Maastricht University

Alzheimer beter te voorspellen door onderzoek in meerdere hersengebieden

Er zijn nieuwe aanwijzingen gevonden dat Alzheimer beter voorspeld kan worden door onderzoek te verrichten in meerdere hersengebieden en in het bijzonder de pariëtaalkwab; verantwoordelijk voor ondermeer het besef van ruimte. De laatste jaren hebben studies over de ziekte van Alzheimer zich voornamelijk gefocust op de mediale temporale schors. Dit gebied in de hersenen speelt een belangrijke rol bij het expliciete geheugen, maar levert onvoldoende diagnostische betrouwbaarheid in de vroege fase van de ziekte van Alzheimer. Heidi Jacobs bestudeerde als promovendus aan de Universiteit Maastricht veranderingen in de pariëtaalkwab in relatie tot de vroege diagnostiek van Alzheimer. Op woensdag 6 juli verdedigde ze met succes haar proefschrift en verkreeg daarvoor het predicaat 'cum laude'.

Een van de meest voorkomende symptomen van Alzheimer is een achteruitgang van het geheugen. Aan de andere kant treden er veranderingen op in de hersenen. De grijze en witte stof in het brein (grijze stof = de buitenste rand van de hersenen; witte stof = het binnenste deel van de hersenen) nemen af en er treden beschadigingen op in het vatenstelsel. Ook het patroon van hersenactiviteit verandert. Jacobs onderzocht in hoeverre krimp in de pariëtaalkwab een toegevoegde waarde heeft voor het voorspellen van de ziekte van Alzheimer, bovenop de krimp in de mediale temporale kwab. Het blijkt dat als de informatie van de twee kwabgebieden wordt gecombineerd de betrouwbaarheid van de diagnose toeneemt met 22%. Hiermee kan krimp in de pariëtaalkwab een belangrijke aanvullende aanwijzing zijn voor Alzheimer. Jacobs legt hiermee de basis voor vervolgonderzoek naar de pariëtaalkwab en Alzheimer en hoe deze een rol kan spelen in de vroege opsporing van de ziekte.

Alzheimer dementie is de meest voorkomende vorm van dementie. Als gevolg van de vergrijzing in onze samenleving is er een toegenomen behoefte om deze ziekte te begrijpen, vroeg te diagnosticeren en te behandelen. Wat betreft de rol van de hersenenveranderingen binnen de diagnostiek gebruiken onderzoekers en clinici de mate van krimp van de grijze stof in de mediale temporale kwab als maat om de ziekte vast te stellen en het verloop te voorspellen. Echter, dit is voor patiënten in de vroegste stadia te beperkt. Naast hersenveranderingen spelen gedrags- en verstandelijke veranderingen (minder onthouden, meer moeite met plannen, situaties moeilijker herkennen e.d.) ook een belangrijke rol bij de diagnose Alzheimer.

Heidi I.L. Jacobs verdedigde woensdag 6 juli haar proefschrift 'Parietal Matters in Early Alzheimer Disease'. Promotoren: Prof. Jelle Jolles (Onderzoeksinstituut LEARN! Vrije Universiteit Amsterdam), Prof. Frans Verhey en dr Martin van Boxtel (Universiteit Maastricht). Het proefschrift is uitgegeven in boekvorm (Neuropsych Publishers, ISBN 978-90-75579-51-2)