Inspectie Verkeer en Waterstaat
IVW houdt vliegtuig op Midden-Zeeland aan de grond
Nieuwsbericht | 18-08-2011
De Inspectie Verkeer en Waterstaat heeft vandaag 18 augustus 2011 twee
broers belet om met een gehuurd vliegtuig van het vliegveld
Midden-Zeeland naar Lydd in Engeland te vliegen. Tijdens de controle
van de inspectie bleek de Cessna 150 niet de verplichte transponder en
Emergency locator transmitter aan boord te hebben. Beide apparaten zijn
van belang voor de vliegveiligheid en zorgen ervoor dat het toestel
lokaliseerbaar is en in het geval van een calamiteit het toestel snel
gevonden kan worden. De twee broers moeten op zoek naar een ander
toestel om alsnog hun reis naar Engeland te mogen maken. De eigenaar
van de Cessna 150 moet het toestel voor de eerst volgende vlucht
voorzien van beide apparaten.
De controle werd gehouden in het kader van de zogenaamde Safety
Assesment on General Aviation (SAGA) inspecties. Bij deze inspecties
wordt onder meer gekeken naar de documenten van de vlieger en van het
vliegtuig, de veiligheid voor de inzittenden, de technische staat van
het vliegtuig en de benodigde inrichting en uitrusting aan boord.
Daarnaast besteedt de inspectie dit seizoen extra aandacht aan de
vluchtvoorbereiding. Bij de vluchtvoorbereiding is onder meer het
gewicht en balans (Weight & Balance) van het toestel, de aanwezigheid
van actuele navigatie- en vliegkaarten, het hebben van voldoende
brandstof en de kennis van de vlieger over de actuele
luchtverkeersinformatie van belang. Vooral het aantal
luchtruimschendingen* doet vermoeden dat de vluchtvoorbereiding niet
altijd optimaal is. In 2009 en 2010 kreeg de Inspectie Verkeer en
Waterstaat ongeveer 270 meldingen van luchtruimschendingen per jaar.
*Van een luchtruimschending is sprake wanneer een vlieger zonder
toestemming een gecontroleerd deel van het luchtruim binnen vliegt.