Rijksoverheid
Persconferentie minister-president na de MR 19 augustus 2011
Radio- en TV-tekst | 19-08-2011
Letterlijke tekst van de persconferentie van minister-president Rutte
na afloop van de ministerraad op 19 augustus 2011.
MINISTER-PRESIDENT RUTTE:
(De eerste minuten van de persconferentie ontbreken wegens een
technische storing.)
(...) Dus ook de manier waarop we die EUR 18 miljard invullen met
hervormingen, en de hervormingen daarbuiten - kleinere overheid - die
zijn allebei nodig. Zowel die staatsfinanciën op orde brengen, als het
groeivermogen van de economie weer op gang krijgen, om ervoor te zorgen
dat Nederland zo goed mogelijk door deze moeilijke fase gaat. Nederland
moet uiteindelijk sterker uit deze situatie komen. Daarom houden wij
ook strikt vast aan die agenda. Bouwen aan een kleine, krachtige
overheid, het schrappen van overbodige regels, het van het slot halen
van Nederland. Dat zijn de kernwoorden waar wij de komende weken verder
aan werken. En waar wij ook de afgelopen maanden uiteraard aan hebben
gewerkt. De uitgangspunten van het hele regeerakkoord. Vrijwel alle
landen in Europa staan voor deze opgave. Dat is niet een uniek
Nederlands probleem. We zien het in de hele Europese Unie. Ik noemde
Duitsland al, wat natuurlijk een hele belangrijke markt voor Nederland
is. Maar het geldt voor de hele Europese Unie. We zien in te veel
landen, zeker ook in Zuid-Europa, dat de schulden te hoog zijn
opgelopen. De overheidstekorten te hoog zijn opgelopen. Dat
hervormingen in landen als Italië, en natuurlijk in veel ernstige mate
nog in Portugal en Griekenland, te laat in gang zijn gezet. Met alle
gevolgen van dien. Daarom is het ook zo belangrijk dat die landen nu
hun overheidsfinanciën op orde brengen. Maar ook de fundamenten van hun
economie goed krijgen. Dus het verdienvermogen op gang brengen.
Nederland heeft daarbij een relatief goede uitgangspositie. Laten we
ons dat ook realiseren. Er is altijd een interessante indicator van de
markt, namelijk hoe hoog is uiteindelijk... Wat zijn de kosten van de
verzekering, dat een land zijn staatsschuld kan aflossen. Dat zit
altijd in de staatsschuld versleuteld. Dan behoort Nederland tot de top
drie van de wereld. Dus dat is heel gunstig. We doen het daar zelfs nog
een stuk beter - om precies te zijn twaalf basispunten beter - dan de
Duitsers. Onze rente op onze staatsschuld is ook heel erg laag. Die is
iets hoger dan de Duitsers, maar dat is omdat Duitsland een veel
grotere economie heeft. Dan wordt er ook naar de omvang van die
economie gekeken. Maar die verzekeringspremie op of je wel je
staatsschuld aflost, daar behoort Nederland tot de besten in de wereld.
Dat zegt dus iets wat de markt zegt van de Nederlandse economie. Dus
onze onderliggende kracht is goed. Maar tegelijkertijd moeten we
onszelf ook heel serieus aankijken, en dat is dat we die hervormingen
in de pensioenen, in de gezondheidszorg, de onderkant van de
arbeidsmarkt, dat die allemaal cruciaal zijn. Dat hele beleid dat nu in
gang is gezet om Nederland ook door deze moeilijke fase te loodsen. Met
andere woorden, we kunnen niet op onze handen rusten. De staatsschuld
groeit nog iedere dag. Er is nog een lange weg te gaan, de 18 miljard
aan bezuinigingen, ook om het vertrouwen te houden van de financiële
markten, die zijn van het grootste belang. Tegelijkertijd realiseer ik
mij dat in zo'n tijd van onzekerheid ook heel veel mensen onzeker zijn.
Die denken: ja, wat betekent dat dan voor mijn pensioen? Wat betekent
het voor mijn spaargeld, voor mijn baan, voor de toekomst van mijn
kinderen? Daarom ook wil ik ook hier nog eens een keer zeggen - en dat
zal ook de boodschap zijn de komende maanden, ook richting Prinsjesdag
- dat uiteindelijk wat je moet doen, is orde op zaken stellen, ervoor
zorgen dat het land weer gaat groeien, dat er banen bij komen, dat de
economie op gang komt. Daarvoor alle maatregelen nemen die we aan het
nemen zijn. En uiteraard er ook voor zorgen dat je in een land woont
waar je veilig over straat kunt, waar we op een verstandige manier
omgaan met immigratie. Kortom, de agenda waar wij op dit moment
vreselijk hard mee bezig zijn. Die agenda is des te relevanter geworden
door de tegenvallende economische cijfers.
Tot slot iets over Syrië. Een heel ander onderwerp, maar ook zeer
belangrijk. Gisteren heeft Uri Rosenthal gezegd dat de Syrische
president Assad alle legitimiteit heeft verloren. Het geweld van het
Syrische regime tegen de eigen bevolking moet gewoon stoppen. Dat moet
eindigen. Nederland is net als de Verenigde Staten en de andere
EU-lidstaten van mening dat Assad moet opstappen. Hij moet - heeft ook
Obama gezegd - weg. Er moet een vreedzame transitie komen naar een
nieuwe toekomst voor Syrië. Nederland zal daar onder meer in EU-verband
op blijven aandringen. We zullen ook kijken naar alle mogelijkheden
voor het aanscherpen van het sanctieregime tegen Syrië. En we zullen
ons blijven inzetten voor een veroordeling van het Syrische geweld in
het verband van de Verenigde Naties.
