UMC Utrecht
Tumoren ongevoelig voor visolie
Het lichaam produceert een stof die kankercellen ongevoelig maakt voor
veelgebruikte chemotherapie. Onderzoekers van het UMC Utrecht schrijven
dit in het tijdschrift Cancer Cell van 12 september. Dezelfde stof zit
ook in visoliecapsules die veel patiënten met kanker gebruiken. De
onderzoekers raden het gebruik van visolie af voor patiënten die
chemotherapie ondergaan.
Onderzoekers van het UMC Utrecht hebben een stof gevonden die
kankercellen ongevoelig maakt tegen vrijwel alle vormen van
chemotherapie. De stof die tumoren resistent maakt zit ook in
commercieel verkrijgbare visolie-supplementen met omega-3 en omega-6
vetzuren en in sommige algenextracten. In de experimenten werden
tumoren in muizen ongevoelig voor chemotherapie door toediening van
normale hoeveelheden visolie. Kankerpatiënten gebruiken regelmatig
visolie en andere natuurproducten als ondersteuning.
Prof. dr. Emile Voest, medisch-oncoloog in het UMC Utrecht leidde het
onderzoek. "Bij resistentie tegen chemotherapie denken we meestal dat
de kankercel veranderd is. Wij laten nu zien dat het lichaam zelf
beschermende stoffen in het bloed kan brengen die krachtig genoeg zijn
om het effect van chemotherapie te blokkeren. Deze stoffen zijn ook in
sommige vormen van visolie te vinden. In afwachting van verder
onderzoek, raden wij het gebruik van deze middelen tijdens de
chemobehandeling af."
Stamcellen
De onderzoekers van het UMC Utrecht vonden een stof die kankercellen
ongevoelig maakt tegen chemotherapie. Een voorbeeld hiervan is
cisplatina, een veelgebruikte vorm van chemotherapie, onder meer tegen
kanker in de longen en bij eierstoktumoren. Het effect van deze
chemotherapie neemt vaak af in de loop van de tijd. Hoe dat komt was
onduidelijk.
Chemotherapie blijkt onwerkzaam te worden door twee unieke vetzuren die
gemaakt wordt door stamcellen in het bloed. Onder invloed van
cisplatina-therapie maken de stamcellen deze vetzuren die vrijwel elke
chemotherapie onwerkzaam maken. De onderzoekers hebben de stoffen
PIFA's gedoopt: `platinum-induced fatty acids'.
Opheffen ongevoeligheid
De onderzoekers komen tot deze conclusies dankzij onderzoek in muizen
en menselijke cellen. Ze onderzochten muizen met tumoren onder de huid.
Die worden normaal gesproken kleiner na toediening van chemotherapie.
Als ze eerst de vetzuren inspuiten, worden de tumoren ongevoelig voor
chemotherapie. De onderzoekers isoleerden de vetzuren uit vloeistof
waar stamcellen in groeien die blootgesteld zijn aan chemotherapie. Ook
stamcellen uit het bloed van patiënten maken de vetzuren die tumoren
ongevoelig maken voor chemotherapie.
Het blijkt ook mogelijk te zijn deze ongevoeligheid weer op te heffen.
De onderzoekers ontdekten verschillende medicijnen met dat effect. Deze
medicijnen zouden chemotherapie effectiever kunnen maken doordat ze het
optreden van ongevoeligheid voorkomen. Hierna willen de onderzoekers
uitzoeken of de medicijnen veilig samen met chemotherapie gegeven
kunnen worden.
Het onderzoek is uitgevoerd in het UMC Utrecht Cancer Center. Prof. dr.
Emile Voest, medisch-oncoloog in het UMC Utrecht initieerde en leidde
het onderzoek in samenwerking met dr. Arjan Brenkman (Metabole ziekten,
WKZ).
dinsdag 13 september 2011