Rijksoverheid
7 november 2011
Standpunt m.b.t. de ratificatie VN-Verdrag Handicap
Geachte voorzitter, Bij brief van 16 september jl. heeft uw Commissie VWS mij verzocht om grote haast te betrachten ten aanzien van mijn standpunt met betrekking tot de ratificatie van het VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap. Zoals ik u in mijn brief van 1 juli jl. heb meegedeeld, bereid ik de definitieve besluitvorming in het kabinet over ratificatie voor. Verschillende collegabewindspersonen hebben mij inmiddels hun voorlopige standpunten laten weten. Ter voorbereiding van een definitief besluit voor ratificatie van het VN-Verdrag Handicap laat ik een impactanalyse uitvoeren. Ik heb het Studie- en Informatiecentrum Mensenrechten van de Universiteit Utrecht gevraagd om een beschrijving te maken van de reikwijdte van de verplichtingen van het VN-Verdrag Handicap en de uitbreiding op het gebied van goederen en diensten van de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte. Dit eerste deel van de impactanalyse is volgens de planning voor he
t einde van 2011 beschikbaar. Deze beschrijving vormt de basis voor de keuze van een passend model voor het meten van de financiële consequenties van het VN-Verdrag Handicap en de daarvoor te meten gegevens. De resultaten van de beschrijving van de reikwijdte van de verplichtingen van het VN-Verdrag Handicap en de uitbreiding van de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte zal ik met organisaties uit het maatschappelijk middenveld bespreken. Voorts wil ik met hen bezien op welke wijze zij verder betrokken zullen zijn bij de impactanalyse. In mijn brief aan u van 1 juli jl. heb ik aangekondigd in gesprek te gaan met verschillende organisaties uit het maatschappelijk middenveld. Dit heb ik in mijn brief van 12 september jl. herhaald. Ik zal dit in eerste instantie doen met organisaties voor mensen met een handicap of chronische ziekte. Daartoe heb ik de Coalitie voor Inclusie, de CG-Raad, het Platform GGZ, het Platform VG en het Platform artikel 19 voor een
gesprek uitgenodigd op 14 november a.s. De Coalitie
voor Inclusie heeft aangeboden gastheer voor dit gesprek te zijn. Met andere organisaties uit het maatschappelijk middenveld ga ik graag in gesprek wanneer de beschrijving door het Studie- en Informatiecentrum Mensenrechten van de reikwijdte van de verplichtingen van het VN-Verdrag Handicap en de uitbreiding van de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte beschikbaar is. Ik hecht er aan te benadrukken, dat ik het proces ter voorbereiding van de besluitvorming door het kabinet over ratificatie zeer belangrijk vind. Juist daarom is zorgvuldigheid geboden, inclusief helderheid over financiële consequenties die gemoeid kunnen zijn met dit besluit.
Hoogachtend, de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
mw. drs. M.L.L.E. Veldhuijzen van Zanten-Hyllner