Gemeente Lelystad
Stabiele beleving van integratie in Lelystad
Woensdag 12 oktober 2011
De beleving van integratie in Lelystad is onlangs onderzocht onder
leden van het Lelystadspanel. Er zijn in Lelystad geen deelwijken waar
sprake is van grote problemen met de integratie. Ook zijn er geen
signalen dat er deelwijken zijn, waar de integratie sinds 2006 vooruit
of achteruit is gegaan. Dit blijkt uit het onderzoek en een aanvullende
steekproef.
Verschillen tussen bevolkingsgroepen
Over het algemeen kan worden gesteld dat de allochtone herkomstgroepen
nog steeds achterblijven op autochtonen in hun participatie op de
arbeidsmarkt en in het maatschappelijk leven. Het beeld ligt in de lijn
van dat van 2006. Dit geldt uiteraard niet voor elke herkomstgroep even
sterk. Van de onderscheiden bevolkingsgroepen kun je stellen dat
Marokkanen en Turken het minst meedraaien in onze samenleving. Minder
dan 15 procent van de ouderen is maatschappelijk actief, één op de drie
geeft aan vaak problemen te hebben met de Nederlandse taal en de
arbeidsparticipatie is lager, met name doordat slechts één op de drie
vrouwen werkt.
Hoop te winnen
In de subjectieve beleving is er wel wat veranderd. Turken, maar vooral
Marokkanen voelen zich opmerkelijk vaker gediscrimineerd dan in 2006.
Dit is een punt van zorg, maar aanwijzingen dat deze toename te wijten
is aan veranderde verhoudingen in Lelystad zijn er niet. Onveranderd is
de mate waarin Marokkaanse en Turkse vrouwen zich Nederlander voelen.
Zij blijven hierin sterk achter bij andere allochtone groepen. Er is,
kortom, zowel in de objectieve situatie als in de subjectieve beleving
daarvan, nog een hoop te winnen voor veel Marokkaanse en Turkse
Lelystedelingen.
Surinamers best geïntegreerd
Over Surinamers, de grootste van de vier onderscheiden herkomstgroepen,
kunnen we kort zijn. Samen met de Antillianen zijn zij het best
geïntegreerd van de niet-westerse allochtonen. Dit zal voor een (groot)
deel te maken kunnen hebben met de taalvoorsprong die Surinamers en
Antillianen hebben ten opzichte van Marokkanen en Turken. Wat de
oorzaak ook is, uit het onderzoek blijkt dat meer Surinamers en
Antillianen werk hebben, zij vaker cultuurparticipant zijn en vaker
contact hebben met autochtone vrienden en buren dan Marokkanen en
Turken. Waar Antillianen oververtegenwoordigd zijn onder de werkende
armen, is er onder Surinamers juist een grotere groep te vinden met een
bovenmodaal huishoudinkomen.
Ja