VAN DER HEYDE (NOS):
De Finnen hebben een deal gesloten met Griekenland dat Finland een
onderpand krijg voor de steun aan het reddingspakket voor Griekenland.
Wat vindt u daarvan?
RUTTE:
Daar vind ik van dat als er een deal is, die ook voor ons geldt en voor
de andere lidstaten van de eurozone. Als Nederland hebben wij ook ooit
gedacht dat het een goed idee zou zijn. Dus onderpand, collateral dat
je onderpand vraagt voor je leningen. Maar toen hebben wij uiteindelijk
gezegd als Nederland: dat doen wij niet. Wij zetten daar niet op in om
2 redenen. In de eerste plaats omdat je dan heel vaak voor onderpand
ook geld weer moet vragen van de Grieken. Dat geld wat je net hebt
uitgeleend, moet je vervolgens weer terugvragen als onderpand. Dus dat
wordt een beetje broekzak vestzak. De tweede mogelijkheid is dat je
Griekse bezittingen als onderpand vraagt. Maar we willen juist dat de
Grieken hun staatsbezittingen verkopen zodat ze beter in staat zijn om
hun eigen schulden af te lossen. Onderdeel van het huidige tweede
reddingspakket van Griekenland is ook het verkopen van staatsbezit. Dus
wij hebben gezegd: je kunt veel beter inzetten op stevige betrokkenheid
van de private sector. Ik realiseer mij natuurlijk de situatie in
Finland. Daar is dit een politiek zwaar punt. Wij hebben steeds
ambtelijk en politiek gezegd: wat ons betreft hoeft het niet, maar als
jullie het voor elkaar krijgen, geldt het ook voor ons.
VAN DER HEYDE:
Dus hoe dan ook, Nederland gaat niet ook een onderpand vragen aan de
Grieken?
RUTTE:
Nee. Als de Finnen een deal hebben met de Grieken, dan geldt die deal
ook voor ons. Wij gaan niet zelf actief om onderpanden vragen, omdat
wij denken dat we daarmee het Griekse probleem eerder verergeren dan
verminderen. Maar als de Grieken in enigerlei vorm - wat het dan ook
het dan ook precies wordt, want de details zijn niet duidelijk - maar
als de Grieken uiteindelijk een deal sluiten met de Grieken, dan geldt
die natuurlijk ook voor andere landen van de eurozone.
VAN DER HEYDE:
Dan geldt die dus ook voor Nederland. Maar dan gaat Nederland dus toch
iets doen, wat Nederland eigenlijk niet goed vindt?
RUTTE:
Nee, wij vinden het geen ideale oplossing, maar het kan natuurlijk niet
zo zijn dat er een verschil komt in de positie van landen ten opzichte
van Griekenland. Dus als wij aan de Nederlandse belastingbetaler vragen
in het belang van Nederland om een risico te lopen met leningen,
garantiestellingen, aan Griekenland. En de Finnen zeggen: maar daar
tegenover staan onderpanden - nogmaals daarmee denk ik dat je het
Griekse probleem niet oplost - maar dan is het wel gelijke monniken
gelijke kappen.
VAN DER HEYDE:
Dus u accepteert niet dat alleen de Finnen zo'n deal hebben met
Griekenland?
RUTTE:
Zo is het.
VAN DER HEYDE:
Dat wil dus zeggen dat u dan in dat geval niet zou instemmen met het
hele pakket?
RUTTE:
Ik ga nu verder daar allemaal geen uitspraken over doen. Want al die
uitspraken leiden weer tot ook berichten op de Franse en Engelse
persbureaus. Dat zijn als dan vragen. Maar heel scherp: als er een deal
komt tussen de Grieken en de Finnen, dan ook voor Nederland. Dat geldt
overigens ook heb ik inmiddels begrepen voor de Slovenen, de Slowaken
en de Oostenrijkers. Maar ik vermoed eigenlijk voor de hele eurozone.
VAN DER HEYDE:
Dat betekent dat het hek van de dam is, want dan moet Griekenland dus
allerlei onderpanden. Dat ondergraaft in feite die hele deal.
RUTTE:
Daar wil ik absoluut niet over speculeren, want dan veroorzaak ik extra
golven in een toch al lastig probleem, namelijk het hele probleem van
Griekenland. En dat willen we juist oplossen in het belang van
Nederland et cetera. Dus ik moet daar verder geen problemen aan
toevoegen. Ik formuleer heel scherp: een deal tussen Griekenland en de
Finnen geldt ook voor ons.
VAN DER HEYDE:
Maar theoretisch gezien is het onmogelijk dat allerlei landen
onderpanden gaan vragen aan Griekenland, want dan wordt het helemaal
onmogelijk voor dat land om er bovenop te komen.
RUTTE:
Ik ga verder echt niet speculeren. Want alles wat ik verder antwoord op
als dan vragen leidt tot berichten op Reuters. `Nederlandse
minister-president zegt: deal van de Finnen leidt tot...' Dan komen er
allemaal teksten die ik niet moet hebben, want daarmee veroorzaak ik
extra problemen. Ik denk dat mijn uitspraak volstrekt duidelijk is. Wij
hebben er niet op in gezet. We wisten dat de Finnen het gingen
proberen. Wij hebben altijd gezegd: dat lijkt ons om allerlei redenen
niet verstandig, maar uiteindelijk geldt wel dat het Griekse pakket -
natuurlijk relatief naar de eigen economieën, wij bedragen een bepaald
stuk bij aan dat pakket. De Duitsers meer omdat die groter zijn. Maar
uiteindelijk per hoofd van de bevolking moet het gelijkwaardig verdeeld
zijn.
VAN DER HEYDE:
Waarom hebt u dan indertijd ingestemd met die uitzonderingspositie van
de Grieken?
RUTTE:
Omdat de Finnen anders toen al gezegd zouden hebben: wij doen niet mee.
Dan was überhaupt al het hele Griekse pakket er niet gekomen. Binnen
het Europese noodfonds mag besluitvorming alleen bij absolute
unanimiteit plaatsvinden. Dus als één land niet mee doet dan was er op
21 juli l geen steunpakket gekomen voor Griekenland. Dan zou toen al
die ernstige situatie zijn ontstaan die wij niet willen.
VAN DER HEYDE:
Maar dan heeft Geert Wilders toch gelijk dat de Finnen heel scherp
hebben onderhandel en gewoon wel hun zin hebben gekregen?
RUTTE:
Nee, want het is geen verstandige deal. Omdat uiteindelijk onderpand
vragen in de vorm van dit soort stortingen er toe leidt dat je geld dat
je eerst aan de Grieken gegeven hebt weer terugkrijgt. Bovendien zou
dit betekenen dat een deel van het geld van wat wij aan Griekenland
garant stellen, via een omweg terugkomt in een storting bij een -
begreep ik uit de pers - een Duitse bank. Dat kan natuurlijk niet waar
zijn.
VAN DER HEYDE:
We draaien rondjes, maar u wilt dat uiteindelijk ook als de Finnen dat
wel krijgen.
RUTTE:
Nee, wat ik uiteindelijk wil is dat als aan het eind van de dag de
Finnen iets krijgen in de vorm van een onderpand, wij een
gelijkwaardige deal krijgen. Dat geldt denk ik voor alle Europese
landen.
VULLINGS (RADIO 1):
Een andere route zou zijn om druk te zetten op Finland om af te zien
van die deal.
RUTTE:
Ook daar ga ik nu niet over speculeren wat er achter de schermen
allemaal gebeurt. Daar gebeurt ook van alles, maar daar kan ik nu ook
niets over zeggen. Dan wordt het nieuws in Finland á la wat u zegt.
Daar kan ik niet over speculeren. Dus daar kan ik geen ja of nee op
zeggen.
VULLINGS:
Er gebeuren wel dingen achter de schermen begrijp ik.
RUTTE:
Achter de schermen gebeurt altijd van alles. Maar daar kan ik verder
geen...
VULLINGS:
Rondom Finland...
RUTTE:
Daar kan ik geen... Sorry, daar kan ik echt niets over zeggen.
JANSEN (TELEGRAAF):
Louis van Gaal heeft ooit gezegd: ben jij nu zo dom, of ben ik nu zo
slim. Kunt u zich voorstellen dat de burger zo langzamerhand het gevoel
krijgt: zijn die politici daar in Den Haag nu zo dom en die Finnen nu
zo slim?
RUTTE:
Nee, dat kan ik me niet voorstellen. Finnen zijn slim, maar dit is geen
handige deal. Want als die deal is zoals die lijkt te zijn, maakt het
de situatie in Griekenland alleen maar ingewikkelder.
JANSEN:
Maar nu zeg je eigenlijk: u wilt geen deal die de Finnen wel hebben
afgesloten, en als ze die hebben afgesloten, wil ik hem toch wel.
RUTTE:
Zo is het. Ja.
JANSEN:
Daar is voor de gewone burger toch geen touw meer aan vast te knopen?
RUTTE:
Daar is wel een touw aan vast te knopen, omdat de gewone burger heel
goed begrijpt dat als u en ik elkaar geld lenen, en iemand anders leent
u ook geld, dat wat u die meneer of mevrouw belooft aan rente of andere
zaken aan terugbetaling ook voor mij geldt. Dan kan ik wel denken: wat
hij nu afspreekt met die meneer is geen handige afspraak, want daarmee
verergert hij zijn probleem. Maar als hij zo gek is het toch te doen,
dan ben ik nog veel gekker als ik niet ook zeg: dan wil ik dat ook. Ik
sta hier natuurlijk voor de Nederlandse belastingbetaler. In het belang
van de Nederlandse belastingbetaler hebben wij er niet op in gezet,
omdat wij denken dat het in belang van de Nederlandse belastingbetaler
is dat Griekenland zo snel mogelijk uit de problemen komt. Dit soort
deals maakt dat niet makkelijker.
JANSEN:
Ik kan het volstrekt niet volgen wat u hier allemaal vertelt, maar dat
zal wel aan mij liggen.
RUTTE:
Het ligt op zijn minst aan ons samen.
JANSEN:
Net zoals ik het niet kon volgen alle rekensommen die afgelopen week
weer door de Kamer zijn gegaan. Alle verwarring over bedragen die aan
Griekenland moeten worden betaald. U haalde net zelf in uw inleiding
aan dat het consumentenvertrouwen in het rood is geschoten. Denkt u nu
dat het handelen van uw kabinet de afgelopen weken heeft bijgedragen of
afbreuk heeft gedaan aan het consumentenvertrouwen in Nederland?
RUTTE:
Ik heb zelf niet de indruk dat het consumentenvertrouwen erg beïnvloed
wordt door de discussie over de precieze cijfers van de deal over
Griekenland. Dat zou ik echt een overschatting vinden van de invloed
van de politiek.
JANSEN:
U denkt niet dat het kabinet de indruk wekt dat hij niet weet waar hij
over praat, dat dat voor de burger aanleiding is om te denken dat het
allemaal niet de goede kant op gaat en laat ik maar de hand op de knip
houden?
RUTTE:
Ik deel uw analyse niet van de gebeurtenissen van de afgelopen week.
Volgens mij was er gewoon normaal parlementair debat. Een oppositie die
zei: het kabinet komt met sommen, en wij denken dat de sommen anders
zijn. Dat debat hebben we gevoerd. Volgens mij begrijpt de Nederlander
dat heel goed. Het consumentenvertrouwen in heel Europa krijgt op dit
moment een knauw omdat men merkt dat de beurzen teruglopen, er allerlei
onzekerheden op dit moment in de economie zitten. Ik heb niet de indruk
dat we nu de invloed van deze discussie daarop moeten overschatten.
JANSEN:
Heeft u nu in de ministerraad vandaag of de afgelopen dagen afspraken
gemaakt met uw team dat het nu eens afgelopen moet zijn met het
uitgeven van onduidelijke boodschappen, dubbelde boodschappen of
boodschappen waar u later op terug moet komen?
RUTTE:
Nee, ik heb ook niet de indruk dat dat nodig is. We hebben over
Griekenland een issue gehad. Daar heb ik vorige week iets over gezegd
in de persconferentie. Daar is een debat over geweest. Maar het slechte
nieuws is dat het risico er altijd is dat iets naar buiten komt, niet
precies zoals je wilt dat het naar buiten komt. Dat is een
onvermijdelijkheid als je veel moet vertellen. Tegelijkertijd probeer
je altijd zo duidelijk mogelijk te communiceren. Dat doen we ook.
JANSEN:
U heeft niet de indruk dat u er de afgelopen tijd met het kabinet een
potje van heeft gemaakt op dit dossier?
RUTTE:
U doet allerlei aannamen die ik totaal niet deel, sorry.
HEYMANS:
Heeft u over die Finse deal contact gehad met uw Europese collega's
vandaag?
RUTTE:
Ikzelf niet, maar er is inmiddels wel druk overleg in Brussel op
allerlei niveaus.
HEYMANS:
Die afspraak is 21 juli gemaakt, staat ook in de slotconclusie van de
Europese Raad. Waarom heeft u daar een maand lang over gezwegen?
RUTTE:
Dat hebben we niet gedaan. Het stond in de brief van 25 juli aan de
Kamer.
HEYMANS:
Daar stond die ook in?
RUTTE:
Ja.
HEYMANS:
Dat is kennelijk niemand anders opgevallen?
RUTTE:
Het is ook in het debat deze week uitvoerig aan de orde geweest. Dus
iedereen kan het weten.
HEYMANS:
Dat Finse deel?
RUTTE:
Dat is altijd bekend geweest. Altijd was bekend, in de aanloop naar en
tijdens en na afloop, dat de Finnen dit wilden omdat ze anders niet
akkoord konden gaan met zoiets. Wij hebben altijd gezegd: kijk maar
hoever je komt, maar als je iets voor elkaar krijg dan geldt het ook
voor ons.
HEYMANS:
Nog even over het consumentenvertrouwen. Het is toch niet
verbazingwekkend dat burgers al twee maanden lang worden overstelpt met
dramatisch slechte verhalen over de beurzen, over de Griekse crisis,
over de eurocrisis. Wat gaat u nu als kabinet doen om te zorgen dat de
consument wel weer gaat consumeren? U houdt wel het verhaal over de 18
miljard, maar dat kennen de mensen wel. Mensen moeten het vertrouwen
terug krijgen om hun geld te gaan uitgeven. Moet daar niet een heel
actief kabinetsbeleid op worden gevoerd?
RUTTE:
Het allerbelangrijkste wat een regering moet doen, is koers houden. Is
precies weten wat je wil, Wij weten precies wat we willen. We willen
dat Nederland sterker komt uit deze moeilijke fase waar we al een paar
jaar inzitten. Daarvoor is het noodzakelijk dat je twee dingen doet.
Tegelijkertijd ervoor zorgen dat je de buffers weer aansterkt. Dat de
overheid weer terug in zijn hok gaat. Dat die staatschuld wordt
opgelost. En je moet ervoor zorgen dat je alle maatregelen neemt - de
overheid kleiner maken, veel slimmer je onderwijsuitgaven besteden, de
hele hervorming nu in je pensioenstelsel en noem maar op - om er voor
te zorgen dat uiteindelijk de mensen in het land een baan hebbe, zich
geen zorgen hoeven te maken over hun pensioen, of hun spaargeld et
cetera. Maar wat onmogelijk is wanneer er in de hele westerse wereld
zoveel economische tegenwind is, bedenken dat je dat even kunt
wegcommuniceren. Dat gaat niet. Dat verwacht ook niemand van een
kabinet. Wat men wel verwacht is dat een kabinet leiderschap toont,
weet waar het naar toe wil en het de puntjes aan de horizon scherp
heeft.
HEYMANS:
Het hoeft ook niet even, maar het verhaal wat u nu vertelt is hetzelfde
verhaal wat u vertelde toen u van start ging met het kabinet. Dat
kennen de mensen. Daarna is de situatie alleen maar slechter geworden.
Moet je dan als kabinet niet extra iets in de publiciteit doen om dat
vertrouwen bij de mensen...
RUTTE:
Ik ben er absoluut van overtuigd dat mensen heel goed zich realiseren
wat een kabinet moet doen in moeilijke tijden. Dat is ervoor zorgen dat
datgene waar een regering verantwoordelijk voor is - namelijk dat de
overheid goed functioneert, niet groter is dan nodig, niet meer geld
uitgeeft en niet een groter beslag doet op de belastingen dan nodig is.
Dat is ervoor zorgen dat de overheid A1 is. Hoge kwaliteit levert met
al zijn dienst, van onderwijs, zorg tot en met wat de overheid
rechtstreeks doet, veiligheid op straat, immigratie. Daar zijn we mee
bezig. Dat is nodig voor het herstel van vertrouwen. Wat je niet kunt
doen, is als de hele wereldeconomie een klap krijgt, is denken dat je
met een paar mooie volzinnen dat recht gaat zetten. Dat gelooft ook
niemand. Kiezers zijn niet gek. Die weten precies hoe het in elkaar
zit. Die voelen dat ook. Die willen van de regering leiderschap. Een
duidelijk doel voor ogen, waar gaan we nu naar toe? Wat ik tegen mensen
kan zeggen, is dat dit kabinet er rotsvast van overtuigd is de goede
koers te hebben. Dat we daar intensief met de Nederlanders over zullen
praten waarom dat zo is. Dat het ook geen makkelijke koers is. Dat zal
ook blijken met Prinsjesdag. Het zal echt niet makkelijk zijn. We
zullen met stevige verdere maatregelen moeten komen om dit land sterker
door deze fase te loodsen.
VROOMANS (TROS KAMERBREED):
Was u zich er van bewust dat dit een bom onder dit akkoord zou kunnen
betekenen?
RUTTE:
Het was altijd bekend denk ik, breed in de pers, ook in Nederland heb
ik dat hier en daar gezien, maar zeker in de buitenlandse media, dat de
Finnen deze wens hebben en ik vind de kwalificatie te zwaar, maar het
is natuurlijk wel een ernstig gegeven waar je rekening mee hebt te
houden.
VROOMANS:
Maar was u zich ervan bewust?
RUTTE:
Uiteraard ja. Ik heb de hele acht uur naast mijn collega gezeten van
Finland die daar acht uur aandacht voor vroeg en ik heb hem gezegd
`kijk maar hoe ver je komt. Ik vind het niet verstandig, maar ik
begrijp het vanuit je nationale situatie en als je iets voor elkaar
krijgt, dan geldt het natuurlijk voor ons allemaal'.
VROOMANS:
En hoe verklaart u dan de verbazing bij de parlementsleden die gisteren
toch voor het eerst leken te horen van deze Finse deal?
RUTTE:
Dat kan niet waar zijn, want het staat in de conclusies. De Finse deal
zelf niet. Maar Finland werd ook met naam genoemd in het debat deze
week door Jan-Kees de Jager.
VROOMANS:
Maar hoe verklaart u toch dat men zo verbaasd was?
RUTTE:
Dat moet u aan de parlementariërs vragen. Wat wij kunnen doen is alle
informatie geven. Ik kan niet mensen dwingen tot horen.
VROOMANS:
Maar heeft u dan ook alle informatie gegeven? Want er is vorige week
een hoorzitting geweest met parlementsleden en met ambtenaren. Hebben
zij wel voldoende actief de parlementsleden toen geïnformeerd?
RUTTE:
Zeker. Ik weet overigens niet of daar specifiek hierover gesproken is.
Dat zou kunnen. Maar in het debat deze week, in de brief van 25 juli,
maar ook in het debat van deze week is Finland met naam genoemd door
Jan-Kees de Jager. Meerdere keren. In het AO en ook plenair nog. Ja dus
wat moet je nog meer? Ik verwijt het ook niemand, want waar iedereen
natuurlijk van opkijkt, ik ook, is het karakter van de deal. Dat er
geld zou worden gestort. Dat wisten wij natuurlijk ook niet. Er was
sprake van dat zij zouden zoeken naar een vorm van onderpand. Dat het
gaat om deze vorm, nog veel onduidelijk, vind ik geen verstandige
oplossing vanwege het bredere Griekse probleem, maar dat wisten wij
natuurlijk deze week niet. Maar we wisten wel altijd, nogmaals
volstrekte openheid is daarover geweest, dat de Finnen deze overweging
hebben.
VROOMANS:
Er wordt ook in de conclusies gesproken alleen maar over een financiële
zekerheidsovereenkomst. Het wordt niet echt onderpand genoemd. Maar
dan ging het toch om geld?
RUTTE:
Ik denk dat dat gewoon synoniemen zijn.
VROOMANS:
Maar dan ging het toch om geld, niet alleen maar om een onderpand?
RUTTE:
Ja maar een onderpand kun je op twee manieren doen. Je kunt een
onderpand geven in de vorm van bezittingen. Een vliegveld of weet ik
wat, of een vliegtuigmaatschappij. Ik verzin ook maar iets. Of je kunt
een onderpand geven in de vorm van geld.
VROOMANS:
Niemand had daar verbaasd over hoeven zijn?
RUTTE:
Bekend was dat de Finnen dit wilden. Bekend was ook dat een grote
meerderheid zei `dit is niet verstandig'. Wij hebben met Oostenrijk en
Duitsland ingezet, overigens de Finnen hebben dat ook, op een zeer
zware betrokkenheid van de private sector. Dat was onze overweging om
allerlei redenen. Dat is ook gelukt. Dat was moeilijk, want tot
woensdagavond voor die Raad was de bankpresident Trichet nog tegen en
ook tijdens de Raad hebben we daarvoor moeten knokken. Dat is gelukt.
Ik mag wel zeggen meer dan we hadden verwacht. Het heeft uiteindelijk
tot 2020 geleid tot een zeer forse betrokkenheid van de financiële
sector. Wij hebben steeds gezegd, we hebben ook gekeken in de aanloop
als kabinet naar de vorm van onderpand. Dat hebben we ook onderzocht.
We hebben dat laten varen omdat het nadeel van onderpanden is dat je
uiteindelijk daarmee in een soort broekzak-vest-constructie het
probleem ook weer verergerd voor de Grieken en daarom hebben we
uiteindelijk gezegd dat moet je niet doen en toen hebben we stevig
gezegd wij moeten zorgen dat de private sector een zware betrokkenheid
heeft in het volgende Griekse steunpakket en dat is gelukt.
VROOMANS:
Wat wordt de Nederlandse inzet, want dit moet nog allemaal
uitonderhandeld worden. Wat wordt waar u mee teruggaat?
RUTTE:
Wat ons betreft gelijke monniken, gelijke kappen. Dus als een deal, dan
geldt die voor alle 17.
VERBEEK (BNR):
De Finnen beroepen zich op die uitzonderingsclausule zoals die is
afgesproken bij de eurotop. Daar zat u bij. Wat dacht u toen op dat
moment?
RUTTE:
Ik heb in de aanloop naar... want die discussies vinden niet alleen op
zo'n donderdag plaats, maar ik heb die week aan de telefoon gezeten.
Met mijn collega's natuurlijk ook en met mijn Finse collega een paar
keer. Ik heb steeds gezegd ik vind het niet verstandig maar ik heb ook
begrip voor de situatie in Finland waar het gewoon simpelweg niet
mogelijk was om ja te zeggen tegen de deal zonder dat de Finnen de kans
kregen zo'n in mijn ogen op zichzelf onwenselijke constructie uit te
onderhandelen.
VERBEEK:
Maar hier in Nederland liggen ook politieke gevoeligheden. Dacht u niet
op zo'n moment ach misschien is dit ook aardig voor Nederland?
RUTTE:
Nee, omdat het uiteindelijk niet in het Nederlandse belang is, in
niemands belang is dat dit lukt, omdat het probleem is van zo'n
onderpand dat je in feite het Griekse probleem erger maakt, want de
Grieken moeten het ergens van betalen. Dus je moet eerst geld geven en
dat ga je in onderpand weer terugkrijgen. Of je doet het in de vorm van
wat ik net zei bezittingen, Griekse bezittingen. Daarom wil ik nu juist
dat de Griekse staatsbezittingen ook in grote mate verkocht worden. Dat
zit ook als onderdeel in de hele deal. Het financieringsgat van 88
miljard is na aftrek van de verkoop van de Griekse staatsbezittingen.
Om die twee redenen hebben wij gezegd is het veel beter om in te zetten
op een forse betrokkenheid van de private sector dan op onderpand. Maar
ik heb ook gezegd als het moet vanwege die politieke situatie in
Finland en als het je lukt, dan geldt het natuurlijk voor ons allemaal.
VERBEEK:
Zo'n deal is niet in het Nederlandse belang zegt u net letterlijk. Een
slechte deal. En tegelijkertijd zegt u als die deal er komt, dan moet
hij ook voor Nederland gelden. Dan stemt u dus in met een slechte deal?
RUTTE:
Het is heel simpel. Er is een probleem met uw geld en u gaat aan
mevrouw Van der Heyde en mij geld lenen en ik leen u dat tegen een
bepaald percentage en tegen mevrouw Van der Heyde zegt u maar als ik
het niet meer red, dan krijgt u mijn huis. Dan zal ik zeggen ja maar
dan wil ik wel de helft van dat huis. Tegelijkertijd me realiserend dat
daardoor de hypotheek op uw huis nog veel hoger moet worden, maar ik ga
natuurlijk minder accepteren dan wat mevrouw Van der Heyde krijgt. Dus
het is onverstandig, maar het kan niet zo zijn aan de Nederlandse
belastingbetaler dat wij accepteren dat de Finnen gunstigere
voorwaarden krijgen dan de Nederlandse belastingbetaler. Dat is ook
niet reëel. Dus wat je moet proberen nu, is maar zoveel mogelijk het
kleiner te maken. Hopelijk lukt dat.
VERBEEK:
Maar even los van de beeldspraak, want minister De Jager van Financiën
zegt er is geen deal met Finland en die komt er ook op deze manier niet
en u zegt als die er komt, dan moet die ook voor Nederland gelden. Is
het niet gewoon zo dat u hier de suggestie probeert te wekken dat
Nederland alsnog op een gunstige deal kan rekenen waarvan u nu al van
te voren weet dat die er niet gaat komen want dat zegt De Jager net?
RUTTE:
Het is geen gunstige deal voor Nederland. Als het je lukt is het
weliswaar gelijke monniken, gelijke kappen, dan zorg je ervoor dat wij
niet slechter af zijn dan Finland, maar voor het geheel van het stelsel
van Griekenland om te redden, is het niet gunstig, omdat je daarmee
grote risico's loopt dat Griekenland over een tijdje het niet redt. Dus
ja, het is gewoon niet handig. Dus daarom is het de eerste inzet van De
Jager en mij om ervoor te zorgen dat die deal zoveel mogelijk van tafel
gaat of kleiner wordt. Vanzelfsprekend. Maar je weet niet of dat lukt,
omdat de Finnen natuurlijk een intern, nationaal politiek probleem
hebben, dat daar gezegd is we gaan alleen akkoord met een Grieks pakket
als daar een vorm van onderpanden in zit.
VERBEEK:
Maar moet u niet vooral de druk opvoeren op Griekenland, want die
gebruiken nu een deal van het noodfonds als onderpand?
RUTTE:
Wij voeren altijd de druk op alle fronten op waar we dat kunnen.
VERBEEK:
Dat gebeurt nu ook dus?
RUTTE:
Daar kan ik niets over zeggen, maar als we iets doen, dan doen we het
altijd goed.
