Gerechtshof Den Haag


Hof legt 15 jaar gevangenisstraf op voor moord en brandstichting

Den Haag , 12-7-2011

Het gerechtshof in Den Haag heeft op 12 juli in hoger beroep een 36-jarige verdachte veroordeeld tot 15 jaar gevangenisstraf voor moord en brandstichting met gevaar voor goederen en personen. De man werd er van verdacht in 2009 te Dordrecht zijn vriend te hebben doodgeschoten alsmede het pand waarin ze samen een bedrijfje zouden beginnen in brand te hebben gestoken. Een 29-jarige medeverdachte is vrijgesproken van medeplichtigheid aan moord.

De verdachte en het slachtoffer hebben tijdens het uitgaan ruzie gekregen, waarna de verdachte naar het bedrijfspand - gelegen in een woonwijk - toe is gereden en dit in brand heeft gestoken. Daarna is hij naar de woning van het slachtoffer gereden en heeft het slachtoffer op straat voor de woning doodgeschoten. Het hof acht bewezen dat de verdachte met voorbedachten rade heeft gehandeld. De verdachte heeft eerst een waarschuwingsschot gelost en korte tijd daarna gericht meerdere keren op het slachtoffer geschoten. Het hof is van oordeel dat de verdachte tussen het waarschuwingsschot en de daaropvolgende schoten de gelegenheid heeft gehad om na te denken over de betekenis en gevolgen van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap te geven.

Het hof heeft bij het opleggen van de straf rekening gehouden met het onherstelbare leed dat de nabestaanden van het slachtoffer is aangedaan alsmede met het voor de rechtsorde schokkende karakter van het delict. Het hof heeft - in navolging van de rechtbank - een gevangenisstraf van 15 jaren opgelegd.

De medeverdachte, die ervan verdacht werd voorafgaand aan de schietpartij het vuurwapen te hebben geleverd aan de verdachte, is vrijgesproken wegens gebrek aan bewijs. Wel is hij veroordeeld voor het voorhanden hebben van munitie tot een maand onvoorwaardelijke gevangenisstraf.