Rijksoverheid


14 juli 2011

Antwoorden op de vragen van de leden Jacobi en Marcouch (Partij van de Arbeid) over bestrijding van de visstroperij

Geachte Voorzitter,

Hierbij stuur ik u, mede namens de minister van Veiligheid en Justitie, de antwoorden op de Kamervragen van de leden Jacobi en Marcouch (PvdA) over de bestrijding van de visstroperij in Nederland en in Friesland in het bijzonder.


1 Is het u bekend dat de Politie Fryslan het team bestrijding visstroperij in Friesland per 2011 heeft opgeheven? Ja. Het team bestrijding visstroperij was onderdeel van een samenwerkingsverband tussen de nVWA, het KLPD, de provincie Friesland en de regiopolitie Friesland. Dit samenwerkingsverband was neergelegd in het convenant 'visstroperijteam Fryslan', dat op 31 december 2010 is geëindigd. Dit betekent overigens niet dat de stroperijbestrijding in Friesland ook is gestopt. 2 Wat vindt u ervan dat dit is gebeurd om reden van bezuinigingen, ondanks dat visstroperij nog steeds een groot probleem vormt? Van belang is dat de stroperijbestrijding niet in gevaar komt. Ik zal samen met mijn ambtgenoot van Veiligheid en Justitie bezien wat daarvoor de meest passende vorm is. 3 Vindt u de bestrijding van visstroperij belangrijk? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom niet?

Ja, de bestrijding van visstroperij vinden wij belangrijk. Onze inzet is erop gericht om de effectiviteit van de handhaving te versterken en om de pakkans te vergroten. Het gaat bij stroperij om illegale inzet van soms grote hoeveelheden beroepsvistuigen en grootschalige onttrekking van vissoorten als snoekbaars en aal en van kreeft. Deze vorm van criminaliteit kan een ontwrichtende invloed op de visstand en het duurzaam visstandbeheer hebben. Dat de aanpak van visstroperij voor het kabinet prioriteit heeft blijkt onder meer uit het wetsvoorstel strekkende tot Wijziging van de Visserijwet 1963 in verband met de bestrijding van visstroperij en het vervallen van de akte, alsmede enkele andere wijzigingen van deze en enige andere wetten (Kamerstukken II, 2010/11, 32574, nr. 2) dat recent door uw Kamer is behandeld. Met dat wetsvoorstel wordt beoogd de handhaving ten aanzien van visstroperij effectiever te maken, onder meer door inzet van de opsporingsbevoegdheden van de Wet op de Ec onomische Delicten mogelijk te maken. Ook wordt de strafmaat verhoogd, zodat het OM hogere geldboetes kan vorderen. 4 en 5 Wat is op dit moment de huidige stand van zaken van de aanpak van visstroperij in Nederland? Wat gaat u doen om een gedegen aanpak van de visstroperij in Nederland te garanderen? Er wordt gewerkt in stroperijbestrijdingsteams die drie hoofdregio's bestrijken: regio Friesland, regio IJsselmeer en regio Zuidwest-Nederland. Daarnaast wordt incidenteel in mobiele teams gewerkt in andere regio's waar stroperij een risico vormt. Met het KLPD vindt op dit moment, vooruitlopend op de inwerkingtreding van het voornoemde wetsvoorstel, overleg plaats om zo effectief mogelijk gebruik te kunnen maken van de met dat wetsvoorstel beoogde wijzigingen. Inzet is om ook de regiopolitie hier bij te betrekken. Samen met mijn ambtgenoot van Veiligheid en Justitie zal ik bezien wat hiertoe de meest passende vorm van samenwerking is. Daarbij wordt ingezet op een meer dadergerichte aa npak. Dat wil zeggen een verschuiving van het preventief dreggen van netten naar gerichte opsporing van veelplegers. Hiertoe wordt op dit moment gewerkt aan een project om landelijk de informatiepositie over stroperij te versterken, om nadrukkelijker een risicogebaseerde handhaving toe te kunnen passen. Ook de opsporingsdienst van de nVWA is hierbij betrokken. Een van de instrumenten die worden onderzocht is een fiscale aanpak in samenwerking met de FIOD. 6 Bent u bereid geld of menskracht voor de "animal cops" in te zetten voor de bestrijding van de visstroperij? Ja. Op 28 april 2011 hebben de minister van Veiligheid en Justitie en ik een brief aan uw Kamer gestuurd over de invoering van dierenpolitie. Hierin is aangegeven dat de dierenpolitie (animal cops) onder andere gaat optreden tegen stroperij zoals neergelegd in de Visserijwet en de Flora- en faunawet.

De uitwerking hiervan zal dit jaar verder gestalte moeten krijgen.

dr. Henk Bleker
Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie