Raad van State


dinsdag 5 juli 2011
Zitting over de weigering door het college van burgemeester en wethouders van Utrecht om maatregelen te treffen tegen een transformatorhuisje achter de Agaathvlindersingel in Utrecht. Een man uit Utrecht had om de maatregelen gevraagd. Het transformatorhuisje is volgens hem zonder bouwvergunning gebouwd en staat pal voor de toekomstige uitrit van zijn nog te bouwen garage. Volgens het gemeentebestuur is voor het transformatorhuisje geen aparte bouwvergunning nodig, omdat het huisje is meegenomen in de opbreekvergunning. De man is het daar niet mee eens en kwam eerder in beroep bij de rechtbank in Utrecht. Die stelde hem in november 2010 in het ongelijk. De man laat het er niet bij zitten en komt tegen die uitspraak in hoger beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. (zaaknummer 201012903/1)
Zitting over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten van Noord-Brabant van het bestemmingsplan 'Bedrijventerrein Kleine Hoeven' van de gemeente Reusel-De Mierden. Het plan maakt een nieuw bedrijventerrein mogelijk aansluitend aan de kern van Reusel. Het gaat om een terrein van ongeveer tien hectare. Drie omwonenden zijn het niet eens met het plan en komen tegen het goedkeuringsbesluit in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij vinden dat er in het gebied geen behoefte bestaat aan een nieuw bedrijventerrein. Ook vrezen zij voor geluids- en geuroverlast en voor verkeershinder. Daarbij zijn zij ook bang dat de luchtkwaliteit door de komst van het bedrijventerrein wordt aangetast. De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in december 2008 al eerder over dit bestemmingsplan geoordeeld, al ging het toen nog om een terrein van in totaal ongeveer 20 hectare. Aan 10 hectare had het provinciebestuur destijds al goedkeuring onthouden. De Raad van State vernietigde in december 2008 het resterende deel van het bestemmingsplan waardoor het provinciebestuur een nieuw besluit over dit deel moest nemen. Over dit besluit gaat de zitting van vandaag. De zitting gaat ook over de vaststelling van het bestemmingsplan 'Kleine Hoeven 2009'. Dit plan heeft ook betrekking op het aanleggen van 10 hectare bedrijventerrein. Het plan is nagenoeg gelijk aan het plan dat het provinciebestuur heeft goedgekeurd. Ook tegen dit plan komen de drie inwoners in beroep bij de Raad van State. (zaaknummers 200909137/1 en 201009810/1)

11.00 uur

Zitting over de milieuvergunning die het college van gedeputeerde staten van Drenthe heeft verleend aan Noblesse, een bedrijf dat pluimveeslachtafval verwerkt tot meel- en vetproducten. Noblesse is gevestigd aan de Ambachtsweg in Wijster en krijgt vier zogenoemde productielijnen. De totale productiecapaciteit bedraagt 116.000 ton per jaar. Sonac Burgum en een aantal omwonenden zijn het niet eens met de vergunning en komen daarom in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Sonac Burgum, een bedrijf dat eiwitten en vetten produceert, voert vele bezwaren aan tegen de vergunning. Zo betwijfelt het of Noblesse een lozingsvergunning kan krijgen. Zonder lozingsvergunning kan het bedrijf niet starten, aldus Sonac Burgum. Ook zou de geurbelasting niet goed zijn berekend en wordt niet gebruik gemaakt van de best beschikbare technieken. De omwonenden voeren aan dat het bedrijf negatieve gevolgen zal hebben voor de natuur. Ook vrezen zij geur- en geluidsoverlast. (zaaknummer 201006895/1)

15.00 uur

Zitting over de afwijzing door het college van gedeputeerde staten van Fryslân van het verzoek van de Waddenvereniging om handhavend op te treden tegen de reststoffen-energiecentrale (REC) aan de Lange Lijnbaan in Harlingen. De vereniging heeft het provinciebestuur gevraagd maatregelen te treffen, omdat voor de bouw en het in werking zijn van de afvalstoffencentrale geen Natuurbeschermingswetvergunning is verleend. Volgens de vereniging is dat wel nodig, omdat de dioxine- en stikstofuitstoot van de centrale negatieve gevolgen heeft voor een aantal beschermde diersoorten. Zo zouden de fint, de scholekster en de steenloper negatieve gevolgen ondervinden van de (bouw van de) centrale. Het provinciebestuur is van mening dat geen Natuurbeschermingswetvergunning voor de centrale nodig is. Dit zou volgens de provincie blijken uit een uitgebreid onderzoek naar de effecten van de centrale voor het omliggende beschermde natuurgebied. De Waddenvereniging is het hier niet mee eens en komt tegen de weigering in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De Raad van State heeft de zaak eerder op 14 maart jl. op zitting behandeld. (zaaknummer 200909120/1)