UWV weigerde terecht werkvergunningen voor Somerense aspergeteelster
Persbericht van Raad Van State
Het UWV heeft aspergeteelster José Janssen uit Someren in 2003, 2004,
2006 en 2007 terecht geen werkvergunningen verleend voor een groot
aantal arbeidskrachten uit onder meer Polen, Bulgarije en Oekraïne om
asperges te steken. Dit blijkt uit zes afzonderlijke uitspraken van de
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van vandaag (21
september 2011). Volgens het UWV had Janssen beter haar best moeten
doen om voor de werkzaamheden mensen te vinden die geen werkvergunning
nodig hebben. Janssen meent dat die mensen niet te vinden zijn, zodat
zij wel vreemdelingen moest inhuren. Tegen de uitspraak is geen hoger
beroep mogelijk.
De Raad van State is van oordeel dat de 'omstandigheid dat het
ongeschoolde seizoenswerk als aspergesteker weinig populair is, niet
wegneemt dat ongeschoold arbeidsaanbod binnen Nederland en de Europese
Economische Ruimte ruim beschikbaar mag worden geacht'. Van Janssen
mocht verwacht worden dat zij op de arbeidsmarkt alle mogelijkheden
benut om aan voldoende personeel te komen. Naar het oordeel van de
hoogste bestuursrechter heeft zij niet aangetoond dat ze de vereiste
wervingsinspanningen heeft verricht.
Omdat de bezwaarschriftprocedures bij het UWV en de beroepsprocedures
bij de rechtbank te lang hebben geduurd, heeft de Raad van State de
aspergeteelster wel een schadevergoeding toegekend.
De aspergekwekerij is de afgelopen jaren in opspraak geraakt vanwege
vermeende economische uitbuiting van buitenlandse werknemers. Ze kreeg
veel boetes opgelegd omdat ze steeds weer illegaal werkende
seizoensarbeiders inhuurde om haar asperges te steken, zonder dat voor
hen werkvergunningen waren verleend. Begin september zijn haar
boerderij en aspergevelden openbaar geveild, omdat ze die boetes niet
betaalde.
*
Razende Robot Reporter