MEERHOF (VOLKSKRANT):
In het AO van dinsdag heeft De Jager het er inderdaad over gehad, maar
toen wekte hij de indruk dat er een uitruil is geweest tussen de PSI
wat Nederland graag wilde en onderpand dat Finland wilde. Hij verklaart
ook nu zojuist dat hij er nu toch van geschrokken is want toen leek het
te gaan om een onderpand, een eilandje, nu is het cash. Dat maakt nogal
wat uit.
RUTTE:
Precies.
MEERHOF:
U zegt precies, maar volgens De Jager... als het om een eilandje zou
gaan, dan willen wij ook een eilandje.
RUTTE:
Dat heeft hij er zeker bij gedacht.
MEERHOF:
Dus dan heeft hij zich een beetje ongelukkig....
RUTTE:
Nee, nee, ik zie waar u naartoe wilt.
MEERHOF:
Maar u zegt namelijk wij hebben steeds gezegd als de Finnen iets
krijgen, dan willen wij ook iets hebben. Jan Kees de Jager zei dinsdag:
Finland krijgt wellicht wat. Wij hebben gevraagd hoe het zit met andere
lidstaten als Finland wel wat krijgt. Maar dit was weer voor Finland
heel belangrijk. Wij hebben de PSI binnengekregen.
RUTTE:
Ja maar de PSI krijgen we toch ook alle 17. Het gaat om het principe
van de instrumenten. De Finnen hebben ingezet op het instrument
onderpand. Dat was voor hun noodzakelijk om erdoor te krijgen. Voor
Nederland was de absolute randvoorwaarde om überhaupt akkoord te kunnen
gaan met een nieuw Grieks steunpakket, zie ook het debat in de Kamer,
de positie van partijen, de positie van het kabinet, we waren het er
met elkaar over eens dat er een stevige private sectorbetrokkenheid
moest zijn. Dus wat je krijgt is zo'n Europese Raad waar de Finnen
zeggen we willen dit erin en wij zeggen met de Duitsers, Oostenrijkers
en overigens ook de Finnen wij willen de private sectorbetrokkenheid
erin. De ECB is tegen, die is uiteindelijk onder voorwaarden akkoord
gegaan. Dat is ook verder die dag opgelopen die private
sectorbetrokkenheid. Vandaar dat de pakketten groter waren met alle
voordelen van dien dan toen we de dag ingingen. Dat was ook het debat
deze week deels met bijvoorbeeld Plasterk hoe kon het nu dat je begon
met en eindigt met. Nou omdat in de loop van de dag het inzicht dat de
private sectorbetrokkenheid dat als je dat laat oplopen dat je dan
Grieken langer van de markt kan weghouden en dat is goed voor de
stabiliteit van het hele pakket. Dat is de uitruil, maar dat betekent
niet dat de uitruil is dat Finland in zijn eentje iets krijgt wat wij
niet krijgen. Het gaat om het instrument dat zij wilden en daarvan
hebben wij gezegd daar gaan we niet voor liggen als dat zo cruciaal is
voor de Finse instemming met het pakket.
MEERHOF:
Het feit dat u nu daar nog wat meer gedelgd over lijkt dan uit de
woorden van De Jager dinsdag bleek, dat zit hem in het verschil dat het
toen nog leek te gaan om iets symbolisch als een eilandje. Daar waren
jullie het mee oneens, daar hadden jullie je bedenkingen bij, maar
goed, dat zagen jullie verder wel en dat cashen...
RUTTE:
Nou ja dat gedelgd zijn zit hem denk ik ook op het punt dat het lijkt
heel erg een soort bilaterale afspraak te zijn en wij natuurlijk zeggen
ja dat kan natuurlijk niet als je zoiets doet... die private
sectorbetrokkenheid geldt toch ook voor alle 17? Het is toch niet zo
dat een aantal landen daar niet aan mee hoeft te doen. Het is niet zo
dat dat alleen iets is van de Duitsers en de Nederlanders en de
Oostenrijkers en de Finnen. Dat geldt ook voor het hele eurogebied, dus
ook voor de Franse banken, Italiaanse banken. Maar dan zou het hier zo
zijn ... ik snap niet dat we hier een discussie over hebben, het lijkt
me nogal logisch. Het is een instrument wat je indient wat zij graag
wilden. Nou dat is gebeurd. Maar dat geldt natuurlijk altijd voor
allemaal. Voor de duidelijkheid, we hebben hier te maken met
unanimiteit altijd. Dus je kunt wel zeggen het is niet handig wat
jullie willen. Maar als zij zeggen dan stemmen we tegen. Dan is het
niet zo dat 16-1 wordt, we gaan door. Dan is het 16-1 en dan was
Griekenland omgevallen. Dus vandaar dat je ook dat soort... dat was ook
onze positie op die private sectorbetrokkenheid. Dat was ook niet 13-4.
Dat was uiteindelijk ook 13-4, maar zonder die 4 zou het mooi niet
doorgaan. Dus in die zin kent dat Europese besluitvormingsproces een
unieke kant van unanimiteit vragen.
VRAAG:
Maar nu zit u nog steeds voor die beslissing. Gaat Finland meedoen als
die deal van tafel gaat wat u wil?
RUTTE:
Dan gaan we in het Van der Heyde-scenario van als dan en daar ga ik
niet over speculeren, want dan komt het ook weer naar buiten.
VRAAG:
Maar Finland had niet meegedaan als ze deze deal hadden gesloten?
RUTTE:
Dat hebben ze steeds gezegd. Lees nu ook eens buitenlandse kranten.
Echt. Het heeft in alle kranten gestaan. Iedereen heeft geweten in de
aanloop naar de top dat Finland alleen akkoord zou gaan als ook
onderpand.
VRAAG:
Nu moet die deal van tafel, zegt De Jager.
