Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier

Waterbelangen in nationale structuurvisie getoetst

Publicatiedatum : 19 september 2011

Voor het eerst hebben de waterschappen een nationale structuurvisie op waterbelangen getoetst. In overleg met het Rijk is een watertoets uitgevoerd op de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte. Dit is conform afspraken in het Bestuursakkoord Water.

De waterschappen willen conform het Nationaal Waterplan het watertoetsproces verbreden naar nieuwe onderwerpen als waterveiligheid, watertekort en waterkwaliteit en ook naar ruimtelijke planvormen waarvoor de watertoets nu niet wettelijk verplicht is. Ruimte maken voor groei en beweging: dat is de leidende gedachte in de 'Ontwerp Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte', die minister Schultz van Haegen op 14 juni presenteerde. In een relatief korte tijd heeft het ministerie van Infrastructuur en Ruimte haar ambities, belangen en opgaven tot 2040 hierin opgeschreven. Maar zitten de waterbelangen er wel goed genoeg in? Met de Unie van Waterschappen als regisseur is deze zomer met het ministerie een watertoets uitgevoerd. Dit is de eerste keer dat dit voor een nationale structuurvisie is gebeurd.

Uitgebreid advies van de waterschappen

De toets heeft geleid tot een uitgebreid wateradvies vanuit de Unie van Waterschappen aan de Minister van Infrastructuur en Milieu. Een belangrijk onderdeel van het advies is dat het in beeld brengen van de gevolgen van lokale en nationale maatregelen op regionale watersystemen nog ontbreekt, zoals bij het bouwen van nieuwe
elektriciteits-centrales. Door de waterschappen wordt geadviseerd om voor de toekomstige invulling van de regionale gebiedsagenda's deze gevolgen in beeld te brengen. De waterschappen zullen daarbij betrokken moeten worden. Uitgangspunt hierbij is dat de Rijksopgaven niet ten koste mogen gaan van een goed en veilig waterbeheer, waar de waterschappen verantwoordelijk voor zijn.

Ruimtelijke consequenties

Omdat de verschillende beleidsnota's op het gebied van ruimte en mobiliteit gedateerd zijn door nieuwe politieke accenten en veranderende omstandigheden, was een actualisatie van het ruimtelijke- en mobiliteitsbeleid nodig. Ook vraagt de samenvoeging van de Ministeries van VROM en Verkeer en Waterstaat tot een Ministerie van Infra-structuur en Milieu om een verdere integratie van het ruimtelijke- en mobiliteitsbeleid. Daarmee geeft deze structuurvisie een nieuw, integraal kader voor het ruimtelijke- en mobiliteitsbeleid op Rijksniveau en is het de 'kapstok' voor bestaand en nieuw rijksbeleid met ruimtelijke consequenties.

Visie waterschappen

Ruimtelijke plannen van andere overheden zijn vaak van invloed op doelen die water-schappen willen bereiken. Beleid van waterschappen moet daarom worden vastgelegd in ruimtelijke plannen en kunnen deze plannen meerwaarde geven. De waterschappen willen conform het Nationaal Waterplan het watertoetsproces verbreden naar nieuwe onderwerpen als waterveiligheid, watertekort en waterkwaliteit en ook naar ruimtelijke planvormen waarvoor de watertoets nu niet wettelijk verplicht is.

Bron: Unie van Waterschappen