Prestaties van VVT-branche in 2011 licht verbeterd

Persbericht van ActiZ

Meer echte aandacht voor cliënt blijft speerpunt

Verpleeg-, verzorgingshuizen en thuiszorgorganisaties hebben hun prestaties in 2011 weer iets verder verbeterd ten opzichte van 2010. Dit blijkt uit de jaarlijkse benchmark van ActiZ. Ten opzichte van vorig jaar zijn er meer organisaties die goed presteren naar de mening van hun cliënten en medewerkers terwijl zij ook bedrijfsmatig goed presteren. Het versterken van de werkelijke aandacht voor de cliënt blijft een belangrijk speerpunt, zo blijkt verder uit het onderzoek. Verder moeten kleine zorgorganisaties alert zijn op mogelijk negatieve gevolgen van de nieuwe kapitaallastenvergoeding NHC en het afnemend aantal cliënten met ZZP 1 en 2.

De ActiZ Benchmark in de Zorg doet jaarlijks onderzoek naar financiële bedrijfsvoering, medewerker- en cliëntenoordeel. Aan de benchmark namen in totaal 249 ActiZ zorgorganisaties deel en ruim 50.000 cliënten en 116.000 medewerkers. De benchmark geeft daarmee niet alleen een goed beeld van de stand van zaken in de branche, het is ook duidelijk dat zorgorganisaties willen leren en zich willen verbeteren. De groep van koplopers -bedrijven die de beste beoordelingen krijgen van cliënten, medewerkers en het bedrijfsmatig goed doen- is dit jaar gegroeid. Ook de groep direct achter de koplopers en het aantal organisaties in het peloton is gegroeid ten opzichte van 2010. De financiële prestaties van de VVT-branche zijn in de breedte ook iets verbeterd. De uitkomsten laten zien dat de financiële prestaties gemiddeld op orde zijn. Dat is ook absoluut nodig om samen met de toegezegde extra middelen te kunnen investeren in personeel en de toenemende financiële risico's van het vastgoed op te kunnen vangen.

Aandacht
Meer werkelijke en wezenlijke aandacht voor de cliënt is en blijft een speerpunt. De benchmark laat zien dat hier nog verdere verbetering nodig is. Vooral intramuraal is de ervaren beschikbaarheid van personeel een belangrijk punt voor cliënten en zij zijn hierover minder positief. Medewerkers geven aan dat de werkdruk iets is toegenomen. Het is dan ook een goede zaak dat verpleeg- en verzorgingshuizen extra middelen krijgen om extra mensen te werven en op te leiden. Thuiszorgcliënten zijn overigens meer positief over de beschikbaarheid van hun zorgverlener.
In de benchmark is onderzocht in hoeverre organisaties goed luisteren naar hun cliënten. Luisteren als ultieme vorm van aandacht. Ongeveer een derde van de cliënten geeft aan dat hun zorgorganisatie altijd goed naar hen luistert. Opvallend is echter dat medewerkers veel vaker aangeven dat ze goed naar hun cliënten luisteren. Het is belangrijk voor zorgorganisaties om deze kloof te gaan dichten. Overigens blijkt dat die kloof bij de koplopers veel kleiner is en de 'luisterscore' bij cliënt en medewerker ook hoger is dan het gemiddelde.

Kleinschaligheid
Samen met externe wetenschappers heeft PwC onderzoek gedaan naar kleinschalige zorg; zorg in een wooneenheid voor maximaal 8 cliënten. Onder andere is het cliënt- en medewerkeroordeel vergeleken met dat van cliënten en medewerkers in reguliere zorg. Uit de analyses blijkt dat kleinschalige zorg niet op alle punten beter presteert dan reguliere zorg. Cliënten in kleinschalige eenheden zijn niet meer of minder tevreden dan elders en hun ervaringen met de zorg zijn gelijk aan die van andere cliënten. Ook ervaren cliënten in een kleinschalige woonzorgvorm niet dat zij meer regie over hun leven hebben. Medewerkers zijn overall wel iets positiever over het kleinschalig werken maar het is wel een vorm die bij de medewerker moet passen. Al met al past kleinschalige zorg uitstekend in een breed en divers aanbod zodat cliënten, maar ook medewerkers, die zorgvorm kunnen kiezen die het beste bij hen past.

Kleine zorgorganisaties
De VVT-branche krijgt te maken met een nieuwe vergoedingsregeling voor kapitaallasten. En al is er een realistische overgangsregeling; voor kleine stand alone zorgorganisaties kan de nieuwe wijze van woonlastenvergoeding risico's meebrengen. Een andere ontwikkeling die zowel kansen als risico's met zich meebrengt, is de daling van het aantal cliënten met ZZP 1 en 2. Uit de benchmark blijkt dat deze daling al fors is ingezet. Deze trend zal, alleen al door het kabinetsbeleid, de komende jaren verder doorzetten. Ook voor dit punt geldt dat met name de kleinere stand alone verzorgingshuizen het hierdoor moeilijk kunnen krijgen. Omvormen naar een verpleeghuis kan problematisch zijn omdat het gebouw niet geschikt te maken is voor intensievere zorg of omdat het zorgkantoor geen productieafspraken wil maken. Het alternatief om zorg in een beschermde omgeving te bieden en de woonruimte te verhuren is vaak ook lastig. Door onder andere de boekwaardeproblematiek kan namelijk geen kostendekkende huurprijs worden gevraagd.

Jeugdgezondheidszorg
De benchmark geeft ook een representatief beeld van de jeugdgezondheidszorg. Het onderzoek laat zien dat ouders goed te spreken zijn over de consultatiebureau-arts en verpleegkundige. De bejegening wordt gewaardeerd en cliënten vinden dat ze vooraf goed geïnformeerd worden. Wel geeft een deel van de ouders aan dat zij van medewerkers soms tegenstrijdige adviezen krijgen. Dat is een punt van verbetering voor de ActiZ consultatiebureaus.

Kraamzorg
Kraamzorgcliënten zijn zeer positief over hun ervaringen met ActiZ kraamzorgorganisaties. De cliëntgerichtheid, bejegening, hygiëne en het effect van de zorg scoren allemaal zeer hoog. Cliënten vinden wel dat ze soms teveel verschillende kraamverzorgsters over de vloer krijgen; daar ligt nog een verbeterpunt voor de organisaties.

De uitkomsten van de ActiZ Benchmark in de Zorg zijn te downloaden op www.actiz.nl




Razende Robot Reporter