RUTTE:
Nou ja in ieder geval moeten we kijken of we het zoveel mogelijk zo
kunnen organiseren dat het in ieder geval wat er ook gebeurt dat het
voor alle 17 geldt en dat het geen schade doet aan het Griekse
noodpakket.
VRAAG:
Waarom is dat niet op die avond al geregeld?
RUTTE:
Hoe kun je dat die avond al regelen als er nog een onderhandeling moet
zijn over hoe je dat precies vormgeeft. Dat kun je toch niet allemaal
op zo'n avond doen. Daarom is ook nog niet het hele pakket rond. Het
pakket is in hoofdlijnen vastgesteld en de komende weken wordt dat
verder uitonderhandeld in detail. Zo gaat dat met dit pakket.
VAN DER LAAN:
Die Finnen moeten toch tegemoet gekomen worden. Is er dan niet iets
mogelijk in de richting van een zekerheidsstelling richting de Finnen?
RUTTE:
Ik kan allerlei creatieve oplossingen verzinnen, maar wat er
uiteindelijk uitkomt als dat ook voor Nederland aantrekkelijk is, geldt
dat natuurlijk voor alle 17. En hoe je het oplost, dat is een kwestie
van creatief proberen een oplossing te vinden. Ik zie het politieke
probleem. De Finnen hebben dit blijkbaar nodig om parlementair steun te
krijgen. Dat wisten we altijd al, ook in de aanloop. Waar dat gedelgd
zijn een beetje uit voortkomt, dat zit hem natuurlijk ook op het feit
dat het nu een beetje zo'n plompverloren bilaterale deal wordt
neergelegd alsof die alleen voor Finland zou gelden.
VAN DER LAAN:
Zijn er dan nog meer landen waar deals over gesloten moeten worden
tussen landen en Griekenland voor zover ik weet?
RUTTE:
Volgens mij hebben we nu alles wel gehad.
WILLEMS:
U zei de Finnen hebben dat gedaan omdat ze parlementaire steun nodig
hebben. U heeft straks ook parlementaire steun nodig en
sociaaldemocraten vinden dat onderpand helemaal niks. Hoe moet dat dan?
RUTTE:
Sociaaldemocraten vinden het onderpand helemaal niks? Hoezo?
WILLEMS:
Die zien dat niet zitten die onderpandkwestie met allerlei Europese
landen...
RUTTE:
Nee maar het is natuurlijk wel zo dat neem ik aan dat ook de
sociaaldemocraten in Nederland zullen zeggen als de Finnen iets
krijgen, dan gaan we niet Nederlandse belastingbetalers tekort doen.
WILLEMS:
Nee die zeggen er moet helemaal geen onderpand komen.
RUTTE:
Dat zou ik ook liever willen, maar we hebben met unanimiteit te maken
in Europa en als de Finnen zeggen dan doen we niet mee, dan was op 21
juli Griekenland gevallen.
WILLEMS:
Maar die situatie kan zich nu weer voordoen.
RUTTE:
Maar dan zitten we in als dan-situaties. We gaan proberen het op te
lossen.
VRAAG:
U was in 2008 heel kritisch over het kabinet destijds dat ze niet op
tijd tekenen aan de wand zagen. Hoe voorkomt u dat u nu hetzelfde
overkomt? Er hangen nu ook donkere wolken aan de horizon.
RUTTE:
Doordat wij niet 21 commissies benoemen, maar een strakke koers varen
van bezuinigen, overheidsfinanciën op orde, hervormen, niet loslaten,
koers houden, een puntje aan de horizon.
VRAAG:
Maar in 2008 werd een begroting gepresenteerd die eigenlijk al
achterhaald was toen de inkt droog was. Hoe gaat u voorkomen dat nu
hetzelfde gebeurt?
RUTTE:
Door dat niet te doen.
VRAAG:
Dus u gaat nu maatregelen al nemen...
RUTTE:
De begrotingssystematiek werkt zo dat als door de economische tegenwind
die we nu zien je in de buurt zou komen van de signaalwaarde van 1% van
het pad dat je dan extra maatregelen moet nemen. Vooralsnog lijkt dat
niet het geval. Zekerheid kun je pas met Prinsjesdag echt geven, want
dat beeld moet nog uittrillen de komende weken, maar dat lijkt nu het
geval. Maar het minste wat je moet doen is in ieder geval vasthouden
aan de koers die je hebt uitgezet omdat je niet kunt doorgaan als
Nederland om per dag 60 mln meer uit te geven dan je binnenkrijgt en
dat doen we helaas nog steeds. Daarom dat we dit aan het doen zijn
zodat ook die internationale kapitaalmarkten vertrouwen in het land
houden, zodat we in de toekomst onze AOW, zorguitgaven kunnen betalen
en zodat je ook het beslag van de overheid op de economie vermindert,
want een van de dingen die je moet doen als verstandige regering is
ervoor zorgen dat de staatsschuld zo laag mogelijk is. Want landen die
een staatsschuld hebben van boven de 90%, dat is de laatste jaren in
allerlei rapporten aangetoond, doen het significant slechter dan landen
zoals Nederland die ook te hoog zitten. Wij zitten tussen de 60 en 70%.
Wij moeten ook naar beneden. Maar een stuk gelukkig onder nog onder dat
soort waarden als 90 of Italië 120%, want dan gaan mensen denken: er
zullen wel belastingverhogingen komen in de toekomst of andere
aanpassingen en dat is slecht voor je economische groei. Dus een kleine
overheid past bij Nederland. Wij zijn een spaarzaam land. Het zit in
onze genen. Wij hebben graag een appeltje voor de dorst en geen
schulden.