MADRIGALEN VAN MONTEVERDI
Les Arts Florissants
o.l.v. Paul Agnew - tenor
-
-
m.m.v. Maud Gnidzaz - sopraan
Hannah Morrison - sopraan
Lucile Richardot - contralto
Sean Clayton - tenor
Callum Thorpe - bas
-
programma:
De Wert Giunto a la tomba; Non di morte sei tu (seconda parte); Vezzosi
augelli
Marenzio Giunto a la tomba; Vezzosi augelli; Non vidi mai
Monteverdi Non si levav' ancor l'alba novella (prima parte); E dicea
l'una sospirand'all'hora (seconda parte); Bevea Fillide mia
Monteverdi Dolcissimi legami di parole amorose; Non giacinti ò narcisi;
Intorno à due vermiglie e vaghe labra
Monteverdi Non sono in queste rive; Tutte le bocche belle; Donna, nel
mio ritorno il mio pensiero
Monteverdi Quell'ombr'esser vorrei; S'andasse amor à caccia; Mentr'io
mirava fiso
Monteverdi Se tu mi lassi, perfida tuo danno; Ecco mormorar l'onde; La
bocc'onde l'asprissime parole
Monteverdi Dolcemente dormiva la mia Clori; Crudel, perché mi fuggi;
Questo specchio ti dono
Monteverdi Non m'è grave 'l morire; Ti spontò l'ali, Amor, la Donna
mia; Cantai un tempo e se fu dolce il canto
-
Het internationaal befaamde ensemble Les Arts Florissants brengt de
mooiste Italiaanse madrigaalkunst. Als hoogtepunt koos het ensemble het
Tweede Madrigaalboek van Claudio Monteverdi. Hoewel de componist nog
maar 23 jaar oud was toen de bundel gepubliceerd werd, toont hij al
zijn meesterschap in deze prachtige vocale miniaturen. Ze ademen de
geest van de klassieke madrigaalkunst van de Renaissance met zijn lang
uitgesponnen lijnen, maar wijzen in veel opzichten ook vooruit naar de
spitsheid van de Barok. Zo vormt het boek een schitterend voorbeeld van
de zangkunst op het snijvlak van twee stijlen. En zelfs de gebruikte
teksten vormen een ware staalkaart van de 16de-eeuwse liefdespoëzie,
waarin de gedichten van Torquato Tasso de boventoon voeren. Want wat
dacht u van de zwoele opening van het zesde madrigaal? 'Op deze oevers
zijn er geen bloemen te vinden, zo vermiljoen als de lippen van mijn
vrouwe.'
De Doelen Concertgebouw