Rijksoverheid


23 juni 2011

Geachte voorzitter,

Hierbij zend ik u, mede namens de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Thieme (Partij voor de Dieren) over EHEC-bacterie en antibiotica (2011Z11752). Hoogachtend, de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

mw. drs. E.I. Schippers



2011Z11752 Vragen van het lid Thieme (Partij voor de Dieren) aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de staatssecretaris van Economische zaken, Landbouw en Innovatie over de EHEC-bacterie en antibiotica (ingezonden 6 juni 2011)


1 Kent u het bericht "Superbacterie EHEC resistent tegen gros van de antibiotica"? 1) Antwoord 1 Ja 2 Is het waar dat EHEC resistent is tegen het gros van de antibiotica? Antwoord 2 De EHEC-stam die de uitbraak van ziektegevallen in Duitsland veroorzaakt is resistent tegen meerdere soorten antibiotica (multiresistent), en eveneens ESBLpositief. Dat geldt niet per definitie voor andere EHEC-stammen. 3 Zijn er andere oorzaken denkbaar voor brede resistentie tegen antibiotica van een bacterie, anders dan dat er een directe of indirecte relatie is met het gebruik van antibiotica in de humane gezondheidszorg of in de veehouderij? Zo ja, welke oorzaken? Antwoord 3 Nee. De keerzijde van het gebruik van antibiotica is het optreden van antibioticaresistentie, een natuurlijk verschijnsel. Door het gebruik van antibiotica bij mensen en dieren ontstaat selectiedruk en overleven juist die bacteriën die resistent zijn. 4 Kunt u aangeven hoeveel van de dierlijke mest die wordt toegepast in de bi ologische tuin- en akkerbouw afkomstig is van niet-biologische veehouderijen? Zo nee, waarom niet? Zo ja, kunt u een overzicht daarvan naar de Kamer sturen? Antwoord 4 Ja, staatssecretaris Bleker zal uw Kamer binnenkort een overzicht sturen. 5 Kunt u aangeven of oppervlaktewater dat besmet is met ESBL's 2) gebruikt wordt/mag worden voor irrigatie in de land- en tuinbouw? Zo ja, bent u bereid hier maatregelen tegen te nemen, zo ja op welke termijn en wijze? Antwoord 5 Er zijn geen normen voor ESBL-producerende bacteriën in oppervlaktewater. Transmissieroutes zullen worden meegenomen in onderzoek dat het RIVM uitvoert naar ESBL-producerende bacteriën bij groenten en fruit. Daarnaast wachten staatssecretaris Bleker en ik de bevindingen van de Gezondheidsraad af. Afhankelijk van de resultaten zullen nadere stappen overwogen worden.

6 Deelt u de mening dat de overheid als taak heeft elke vorm van overdracht van ESBL's uit de veehouderij naar plantaardige producten te voorkomen uit oogpunt van voedselveiligheid? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze wilt u dit realiseren? Antwoord 6 Ik vind het probleem van antibioticaresistentie erg zorgelijk. De overheid heeft de taak ervoor te zorgen dat de risico's van resistentieontwikkeling en overdracht van resistentie zoveel mogelijk worden ingeperkt, zoals die van ESBL-producerende bacteriën. Daarom hebben wij aan u aangegeven dat het antibioticagebruik in de veehouderij in 2011 met 20% moet afnemen en tot 2013 met 50% gereduceerd moet worden ten opzichte van 2009. Hier wordt hard aan gewerkt. Op 26 mei hebben wij in een Algemeen Overleg hierover uitgebreid van gedachten gewisseld. Daarnaast is de ondernemer zelf op grond van Europese regelgeving (Verordening (EG) 178/2002) de eerste verantwoordelijke voor het op de markt brengen van veilig voedsel. D it betekent dat de ondernemer zelf preventieve maatregelen moet treffen om gezondheidsrisico's te beheersen. De ondernemer doet dit door de Europese wettelijke regels (verordeningen) en de Warenwet te volgen die deze verantwoordelijkheid invullen. De overheid controleert de naleving van die regels. 7 Bent u bereid een verbod in te stellen op handel, transport, lozing en injectie van dierlijke mest die ESBL's bevat? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze? Antwoord 7 Het uitrijden en verwerken van mest wordt onder andere gereguleerd door Europese wetgeving die strikte voorwaarden stelt ter bescherming van de volksen diergezondheid. Er is op dit moment binnen Nederland en Europa te beperkt informatie beschikbaar over de rol van mest in relatie tot verspreiding van ESBLproducerende bacteriën. Er is meer onderzoek nodig om uitspraken te doen over de mogelijke oorzaak-gevolg verbanden en volksgezondheidsrisico's. In de zomer gaat een onderzoek hiernaar van start. Ook wach ten staatssecretaris Bleker en ik de bevindingen van de Gezondheidsraad af, of op het gebied van dierlijke mest nadere stappen moeten worden ondernomen. 8 Kunt u aangeven of er een verband bestaat of redelijkerwijze vermoed kan worden tussen EHEC en ESBL's? Zo ja, welk verband? Zo nee, waarom niet? Antwoord 8 EHEC is een specifieke E. coli variant. Van E. coli is bekend dat deze ESBL-positief kunnen zijn. Het is daarom niet vreemd dat een ESBL-positieve EHEC-stam in Duitsland is aangetroffen. 9 Kunt u aangeven of er een verband bestaat of redelijkerwijze vermoed kan worden tussen EHEC en het gebruik van antibiotica in de veehouderij? Zo ja, welk verband? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 9 Op dit moment zijn er geen aanwijzingen dat er een verband is tussen EHEC en het gebruik van antibiotica in de veehouderij. Dit verband wordt voor andere resistente bacteriën wel vermoed. Om meer zicht te krijgen op de risico's van het gebruik van antibiotica in de veehouderij voor de volksgezondheid verwachten staatssecretaris Bleker en ik in de zomer een advies van de Gezondheidsraad. 10 Is het waar dat volgens het RIVM 3) de EHEC bacterie altijd afkomstig is uit mest van vee? 4) Zo nee, waar kan de bacterie nog meer van afkomstig zijn? Zo ja, kunt u aangeven of er een direct of indirect verband is tussen de EHEC besmettingen en mest uit de veehouderij? Antwoord 10 Herkauwende landbouwhuisdieren vormen het belangrijkste dierreservoir van EHEC-bacteriën. Echter, op basis van genetisch onderzoek is gebleken dat de uitbraakstam in Duitsland (O104) geen typische EHEC is maar eigenschappen bevat van zowel EHEC als van een ander type E. coli. Het is op dit moment voor de d eskundigen van het RIVM-CIb onduidelijk waar de EHEC-uitbraakstam vandaan komt.

Uiteraard dient Heinz zich te houden aan de wettelijke bepalingen die ter zake gelden. 9 Heeft u met Heinz gesproken over de grote weerstand tegen dierproeven in de Nederlandse samenleving en de ambitie van de regering om het aantal dierproeven terug te dringen? Zo ja, welke voorwaarden heeft u verbonden aan de komst van het onderzoekscentrum naar Nederland op dit gebied? Kunt u garanderen dat Heinz geen dierproeven zal (laten) verrichten? Zo nee, waarom niet? Antwoord Nee, zie de beantwoording van vraag 8.

(w.g.)

drs. M.J.M. Verhagen Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie