Raad van State


Mediagevoelige uitspraken Mediagevoelige uitspraken

Wekelijks doet de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op de woensdagen in een groot aantal zaken een uitspraak. De persvoorlichters van de Raad van State maken op maandag een selectie van de uitspraken die interessant kunnen zijn voor de media. Deze selectie vindt u op deze pagina en wordt iedere maandag om 14.00 uur vernieuwd. Een overzicht van alle uitspraken die op de woensdag worden gedaan, staat in de rubriek Hoofdzaken.

Voor meer informatie kunt u contact opnemen met de persvoorlichters van de Raad van State.

Op woensdag kunt u vanaf 10.15 uur de volledige tekst van deze uitspraken lezen.

9 uitspraken gevonden pagina: 1
1. 200907593/1/R4
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen Noord-Brabant
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplan 'Regionaal Bedrijvenpark Laarakker' van de gemeente Cuijk) Uitspraak over de vaststelling door de gemeenteraad van Cuijk van het bestemmingsplan en exploitatieplan 'Regionaal Bedrijvenpark Laarakker'. Het plan heeft betrekking op een terrein ten noordoosten van het dorp Haps en ten westen van de rijksweg A73. Het plan maakt de verandering mogelijk van het voornamelijk agrarische gebied in een bedrijventerrein van ongeveer 69 hectare. De Milieuvereniging Land van Cuijk en de Brabantse Milieufederatie, de ZLTO afdeling Cuijk en een aantal inwoners van Haps zijn tegen de plannen in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Volgens de Milieuvereniging ontbreekt de behoefte aan een nieuw bedrijventerrein. Ook had volgens haar een milieueffectrapport moeten worden opgesteld om de gevolgen van de ontwikkelingen in het gebied in kaart te brengen. De milieuvereniging en enkele inwoners vrezen verkeersoverlast. Ook vinden enkele inwoners dat door de komst van het bedrijventerrein het open landschap met oude boerderijen en monumentale lintbebouwing verloren gaat en dat archeologische waarden zullen verdwijnen. Verder vreest een van hen de gevolgen voor de biotoop van de Mariamolen. De milieuvereniging en enkele inwoners zijn bovendien bang dat het leefgebied van de dassen wordt aangetast door het bedrijventerrein en dat er te weinig maatregelen worden genomen om dat te compenseren. Ten slotte voeren zij tal van bezwaren aan die betrekking hebben op de geluidsoverlast, wateroverlast, luchtkwaliteit, en stankhinder. Ook zou de externe veiligheid in het geding zijn als gevolg van het vervoer van gevaarlijke stoffen van en naar het bedrijventerrein. Zie ook de uitspraak met nummer 200907594/1 waarin de Raad van State eveneens op 9 november 2011 uitspraak doet. Die uitspraak gaat over de vaststelling door de gemeenteraad van het bestemmingsplan 'Geluidszone Regionaal Bedrijvenpark Laarakker'. Dit plan legt de geluidszone rondom het bedrijvenpark vast. Een aantal inwoners van Haps vindt dat in het plan te weinig rekening is gehouden met de bestaande veehouderijen in de omgeving. Ook zou het plan financieel niet haalbaar zijn. De Raad van State heeft de zaak op 29 september jl. op zitting behandeld.
2. 201002780/1/R1
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen Noord-Holland
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplan 'Woongebied Spaarnebuiten' van de gemeente Haarlemmerliede en Spaarnwoude) Uitspraak over de vaststelling door de gemeenteraad van Haarlemmerliede en Spaarnwoude van het bestemmingsplan 'Woongebied SpaarneBuiten'. Het plan maakt de herontwikkeling van het voormalige bedrijfsterrein van Volker Wessels Stevin mogelijk voor de bouw van ongeveer 320 woningen. Ook komen er winkels, een jachthaven en wordt er een groengebied aangelegd. De Vereniging De Hollandsche Molen, een aantal inwoners van Spaarndam-West en Spaarndam en een aannemingsbedrijf zijn tegen het plan in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zij zijn van mening dat de huidige wegenstructuur niet geschikt is voor het verwerken van het verkeer dat van en naar de nieuwe woonwijk rijdt. In dit verband wijzen zij erop dat het verkeersonderzoek is uitgegaan van te lage verkeersintensiteiten. Verder betwijfelen zij het nut en de effectiviteit van de verkeersmaatregelen die het gemeentebestuur wil treffen om de verkeersbelasting als gevolg van de nieuwe woonwijk het hoofd te bieden. De vereniging en de bewoner van de molen vrezen nadelige gevolgen voor de molen De Slokop. Er zou onvoldoende rekening zijn gehouden met de molenbiotoop, omdat op een afstand van 100 meter van de molen kan worden gebouwd. De bewoner van de molen verzet zich verder tegen de bouw van acht watervilla's in de buurt van de molen. Deze villa's zouden volgens hem zijn uitzicht beperken en het gebied Mooie Nel aantasten. De Raad van State heeft de zaak op 4 augustus jl. op zitting behandeld.
3. 201008128/1/R3
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen Utrecht
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplan 'Catharijnesingel' van de gemeente Utrecht) Uitspraak over de vaststelling door de gemeenteraad van Utrecht van het bestemmingsplan 'Catharijnesingel'. Het plan maakt het mogelijk de historische singelstructuur rond de binnenstad van Utrecht te herstellen. Zo wordt het water in de Catharijnesingel teruggebracht tussen het Paardenveld en de Mariaplaats. In verband daarmee wordt er ook een aantal bruggen gebouwd op de plek waar de Leidsche Rijn en Catharijnesingel samenkomen. Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht heeft een vergunning verleend voor de bouw van vier bruggen en kademuren aan de Catharijnebaan, tussen de Vredenburg en de Knipstraat. Het herstel van de singelstructuur maakt deel uit van de herontwikkeling van het Stationsgebied Utrecht. De FGH Bank is tegen het plan in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Het kantoor van de bank is gevestigd aan de Leidseveer. De bank vreest dat zijn kantoor door de ontwikkelingen slechter bereikbaar zal zijn. Het gaat dan om de algemene bereikbaarheid van het kantoor, maar ook om de toegang tot de parkeergarage en de fietskelder. Volgens FGH Bank wordt met het plan ook al voor een deel voorzien in de locatie van een HOV-busbaan, die direct langs haar kantoor zal komen te liggen. Zij is bang dat dit ernstige overlast meebrengt voor haar kantoor. De Raad van State heeft de zaak op 30 augustus jl. op zitting behandeld.
4. 201009220/1/R4
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen Friesland
inhoudsindicatie:

(Inpassingsplan 'De Centrale As' van de provincie Fryslân) Uitspraak over de vaststelling door provinciale staten van Fryslân van het inpassingsplan 'De Centrale As'. Het plan maakt de aanleg mogelijk van een nieuwe provinciale weg in Noordoost-Fryslân. De geplande route van de Centrale As loopt van Dokkum tot aan Nijega over het grondgebied van vier Friese gemeenten. Het project omvat ook de rondwegen Hurdegaryp en Garyp. Tussen de zuidelijke rotonde van Dokkum en Nijega wordt de weg in beide rijrichtingen aangelegd als een tweebaans autoweg. De oostelijke rondweg om Dokkum en de rondweg Garyp worden eenbaans autowegen in beide rijrichtingen. De provincie wil met de Centrale As Noordoost-Fryslân veiliger maken, de leefbaarheid in de dorpen vergroten en bijdragen aan een betere economie door goede bereikbaarheid. In de Wet ruimtelijke ordening is bepaald dat wanneer sprake is van provinciale belangen de provincie een inpassingsplan voor haar grondgebied kan vaststellen. Een provinciaal inpassingsplan kan worden vergeleken met een gemeentelijk bestemmingsplan. De Vereniging It Fryske Gea en een aantal Friese inwoners vinden de aanleg van de Centrale As niet nodig, omdat er volgens hen geen knelpunten zijn op de punten van bereikbaarheid, verkeersveiligheid en leefbaarheid. Zij zijn van mening dat beter onderzoek moet worden gedaan naar de verkeersprognoses. Verder hadden provinciale staten de voorkeur moeten geven aan het zogenoemde Groene Alternatief. Deze alternatieve route begint ten westen van Dokkum en volgt daarna in grote lijnen de bestaande weg tussen Dokkum en Nijega. Wel zijn de rondwegen lángs in plaats van dóór de kernen voorzien. Ook vrezen de tegenstanders dat een belangrijk weidevogelgebied wordt aangetast door de weg. Provinciale staten moeten volgens hen het verlies aan weidevogelgebied beter en eerder compenseren. Daarom zijn zij tegen het provinciale plan in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zie ook de uitspraak met zaaknummer 201008544/1 die de Raad van State eveneens op 9 november 2011 openbaar maakt. Die uitspraak gaat over de hogere geluidswaarden die het college van gedeputeerde staten van Fryslân heeft vastgesteld voor 50 woningen langs de geplande Centrale As. Een aantal bewoners verzet zich daartegen. Zij vrezen geluidsoverlast en verslechtering van hun woonsituatie. Beide zaken zijn op 15 september jl. op zitting behandeld.
5. 201010604/1/H1
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Algemene kamer - Hoger Beroep - Verordeningen
inhoudsindicatie:

