Allergan komt met diervriendelijke botoxtest


Vier Voeters: ‘Dit voorkomt het onnodig lijden van duizenden dieren’

AMSTERDAM, 20110705 -- Botoxfabrikant Allergan heeft een test ontwikkeld die het gebruik van proefdieren overbodig maakt. Deze test is goedgekeurd door de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA). De internationale dierenwelzijnsorganisatie Vier Voeters hoopt dat andere landen snel zullen volgen, want de huidige methode heeft alleen al in de Europese Unie ieder jaar duizenden dode dieren tot gevolg.

Allergan, in Nederland gevestigd te Eindhoven, schat dat door de nieuwe, op cellen gebaseerde in-vitro methode, het gebruik van proefdieren met 95 procent zal verminderen in de komende drie jaar, gezien de goedkeuring voor gebruik in alle landen.

Elk jaar worden in de Europese Unie duizenden dieren, meestal muizen, gebruikt voor botoxtesten. Door de testen lijden (braken, verlamming, angst) de dier enorm, zelfs tot de dood erop volgt. Dit mag omdat botox, ondanks het grootschalige gebruik voor cosmetische doeleinden, niet wordt beschouwd als cosmetica omdat het in sommige gevallen ook voor medische doeleinden wordt gebruikt. Daarom kan het nog steeds op dieren worden getest, in tegenstelling tot andere cosmetische producten zoals make-up en shampoo. Een veelgebruikte botoxtest is de LD50 (dodelijke dosis) -test, een zeer wrede procedure waarin een dosis wordt gebruikt die 50 procent van de dieren doodt. Voor één partij botox worden soms wel enkele honderden dieren gebruikt, en elke partij wordt getest voor gebruik.

De internationale dierenwelzijnsorganisatie Vier Voeters is verheugd over de nieuwe testmethode voor botox. Marie-Claire MacIntosh, aan de organisatie verbonden als proefdierenexpert, zegt: ‘Hierdoor worden de levens van duizenden dieren gered en blijven zij bespaard van onnodig lijden. We hopen dat ook andere autoriteiten, waaronder de Europese, in navolging van de Amerikaanse FDA de oude LD50-test zullen herzien. Nu hebben we immers een middel in handen om het lijden van dieren wereldwijd nog verder terug te dringen.’





Ingezonden persbericht