Europees Hof v Justitie


Hof van Justitie van de Europese Unie PERSCOMMUNIQUÉ nr. 74/11 Luxemburg, 14 juli 2011

Pers en Voorlichting

Arrest in gevoegde zaken C-4/10 en C-27/10 Bureau national interprofessionel du Cognac / Gust. Ranin Oy

Een merk dat de geografische aanduiding ,,Cognac" bevat, kan niet worden ingeschreven ter aanduiding van een gedistilleerde drank die niet onder deze aanduiding valt Het commerciële gebruik van een dergelijk merk zou immers afbreuk doen aan de beschermde aanduiding Overeenkomstig de verordening betreffende de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken1 kan de naam van een land, een regio of een plaats waarvan een gedistilleerde drank afkomstig is, als geografische aanduiding worden geregistreerd wanneer de kwaliteit, de reputatie of een ander kenmerk van de drank hoofdzakelijk valt toe te schrijven aan de geografische oorsprong ervan. Een dergelijke registratie vindt plaats op verzoek van de lidstaat van oorsprong van de gedistilleerde drank. De aanvraag moet een technisch dossier bevatten dat de specificaties vermeldt waaraan de betrokken drank moet voldoen om te kunnen worden aangeduid door de beschermde geografische aanduiding. Verder verbiedt de verordening de inschrijving van merken die afbreuk kunnen doen aan een beschermde geografische aanduiding en preciseert zij dat over het algemeen een dergelijk reeds ingeschreven merk nietig moet worden verklaard. De verordening vermeldt de term ,,Cognac" als een geografische aanduiding ter benoeming van wijn-eau-de-vie afkomstig uit Frankrijk. Gust. Ranin Oy, een Finse onderneming, heeft in Finland verzocht om inschrijving, voor gedistilleerde dranken, van twee beeldmerken in de vorm van een flesetiket met de beschrijvingen van gedistilleerde dranken waaronder de vermelding ,,Cognac" en de Finse vertaling ervan ,,konjakki". Hoewel de Finse autoriteiten de inschrijvingsaanvraag hebben toegewezen, betwist het Bureau national interprofessionnel du Cognac, een Frans organisme dat de cognacproducenten verenigt, voor de Finse rechterlijke instanties de rechtmatigheid van deze inschrijving. De Korkein hallinto-oikeus (hoogste rechterlijke instantie in bestuurszaken, Finland) vraagt het Hof van Justitie of de verordening toelaat dat nationale merken met de term ,,Cognac" worden ingeschreven voor producten die wat bereidingswijze en alcoholvolume betreft niet voldoen aan de voorwaarden voor gebruik van de geografische aanduiding ,,Cognac". In het arrest van heden stelt het Hof om te beginnen vast dat, hoewel de litigieuze merken werden ingeschreven op 31 januari 2003, dit wil zeggen voor de inwerkingtreding van de verordening, deze in casu van toepassing is. Op dit punt merkt het Hof op dat de retroactieve toepassing van de verordening geen afbreuk doet aan het rechtszekerheidsbeginsel of aan het beginsel van bescherming van het gewettigd vertrouwen. De verplichting voor de lidstaten om te beletten dat een geografische aanduiding ter benoeming van gedistilleerde dranken wordt gebruikt voor alcoholhoudende dranken die niet van oorsprong zijn uit de met die aanduiding aangegeven plaats, bestaat immers reeds sinds 1 januari 1996 in het Unierecht.
1

Verordening (EG) nr. 110/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 15 januari 2008 betreffende de definitie, de aanduiding, de presentatie, de etikettering en de bescherming van geografische aanduidingen van gedistilleerde dranken en tot intrekking van verordening (EEG) nr. 1576/89 van de Raad (PB L 39, blz. 16, en rectificatie PB 2009, L 228, blz. 47).

www.curia.europa.eu



Vervolgens stelt het Hof dat de twee Finse merken, die op 31 januari 2003 werden ingeschreven, geen aanspraak kunnen maken op de in de verordening vastgestelde afwijking, volgens welke een merk dat vóór de datum van bescherming van de geografische aanduiding in het land van oorsprong (of vóór 1 januari 1996) is verkregen, mag worden gebruikt, zelfs indien hierdoor afbreuk wordt gedaan aan de betrokken geografische aanduiding. Dienaangaande herinnert het Hof eraan dat, afgezien van de bescherming ervan naar Frans recht, de term ,,Cognac" krachtens het Unierecht als geografische aanduiding wordt beschermd sinds 15 juni 1989. Het Hof stelt ook vast dat bij gebruik van een merk dat de term ,,Cognac" bevat voor niet onder deze aanduiding vallende producten, sprake is van een direct commercieel gebruik van de beschermde aanduiding. De verordening verbiedt een dergelijk gebruik voor zover dit betrekking heeft op vergelijkbare producten. Het Hof is van oordeel dat dit het geval kan zijn bij gedistilleerde dranken. Tevens is het Hof van oordeel dat het feit dat de twee Finse merken een deel van de benaming ,,Cognac" bevatten, ertoe leidt dat de consument bij het lezen van de naam van de merken op de flessen van gedistilleerde dranken die niet onder de beschermde benaming vallen, als referentiebeeld het artikel waarvoor die aanduiding geldt, voor de geest zal komen. Het Hof herinnert eraan dat een dergelijke voorstelling ook verboden is door de verordening. In deze omstandigheden oordeelt het Hof dat de Finse autoriteiten de inschrijving van de litigieuze merken nietig moeten verklaren.

NOTA BENE: De prejudiciële verwijzing biedt de rechterlijke instanties van de lidstaten de mogelijkheid, in het kader van een bij hen aanhangig geding aan het Hof vragen te stellen over de uitlegging van het recht van de Unie of over de geldigheid van een handeling van de Unie. Het Hof beslecht het nationale geding niet. De nationale rechterlijke instantie dient het geding af te doen overeenkomstig de beslissing van het Hof. Deze beslissing bindt op dezelfde wijze de andere nationale rechterlijke instanties die kennis dienen te nemen van een soortgelijk probleem.

Voor de media bestemd niet-officieel stuk, dat het Hof van Justitie niet bindt. De volledige tekst van het arrest is op de dag van de uitspraak te vinden op de website CURIA. Contactpersoon voor de pers: Stefaan Van der Jeught (+352) 4303 2170

www.curia.europa.eu