(Gebruik van het gebouw De Vrije Markt in Tiel) Uitspraak over de tijdelijke voorwaarde die het college van burgemeester en wethouders van Tiel heeft gesteld aan het gebruik van het pand De Vrije Markt aan de Spoorstraat in Tiel. 'De Vrije Markt Tiel, De Oude Veiling B.V.' gebruikt het pand voor het houden van een vrije markt en evenementen. Volgens de brandweer moeten twee brandwachten aanwezig zijn tijdens de openingstijden van het pand, omdat sprake zou zijn van een brandonveilige situatie. Daarom heeft het gemeentebestuur de voorwaarde in april 2008 gesteld. Het gemeentebestuur heeft in juni 2008 een dwangsom opgelegd aan het bedrijf omdat een aantal keer is geconstateerd dat er geen brandwachten aanwezig waren. In januari 2009 heeft het gemeentebestuur besloten bestuursdwang toe te passen tegen het bedrijf, omdat het pand niet zou voldoen aan de regels voor brandveiligheid. Ook zouden de verlichtingsinstallatie en de vluchtrouteaanduiding niet in orde zijn. Het gemeentebestuur wilde met de bestuursdwang bereiken dat het bedrijf het pand niet meer zou gebruiken zolang de regels werden overtreden. Het bedrijf kwam eerder tegen deze drie besluiten in beroep bij de rechtbank in Arnhem. Die verklaarde in oktober 2010 het beroep tegen de voorwaarde en tegen de bestuursdwang gegrond. Naar het oordeel van de rechtbank was de voorwaarde op de verkeerde wetgeving gebaseerd en tevens verkeerd ondertekend door de brandweercommandant namens het gemeentebestuur. Toch heeft de rechtbank besloten 'de rechtsgevolgen van de voorwaarde in stand gelaten'. Verder heeft de rechtbank het bestuursdwangbesluit gedeeltelijk vernietigd, omdat niet zeker was dat de verlichtingsinstallatie en de vluchtrouteaanduiding niet in orde waren. Het bedrijf wil ook de rest van het bestuursdwangbesluit en de voorwaarde van tafel hebben en is daarom tegen de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Die heeft de zaak op 27 juni jl. op zitting behandeld.
6. 201102282/1/H1
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Algemene kamer - Hoger Beroep - Bouwen
inhoudsindicatie:

(Bouw van appartementen en woningen in Indische Buurt in Delft) Uitspraak over de bouwvergunning die het college van burgemeester en wethouders van Delft heeft verleend voor de bouw van 50 appartementen en 14 woningen verdeeld over vier blokken aan de Ceramstraat, de Boeroestraat, de Arubastraat en de Minahassastraat in Delft. Het gemeentebestuur heeft ook een ontheffing verleend van de bouwverordening, omdat niet aan de parkeereisen kan worden voldaan die daarin zijn opgenomen. Buurtcomité Indische Buurt vreest parkeeroverlast door het bouwplan. Bovendien is het gemeentebestuur volgens haar van te weinig parkeerplaatsen uitgegaan die nodig zijn voor het bouwproject. De rechtbank in Den Haag oordeelde in januari 2011 dat niet is nagegaan of er parkeerplaatsen in de buurt konden gehuurd. Verder ligt een deel van de parkeergelegenheid die het gemeentebestuur op het oog heeft, op meer dan 400 meter afstand van het bouwproject. Dat is naar het oordeel van de rechtbank geen 'redelijke afstand'. De rechtbank oordeelde dat het gemeentebestuur daarom geen ontheffing kon verlenen en heeft de bouwvergunning alsnog geweigerd. Tegen die uitspraak zijn de projectontwikkelaar, Stichting de Vestia Groep en het gemeentebestuur van Delft in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Die heeft de zaak op 22 augustus jl. op zitting behandeld.
7. 201103745/1/R2
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Eerste aanleg - meervoudig
rechtsgebied: Ruimtelijke-ordeningskamer - Bestemmingsplannen Zeeland
inhoudsindicatie:

(Bestemmingsplan 'Buitengebied, 11e herziening' van de gemeente Reimerswaal) Uitspraak over de vaststelling door de gemeenteraad van Reimerswaal van het bestemmingsplan 'Buitengebied, 11e herziening'. Het plan draait onder meer een eerdere verlaging terug van de maximum bouwhoogte van windturbines in de gemeente. Zo mogen de windturbines met dit plan weer maximaal 80 meter hoog worden in plaats van maximaal 40 meter. Volgens het gemeentebestuur is het niet de bedoeling geweest om de maximumhoogte bij een eerdere herziening te verlagen. De minister van Defensie is tegen het bestemmingsplan in beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hij vreest dat de windturbines van het windturbinepark Anna-Mariapolder de radarontvangst van het radarstation op vliegbasis Woensdrecht zullen verstoren, omdat ze in strijd met het radarbeleid van Defensie nu weer hoger mogen zijn dan 63,8 meter en binnen een straal van ongeveer 28 kilometer van de basis liggen. De Raad van State heeft de zaak op 26 september jl. op zitting behandeld.
8. 201103951/1/H2
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Algemene kamer - Hoger Beroep - Schadevergoeding
inhoudsindicatie:

(Afwijzing verzoek om schadevergoeding als gevolg vierbanenstelsel Schiphol) Uitspraak over de weigering door de besliscommissie van het schadeschap luchthaven Schiphol om schadevergoeding toe te kennen aan een inwoner van Aalsmeer. De man had om schadevergoeding verzocht vanwege geluidsoverlast door de aanleg van de vierde baan bij Schiphol. Het aanwijzingsbesluit om de luchthaven uit te breiden, is in 1996 genomen door de toenmalige ministers van Verkeer en Waterstaat en van VROM. Binnen vijf jaar na dit besluit, dat in 2002 onherroepelijk is geworden, konden inwoners een schadevergoedingsverzoek indienen bij het schadeschap. Omdat de man pas in 2008 het verzoek heeft ingediend, vindt het schadeschap dat zijn aanspraak is verjaard en dat hij geen recht meer heeft op schadevergoeding. De man vindt dat het schadeschap zijn verzoek toch inhoudelijk had moeten behandelen. De rechtbank in Haarlem verklaarde in februari een eerdere beroep tegen de weigering door het schadeschap ongegrond. Tegen die uitspraak is de man in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Zie ook de soortgelijke zaken met nummers 201103953/1 en 201105238/1 waarin de Raad van State eveneens op 9 november 2011 uitspraak doet. In die uitspraken gaat het om een afwijzing van schadevergoedingsverzoeken van een inwoner van Aalsmeer en van Buitenkaag. De Raad van State heeft de drie zaken op 29 september jl. op zitting behandeld.
9. 201105065/1/H3
datum van uitspraak: woensdag 9 november 2011
proceduresoort: Hoger beroep
rechtsgebied: Algemene kamer - Hoger Beroep Wet openbaarheid van bestuur
inhoudsindicatie:

(Verzoek om documenten openbaar te maken over vastgoedtransacties) Uitspraak over het verzoek van Raadhuis Bedrijven Verzamelgebouw en de eigenaren van twee bedrijven aan het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam om informatie openbaar te maken. Het gaat om documenten met betrekking tot vastgoedtransacties, overleggen met gedupeerden en correspondentie met raadsmannen en -vrouwen van gedupeerden. Het Openbaar Ministerie, de FIOD, de Belastingdienst Rijnmond en de regiopolitie Rotterdam hebben in het kader van het zogenoemde Alijda-project de afspraak gemaakt dat 'ongeregeldheden' bij bedrijven worden bijgehouden op een lijst. Aan de hand van een score wordt vervolgens bepaald of tegen bedrijven ook daadwerkelijk wordt opgetreden. De bedrijven die nu om de informatie vragen, staan op die lijst. Het gemeentebestuur heeft geweigerd deze informatie openbaar te maken. De rechtbank in Rotterdam verklaarde in april 2011 een eerder beroep van hen gegrond en bepaalde dat het gemeentebestuur delen van de informatie wel openbaar moest maken. Het gemeentebestuur is het niet eens met de uitspraak van de rechtbank en is daartegen in hoger beroep gekomen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. De bedrijven vinden dat het gemeentebestuur alle informatie openbaar moet maken en zijn daarom eveneens in hoger beroep gekomen tegen de uitspraak van de rechtbank. De Raad van State heeft de zaak op 29 september jl. op zitting behandeld. pagina: 1 rss feeds disclaimer links sitemap the council of state le conseil d'état der staatsrat