Handreiking aanpak woningbouwcrisis voor Nederlandse gemeenten
Persbericht van G-32
Tilburg 30 september 2011 - Maak duidelijke keuzes in
woningbouwprojecten en blijf in gesprek met ontwikkelaars en
corporaties. Zorg voor een actuele structuurvisie en houd vakkennis en
kennis van de stad van stedenbouwkundigen en planologen in huis. Dat
zijn enkele tips uit de Handreiking Stedelijke Herprogrammering
Woningbouw die Nicis Institute opstelde en waaruit gemeenten kunnen
putten bij het vlottrekken van de woningbouw in hun stad. Vandaag
presenteerden wethouders Arbouw (Breda) en Bron (Hengelo) de
Handreiking, namens de werkgroep Stedelijke Herprogrammering Woningbouw
van het G32-stedennetwerk aan hun collega-wethouders.
In opdracht van het stedennetwerk G32 maakte Nicis Institute in
samenwerking met het Kadaster een analyse van de crisis binnen de
gebiedsontwikkeling en de woningbouwprogrammering in Nederlandse
steden. Daarnaast stelde het Nicis elf handreikingen op om de crisis te
lijf te gaan, op basis van informatie uit de steden, relevante
literatuur en gesprekken met sleutelfiguren.Volgens Nicis Institute
kunnen steden zich versterken door krachtig op te treden. Het maken van
keuzes in woningbouwprojecten, het aanpakken van overprogrammering en
verliesgevende grondbedrijven zijn de eerste en belangrijkste stappen
om de ruimtelijke ordening weer op de rit te krijgen in de Nederlandse
steden.
Wethouder Arbouw: 'Kies als lokale overheid waar je wel en waar je niet
bouwt, stel prioriteiten en neem zo snel mogelijk je verlies. Zet
vervolgens alles op alles dat die gestelde prioriteiten ook doorgaan.
In Breda zijn we in gesprek met ontwikkelaars, instellingen en
corporaties. We ontwikkelden samen met de gemeenteraad de nieuwe stip
op de horizon. Zo krijgt o.a.'Via Breda,' de ontwikkeling van de
spoorzone, absolute prioriteit. Alle partijen in de stad weten zo waar
ze aan toe zijn'.
Steden moeten, mede op basis van regionale woningmarktonderzoeken en
prognoses, zo snel mogelijk in beeld krijgen welke nieuwbouwwoningen
waar nodig zijn en wat écht belangrijk is voor de stad. Met die kennis
zullen gemeenten met de betrokken partijen moeten bekijken waar ze nu
staan, wie nog kunnen investeren en vaststellen welke realistische
mogelijkheden er nog zijn voor de komende jaren. Het is van belang de
energie volledig te richten op een realistisch programma. Alle
projecten in de lucht houden, kan betekenen dat te weinig projecten van
de grond komenIn de toekomst gaat volgens Nicis Institute de
herprogrammering van gemeenten naar een klein, krachtig en flexibel
programma. Daarmee kunnen gemeenten beter inspelen op ontwikkelingen en
initiatieven die zich aandienen. De gebiedsontwikkeling gaat in de
toekomst meer 'vraaggericht' plaatsvinden. Daarbij kunnen gemeenten een
'houdbaarheidsdatum' aan een vergunning of afspraak koppelen. De
verleende vergunning of afspraak vervalt als de ontwikkeling niet lukt
binnen de afgesproken tijd. De gemeente kan vervolgens die locatie
inzetten voor andere plannen.
Ook voor de gebieden waar de plannen naar ver in de toekomst zijn
geschoven, moet aandacht zijn. Daarvoor moet worden gezocht naar een
tijdelijke invulling. Nicis Institute adviseert gemeenten om bestaande
en nieuwe gemeentelijke instrumenten te gebruiken, zodat de gewenste
ontwikkelingen ook daadwerkelijk van de grond komen. Het kan
bijvoorbeeld gaan om het bestemmen van functies voor bepaalde tijd,
prestatieafspraken met corporaties en marktpartijen, het actief
toepassen van Wet Voorkeursrecht Gemeenten en de inzet van
Ontwikkelingsfondsen.
Links:
http://G32.nl
Razende Robot Reporter