Rijksoverheid


20 september 2011

Kamervragen spoorverbinding Roosendaal - Antwerpen

Geachte voorzitter,

Hiermee beantwoord ik de vragen die de leden Haverkamp en Biskop (beiden CDA) hebben gesteld en de vragen die het lid Slob (ChristenUnie) heeft gesteld over de spoorverbinding Roosendaal - Antwerpen.

Kamervragen van de leden Haverkamp en Biskop


1. Heeft u kennisgenomen van het positieve antwoord van het Comité van Ministers van de BeNeLux op de aanbeveling betreffende de spoorverbinding Roosendaal-Antwerpen op de vragen van het BeNeLux-parlement om op zo kort mogelijke termijn, doch minstens vóór het beëindigen van de Beneluxlijn, te komen tot afspraken die een spoorverbinding tussen Roosendaal en Antwerpen bestendigen, waarbij tweemaal per uur gereisd kan worden?1


1. Ja.


2. Welke stappen zult u naar aanleiding van deze uitspraak van het Comité van Ministers nemen?


2. Ik heb mij ingezet en ik zal mij blijven inzetten voor een verbetering van de verbinding Antwerpen Roosendaal via het conventionele spoor ter vervanging van de Beneluxtrein. Daarom ben ik in overleg met mijn Belgische collega Vervotte, NMBS en NS om op zo kort mogelijke termijn een verbeterde verbinding te bestendigen, liefst met een frequentie van tweemaal per uur.


3. Wat is de stand van zaken betreffende uitvoering van de motie Mastwijk c.s.2 die een snelle verbinding tussen Antwerpen en Roosendaal beoogde?

3. Zoals mijn ambtsvoorganger ook heeft aangegeven toen de motie werd ingediend, ligt de sleutel hiervoor niet alleen bij NS, maar ook bij de Ons kenmerk IENM/BSK-2011/101198 Pagina 2 van 4

Belgische vervoerder NMBS. Ook indien NS zelfstandig een snelle treindienst zou willen uitvoeren tussen Roosendaal en Antwerpen, dan is er nog steeds medewerking nodig van een Belgische vervoerder. Ik ben nog in gesprek met de vervoerders om te komen tot een zo goed mogelijke verbinding tussen Zuid-Nederland en België.


4. Bent u bekend met het feit dat een eersteklas-retour Luxemburg in Essen 68 euro kost en in Roosendaal 116 euro? (websites NMBS en NS, 27 juni) Wat vindt u ervan dat de 5 kilometer tussen Roosendaal en Essen op een reis naar Luxemburg zodoende bijna 50 euro kost?

4. Wanneer actietarieven buiten beschouwing worden gelaten, kost een eersteklas-retour Roosendaal-Luxemburg ¤116,00 en een eersteklas-retour Essen-Luxemburg ¤108,80. Door een afspraak tussen de Luxemburgse vervoerder CFL en Belgische vervoerder NMBS, verkopen deze vervoerders zogenaamde 'Escapade'-tickets. Via de 'Escapade'-aanbieding kan een eersteklas retourticket gekocht worden tussen ieder station in België en ieder station in Groothertogdom Luxemburg voor slechts ¤68,00. Hierdoor is het inderdaad mogelijk om voor 50 euro goedkoper te reizen naar Luxemburg vanuit Essen dan vanuit Roosendaal. Ik laat het opstellen van scherpe aanbiedingen op treintickets over aan de vervoerders. Overigens hebben NS Hispeed en NMBS ook een vergelijkbaar ticket, waarmee gedurende de zomervakantie voor slechts ¤14,50 vanaf ieder station in Nederland naar ieder station in België gereisd kan worden.


5. Wanneer zal het ter plaatse nog bestaande grenstarief verdwijnen? Wanneer komt er een NMBS kaartjesautomaat in Roosendaal, om Belgische kaartjes te kunnen kopen in plaats van Nederlandse dure grenskaartjes?

5. Voor een goed begrip is het wellicht duidelijker om te spreken van een internationaal tarief dan van een grenstarief. Er wordt immers niet een toeslag op ticketkaartjes geheven zodra een trein een grens overgaat, maar de ticketprijs per kilometer verandert in een internationaal afgesproken tarief, het zogenaamde SCIC-NRT (Special Conditions of International Carriage for Non-integrated-Reservation Tickets)-tarief. NMBS onderzoekt mogelijkheden om Roosendaal in tarifair opzicht toe te voegen aan het Belgische spoorwegnet, waardoor het nationale Belgische tarief van toepassing zal worden op reizen tussen België en Roosendaal. NMBS stelt hierbij wel als voorwaarde dat ze gecompenseerd wordt door een derde partij voor de lagere inkomsten door toepassing van het binnenlandse tarief op Roosendaal.

Kamervragen van het lid Slob


1. Kent u het bericht "Tweede trein sneller"?3


1. Ja.


2. Klopt het dat er inmiddels principe afspraken zijn gemaakt tussen alle betrokken partijen over het treinaanbod tussen Roosendaal en Antwerpen zodra de Beneluxtrein verdwijnt en dat er hierbij wordt uitgegaan van een snelle stoptrein door de tunnel in Antwerpen, naast de bestaande langzame stoptrein?


2. Ik streef de aanbeveling van het Beneluxparlement om te komen tot afspraken over verbetering van het treinaanbod tussen Roosendaal en Antwerpen ten volle na. Ik ben in gesprek met de verschillende partijen over een snelle stoptrein, maar er zijn nog geen principe-afspraken gemaakt.


3. Waarom is gekozen voor een extra stoptrein en niet voor het doortrekken van de bestaande intercity IC-N Antwerpen-Essen, die een veel snellere verbinding kan bieden en bovendien nu al een veel hogere kostendekkingsgraad heeft dan de stoptrein?

3. NMBS heeft mij sinds 2009 gemeld dat ze geen mogelijkheden ziet om de intercity Charleroi Brussel Essen tot Roosendaal door te trekken. Dit heeft niet alleen te maken met technische zaken (aanpassing van treinstellen), maar ook logistieke (inpassing dienstregeling, opzetten deelparken en een te krappe keertijd in Roosendaal).


4. Kent u de plannen van de Belgische spoorvervoerder NMBS voor spoorlijn 12 (Antwerpen-Roosendaal), zoals gepresenteerd op 21 maart 2011?4

4. Ja.


5. Klopt het dat in de toekomstvisie van de NMBS voor de korte termijn helemaal geen sprake is van een extra stoptrein per december 2011 en dat alleen voor de lange termijn een uitbreiding naar 2 stoptreinen wordt overwogen, maar alleen als er voldoende potentieel aanwezig is en operationele en financiële middelen voorhanden zijn?

5. NMBS heeft mij gemeld op korte termijn (december 2011) geen mogelijkheid voor uitbreiding van het aanbod naar/van Roosendaal te zien. De huidige stoptreinbediening voldoet volgens NMBS aan de lokale marktvraag (in België en lokaal over de grens) voor de lijn Roosendaal Essen Antwerpen. Het afsluiten van een nieuw beheerscontract per 2013 tussen NMBS en de Belgische Staat kan een nieuwe aanleiding vormen om hier opnieuw naar te kijken. Ons kenmerk IENM/BSK-2011/101198 Pagina 4 van 4
NMBS onderzoekt tevens in het kader van haar lange termijnvisie op treinvervoer (2020-2030) of er ruimte is voor een halfuurdienst tussen Antwerpen en Roosendaal, indien daarvoor op de lange termijn voldoende potentieel aanwezig is en ook de noodzakelijke capaciteiten en middelen voorhanden zijn.


6. Is er inmiddels, conform het beheerscontract van NMBS en conform de wens van de Kamer, voor deze verbinding een business case opgesteld waarbij niet alleen is gekeken naar het huidige gebruik van de verbinding, maar ook naar de groeikansen, inclusief een vergelijking tussen de opties: extra stoptrein of doortrekken van de intercity N Antwerpen-Essen naar Roosendaal? Zo nee, waarom niet?

6. NMBS organiseert de bediening van station Roosendaal conform het beheerscontract dat zij met de Belgische overheid heeft afgesloten. Deze bediening is volgens NMBS sterk verlieslatend. Mijn ambtvoorganger heeft daarom aan zijn Belgische collega aangeboden om een financiële bijdrage te leveren aan de totstandkoming van een betere grensoverschrijdende verbinding via Roosendaal.

Daarnaast is volgens NMBS het doortrekken van de intercity N Antwerpen-Essen naar Roosendaal dienstregelingtechnisch niet mogelijk, hoofdzakelijk omwille van de betrouwbaarheid.


7. Klopt het dat de reistijdverkorting van de "snelle stoptrein" door de route via de tunnel slechts tijdelijk is in verband met spoorwerkzaamheden op de ringlijn in Antwerpen, zodat uiteindelijk toch weer sprake zal zijn van de lange reistijd van 49 minuten in plaats van de huidige reistijd van 28 minuten met de intercity of 42 minuten met de snellere stoptrein?

7. NMBS heeft mij gemeld dat zij voorziet dat de stoptrein door de tunnel blijft rijden na beëindiging van de werkzaamheden.

Hoogachtend,
DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU, mw. drs. M.H. Schultz van Haegen