hebben gesteld. 4 Onder welke omstandigheden zijn uitkeringen inzake de Toeslagenwet nu exporteerbaar naar buurland Duitsland?

Antwoord 4 Toeslagen krachtens de Toeslagenwet zijn nu niet exporteerbaar naar Duitsland. Voor de Lidstaten van de EU/EER en Zwitserland geldt op het terrein van de sociale zekerheid de Verordening betreffende de coördinatie van de socialezekerheidsstelsels (Verordening (EG) Nr. 883/2004). De toeslag krachtens de Toeslagenwet is met ingang van 5 mei 2005 aangemerkt als een bijzondere, niet op premie- of bijdragebetaling berustende prestatie (artikel 70 van Verordening (EG) Nr. 883/2004 + plaatsing op Bijlage X). Deze wordt met ingang van 1 januari 2010 (na een overgangsperiode waarin op grond van de wet vervolgens nog afbouw van deze toeslag heeft plaatsgevonden) in zijn geheel niet meer geëxporteerd naar de Lidstaten van de EU/EER en Zwitserland. 5 Onder welke omstandigheden moeten uitkeringen inzake de Toeslagenwet geëxporteerd worden naar Turkije, dat geen lid van de EU is? Antwoord 5 Zoals bij antwoord 2 en 3 is toegelicht wordt pas na uitspraak van de Centrale Raad van Beroe p duidelijk wat de exacte gevolgen zijn van het arrest Akdas van het Europese Hof van Justitie voor de export van uitkeringen inzake de Toeslagenwet. 6 Naar welke verdragslanden (Bosnië-Herzegovina; Brazilië; Canada; Chili; Israël; Kaapverdië; Kosovo; Kroatië; Marokko; Montenegro; Nieuw-Zeeland; Servië; Tunesië; Verenigde Staten; Zuid-Korea) kan de export van toeslagen al worden stopgezet? Antwoord 6 Het is het beleid van de Nederlandse regering om bilaterale socialezekerheidsverdragen, op grond waarvan een verplichting bestaat toeslagen te exporteren, aan te passen wanneer dit mogelijk is. Voor zover er sprake is van exportverplichtingen op basis van een bilateraal socialezekerheidsverdrag, zal Nederland dit ter sprake brengen bij de verdragsbesprekingen in verband met de beëindiging van de export van kinderbijslag. Recent voorbeeld is het verdrag met Tunesië. Met Tunesië is ambtelijk overeenstemming bereikt over aanpassing van het verdrag. De verdragsbesprekingen met Tunesië zul len nog worden voortgezet in verband het beëindigen van de export van kinderbijslag. Het verdrag met Brazilië wordt voorlopig toegepast. Deze voorlopige toepassing van dit verdrag zal met ingang van 1 januari 2012 worden beëindigd.

7 Welke juridische mogelijkheden heeft u om de toeslagen, die bedoeld zijn om aan te vullen tot het Nederlands sociaal minimum, niet langer exporteerbaar te laten zijn, zowel binnen de EU als buiten de EU? Antwoord 7 Voor de exporteerbaarheid van de toeslagen binnen de EU zie het antwoord op vraag 4. Voor de exporteerbaarheid van de toeslagen buiten de EU geldt dat die toeslagen geëxporteerd moeten worden indien die verplichting bestaat op grond