Ingezonden persbericht
Podiumpeiler 2011 gepresenteerd
Wat zijn de kosten en baten Nederlandse podiumkunsten?
AMSTERDAM/NIJMEGEN, 22 SEPTEMBER - De podiumkunsten leverden Nederland in
2009 meer op dan ze kostten. Dit blijkt uit de Podiumpeiler 2011. Onderzoeker Gerard
Marlet (Atlas voor gemeenten) reikte vrijdag 16 september in De Brakke Grond in
Amsterdam het eerste exemplaar uit aan Martin van Ginkel (VSCD), Peter Jansen
(NAPK) en Josine Meurs (Publiek). Het is de bedoeling dat de Podiumpeiler voortaan
jaarlijks verschijnt.
Podiumpeiler 2011. Een monitor voor de podiumkunsten en
muziekindustrie komt voort uit een samenwerking tussen Muziek
Centrum Nederland (MCN) en Theater Instituut Nederland (TIN). Atlas
voor gemeenten tekende voor de uitvoering van de Podiumpeiler. In
de Podiumpeiler 2011 komen aan de hand van thema's als
bijvoorbeeld werkgelegenheid, onderwijs en bereik belangrijke cijfers
en feiten over de Nederlandse podiumkunsten aan bod. Deze worden
overzichtelijk gepresenteerd in grafieken en kaarten.
Simpele rekensom
De podiumkunsten leverden Nederland in 2009 minstens ¤ 900 miljoen aan welvaart op. De
maatschappelijke investeringen die ertegenover stonden vertegenwoordigden een totale
waarde van zo'n ¤ 600 miljoen. Het is een simpele rekensom: de podiumkunsten leverden
Nederland in 2009 meer op dan ze hebben gekost.
De totale werkgelegenheid rondom podiumkunsten omvatte in 2009 tussen de 62.000 en
73.000 banen. Dat is 0,8 tot 0,9% van de totale Nederlandse werkgelegenheid. De totale
exportwaarde van de Nederlandse podiumkunsten bedroeg ruim ¤ 70 miljoen. Optredens
zorgden met ¤ 46 miljoen voor het grootste deel daarvan. Het podiumkunstenaanbod in
Nederland is groot: Nederland telde in 2009 circa 1.000 podia (999 om precies te zijn), hier
vonden circa 66.500 uitvoeringen plaats, gezamenlijk verantwoordelijk voor meer dan 21,5
miljoen bezoeken.
Overheidssubsidies en particuliere bijdragen
Naast overheidssubsidies ter waarde van circa ¤ 621 miljoen ontvingen de podiumkunsten in
2009 particuliere bijdragen (in euro's of in natura) ter waarde van ongeveer ¤ 250 miljoen.
Onder natura valt bijvoorbeeld vrijwilligerswerk. Het percentage overheidssubsidies in de
totale inkomsten van podia daalde door de jaren heen van 45% in 2005 naar 42% in 2009.
Theaters blijken qua inkomsten afhankelijker van overheidssubsidies dan poppodia waar
maar 25% van de inkomsten uit overheidssubsidies bestaat. De Podiumpeiler maakt ook de
vergelijking tussen podiumkunst- en voetbalevenementen. De politie-inzet bij
voetbalwedstrijden omvat dubbel zoveel politiemanuren als bij podiumkunsten.
Het is de bedoeling dat de Podiumpeiler jaarlijks gaat verschijnen. Podiumpeiler 2011
fungeert daarmee als een soort 'nulmeting' van de podiumkunstensector. Dat de eerste
editie van de Podiumpeiler in het 'culturele rampjaar 2011' verschijnt, is toeval. Het idee voor
een monitor voor podiumkunsten en muziekindustrie ontstond al vijf jaar geleden.
Podiumpeiler 2012
Tijdens de presentatie van de Podiumpeiler 2011 bleek dat cijfers over de kosten en baten
van de podiumkunsten in deze lastige tijden zeer welkom zijn. Robert Oosthuis (Ministerie
van OCW), Andries van den Broek (SCP) en Cas Smithuijsen (Boekmanstichting) gaven aan
dat uitgebreid onderzoek naar effecten van podiumkunsten essentieel is voor de sector.
Podiumpeiler 2011 is volgens hen daarbij een goed begin. Daarnaast gaven zij een aantal
verbeterpunten om mee te nemen in Podiumpeiler 2012. Het is namelijk de bedoeling dat de
Podiumpeiler voortaan jaarlijks verschijnt.
+++
Ingezonden persbericht