Gemeente Utrecht


2011 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
116 Vragen van de heer V. Oldenborg

(ingekomen 30 september 2011)


Op 31 juli 2011 heeft de gemeenteraadsfractie van Stadspartij Leefbaar Utrecht u vragen gesteld over de afwikkeling van het trapongeval in augustus 2006. De antwoorden die wij op 30 september 2011 van u mochten ontvangen roepen echter weer nieuwe vragen op. In de eerste plaats begrijpen wij niet waarom het 2 maanden heeft moeten duren om dit minimale stukje tekst in elkaar te sleutelen, maar dat terzijde. De inhoudelijke vragen die wij willen stellen, zijn:

1. In uw antwoord op vraag 1 stelt u dat uit de formulering van het persbericht van 6 december 2006 zou blijken dat u toen de aansprakelijkheid heeft aanvaard op basis van art. 6:174 NBW. Behalve dat het handig zou zijn geweest als u dat toen expliciet had gemeld, zal het u bekent zijn dat voornoemd artikel een tenzij bepaling bevat die zou kunnen leiden tot een uitsluitingsgrond voor aansprakelijkheid. Is op enig moment door de gemeente of de verzekeraar een beroep gedaan op deze tenzij bepaling?
2. U geeft in uw antwoord aan dat er nog andere vormen van aansprakelijkheid in het geding kunnen zijn maar dat u er voor heeft gekozen daarover geen discussie in de media te voeren. Voor zover ons bekend hebben wij u dat ook nooit gevraagd. Wat is echter de reden dat u er blijkbaar ook voor heeft gekozen om deze informatie te onthouden aan een lid van de gemeenteraad terwijl hij, bij eerdere schriftelijke vragen, daar nadrukkelijk naar heeft gevraagd?
3. Welke andere vormen van aansprakelijkheid heeft u bedoeld in uw antwoord en waarom zijn die in deze zaak naar uw mening niet van belang?
4. Mag de fractie van Stadspartij Leefbaar Utrecht er op rekenen dat u zich deze keer wel aan de afgesproken termijnen voor het beantwoorden van schriftelijke vragen zult houden, dan wel dat wij bericht krijgen als u dat onverhoopt niet zou lukken?


---- --