Rijksoverheid
VN-rapport onderschrijft Nederlandse themakeuze ontwikkelingssamenwerking
Nieuwsbericht | 15-07-2011
Wereldwijd worden grote vorderingen gemaakt met het behalen van de
Millenniumdoelen. Dat blijkt uit het jaarlijkse Millenniumdoelenrapport
van de Verenigde Naties.
Uit het rapport blijkt dat goede vooruitgang is geboekt in met name de
millenniumdoelen voor armoede, onderwijs, bestrijding van ziekten en
toegang tot schoon drinkwater. Zo is het aantal mensen dat onder de
armoede grens van 1,25$ per dag leeft afgenomen van 1,8 miljard in 1990
tot minder dan 900 miljoen nu, ondanks een stijgende wereldbevolking.
Het aantal sterfgevallen door malaria is met 20% afgenomen, waarbij de
grootste daling heeft plaatsgevonden in Sub-Sahara Afrika. 1,1 miljard
mensen in de steden en 723 miljoen mensen op het platteland hebben in
afgelopen tien jaar toegang gekregen tot schoon drinkwater.
Ontwikkelingssamenwerking levert een belangrijke bijdrage aan die
vooruitgang.
De resultaten op het gebied van voedselzekerheid, sanitaire
voorzieningen en water, en seksuele en reproductieve gezondheid en
rechten blijven echter achter bij de doelstellingen. Staatssecretaris
Knapen kiest ervoor de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking te
focussen op de Millenniumdoelen waar nog grote achterstanden bestaan en
waar Nederland de meeste meerwaarde kan bieden.
Hij voelt zich door dit rapport gesterkt in zijn keuze voor de thema's:
voedselzekerheid, water en seksuele en reproductieve gezondheid en
rechten. Het VN-rapport onderschrijft dat op deze thema's extra inzet
nodig is om de doelen te behalen.
Het vierde prioritaire thema van Knapen, veiligheid en rechtsorde, valt
niet direct onder een van de acht Millenniumdoelen maar is wel een
voorwaarde om de Millenniumdoelen te bereiken. Dat blijkt ook uit het
feit dat in geen enkel land met grote problemen op dit terrein
(fragiele staten) de Millenniumdoelen lijken te worden behaald. Daarom
is ook dit thema een aandachtspunt in het Nederlandse
ontwikkelingsbeleid.
De Verenigde Naties meet en rapporteert elk jaar de voortgang van de
doelen. Zo kunnen de landen steeds zien op welke thema's extra
inspanningen nodig zijn.