CIDI - Centrum Informatie en Documentatie Israël
Hooggerechtshof besluit schadeclaim terrorist te heroverwegen
vr 29-07-2011
Het Israelische Hooggerechtshof heeft deze maand besloten
Hezbollah-terrorist Mustafa Dirani toe te staan een rechtszaak aan te
spannen tegen de Staat Israel. Dirani claimt mishandeld te zijn tijdens
zijn tien jaar durende detentie in een Israelische gevangenis. In 2000
spande Dirani al een rechtszaak aan bij de rechtbank van Tel Aviv,
waarbij hij een schadevergoeding van zes miljoen Israelische shekels
eiste.
Dirani eist deze schadevergoeding voor `mishandeling tijdens verhoor',
wat plaats gevonden zou hebben na zijn ontvoering door de Mossad in
1994. Hij werd in 2004 vrijgelaten bij een gevangenenruil.
Het Openbaar Ministerie verzocht de rechtbank Dirani's zaak te
seponeren, zich baserende op internationale precedenten uit
respectievelijk het Britse en Amerikaanse rechtssysteem, waar het
Israelische rechtssysteem grote gelijkenissen mee vertoont.
In 2004, vlak na zijn vrijlating, kondigde Dirani aan dat hij een
centrale rol zou gaan spelen in de terroristische organisatie
Hezbollah. Hij zou verantwoordelijk zijn voor de moord op tientallen
Israelische burgers. Ook zou hij verantwoordelijk zijn voor het
gevangen houden van Ron Arad, de israelische navigator die sinds 1986
vermist wordt.
Twee van de drie betrokken rechters - rechters Ayala Procaccia en Salim
Joubran - besloten Dirani's rechtszaak wel in behandeling te nemen.
Procaccia legde uit dat "Dirani's eis betrekking heeft op fundamentele
rechten. Het Israelische rechtssysteem verwerpt geen aanklachten van
vijanden van de staat."
De derde rechter, Hanan Meltzer, stelde dat dit voorbeeld aantoont
waarom de rechtszaak van een vijand niet behandeld dient te worden.
"Dit is het juiste moment om deze regel te formaliseren. Hij stelde
verder dat men "dient te leren van ervaringen uit andere rechtssystemen
en men zich dient te baseren op wijsheid."