Wageningen Universiteit en Researchcentrum
2011

Liquiditeitsverwachting legpluimveehouderij 2e helft 2011

5 jul 2011

Vanwege de aanhoudend slechte marktsituatie in de leghennensector, zijn op verzoek van o.a. Dienst Regelingen en banken de in februari opgestelde liquiditeitsuitgangspunten vernieuwd. Deze korte termijn prijsverwachtingen worden opgesteld als de prijzen langdurig beduidend onder het kostprijsniveau liggen (als gevolg van lage opbrengstprijzen of hoge voerprijzen).
Veel legpluimveehouders hebben als gevolg van hoge voerprijzen en lage eiprijzen sinds halverwege 2010 te maken met een saldo dat enkele euroâs per hen negatief is, hetgeen de 1e helft van 2011 nog sterker het geval is met saldoâs tot (omgerekend op jaarbasis) ⬠-6 à -7 per hen tijdens het diepte-punt. Omdat de prognose voor de voerprijzen nog licht stijgend is en er geen zicht is op voldoende hoge opbrengstprijzen in de 2e helft van 2011, is het nodig opnieuw korte termijnprijzen in te schatten voor consumptie-eieren.

Marktontwikkeling en prijsverwachting
Voerprijzen
In mei 2011 zijn de voerprijzen tot recordhoogte gestegen en is het hoge prijsniveau van halverwege 2008 ruimschoots voorbijgestreefd. De komende tijd blijft het prijsniveau van voeders hoog. De voerprijs voor legmeel stellen we vast op ⬠28,25 (excl btw), waarbij we rekening met een korting van ⬠1,75-2,00 per 100 kg op de LEI-prijs.

Marktontwikkelingen
Als gevolg van een overaanbod van eieren binnen Europa en met name in Nederland (vanwege de export) heeft de pluimveesector sinds halverwege 2010 te maken met lage eiprijzen. Het aanbod is nog steeds te ruim en dat geldt zeker voor de scharreleieren, omdat kooibedrijven omschakelen naar alternatieve huisvestingssystemen. Vanuit de handel komt het signaal dat de eierprijs vooralsnog niet aantrekt en de druk op het scharrelsegment zeer hoog zal blijven Het ruien van koppels biedt geen soelaas, omdat daarmee het aanbod in stand blijft. Pluimvee-houders kunnen beter oudere koppels versneld ruimen en enige tijd leegstand accepteren.

Kooi-eieren
Op basis van de opzet- en inlegcijfers verwachten we het 3e kwartaal geen verbetering en misschien het 4e kwartaal een licht herstel. Op langere termijn zal de eiprijs weer naar een structureel hogere prijs gaan, maar dat wordt niet meer in 2011 verwacht. Vanuit dit perspectief wordt de verwachte eiprijs voor begrotingen voor de korte termijn (2e helft 2011) vastgesteld op 4,0 eurocent excl. BTW. Dit is ⬠0,64 per kg ei.

Scharreleieren
In juni 2011 is het prijsverschil tussen kooi- en scharreleieren teruggelopen tot 0,3 cent per ei. Naar verwachting zal er meer druk blijven op de prijs voor scharreleieren dan voor kooieieren omdat er een krimp komt in het aantal kooihennen. De verwachting is dat het verschil tot rond 0,25 cent per ei zal dalen. Voor scharreleieren wordt dan een prijs van 4,25 eurocent per ei (excl BTW) verwacht.

Tabel 1 Korte termijnprijs eieren en voer- en henprijs (excl. BTW)

Â

Kooieieren

Scharreleieren

Opbrengstprijs (cent per ei)

4,0

4,25

Voerprijs (â¬/100 kg)

28,25

28,25

Prijs 17-weekse hen (â¬/stuk)

3,40

3,95

Saldo (â¬/hen/jaar)


-2,84


-4,43

De verwachte prijzen gelden tot 6 maanden na opstellen van een liquiditeitsbegroting. Naar alle waarschijnlijkheid zal de liquiditeit van bedrijven in eerste deel van de periode van 6 maanden slechter zijn dan de prognose en beter zijn aan het eind van deze periode.

Momenteel is de prijs voor een opfokhen tot wel ⬠1 duurder dan waarmee hier gerekend wordt. Hiermee dient rekening gehouden te worden bij het opstellen van een liquiditeitsbegroting

Contact
Izak Vermeij
Tel. 0320 - 293 519