Raad voor de Rechtspraak


Meet the judge in `s-Hertogenbosch

"s-Hertogenbosch , 9-11-2011

`Als rechter moet je van mensen houden'

Veertig medewerkers van Bureau Slachtofferhulp spraken woensdag 9 november in 's-Hertogenbosch in het kader van Meet the judge met enkele strafrechters. Dat leverde kritische vragen en openhartige antwoorden op. En rechters namen dankbaar enkele tips in ontvangst.

`Heeft u wel eens spijt van een uitspraak?' `Hoeveel uur leeswerk zit er in een gemiddelde strafzaak?' en: `Wat doet u in uw vrije tijd?' Deze en tal van andere vragen kregen Bossche strafrechters en raadsheren voorgelegd in het bedrijfsrestaurant, waar ze aan even zo veel tafeltjes door de medewerkers van Bureau Slachtofferhulp werden bestookt met allerlei kwesties. Die hadden de kans gegrepen om eindelijk eens `gewoon' met een rechter te praten over zijn werk en wat daar allemaal bij komt kijken.

Rol slachtoffer

De bezoekers hadden zich goed voorbereid en sommigen hadden van te voren lange vragenlijsten ingeleverd. Die gingen veelal over de rol van slachtoffers in het strafproces. Een rol waarover de nodige onvrede bestaat, getuige hun vragen: het is onduidelijk wanneer het slachtoffer precies mag praten en soms is zijn kans al voorbij voordat hij er erg in heeft. En: rechters doen volgens de medewerkers van Bureau Slachtofferhulp te weinig met de vorderingen van de benadeelde partij. En ook vinden ze dat de straffen best hoger mogen zijn.

Tips

De rechters hoorde de kritiek aan, en vertelden hún kant van het verhaal - wat begripvol werd aangehoord. Daarbij kregen ze ook nog eens tips aangereikt. `Als u een schriftelijke slachtofferverklaring maar deels voorleest', zei een bezoeker, `dan kan ik daar inkomen. Soms zijn ze ook erg lang. Maar vertel er dan ook bij dat u het wel helemaal heeft gelezen.' De strafrechter: `Dat vind ik een hele goeie. Ik zal dat in het vervolg ook doen.' Een andere rechter werd op het hart gedrukt slachtoffers in de zaal niet te negeren. `Het is maar iets heel kleins, maar laat merken dat u het slachtoffer ziet. Dat betekent zoveel voor hem.'

Heftige moordzaak

Een vaak terugkomend thema was of strafrechters hun zaken `mee naar huis nemen'. Een (vrouwelijke) raadsheer antwoordde bewogen: `Ik deed eens een heftige moordzaak. Een man had zijn vrouw vermoord, nadat ze twee jaar met elkaar waren getrouwd. Als rechters gingen we naar het plaats delict en ik ontdekte dat het heel gewone mensen waren. Het hadden mijn vrienden kunnen zijn. Maanden later was ik thuis eens aan het strijken, de kerstboom stond op, de kinderen speelde lekker in de kamer. Toen barstte ik plotseling in tranen uit. De scheidslijn tussen ons gezinsgeluk en het drama dat tot de moord heeft geleid is vaak maar flinterdun.' Wat houdt u dan op de been, na zo'n ervaring, wilde een bezoeker weten. `Je kunt dit vak alleen doen als je van mensen houdt', antwoordde de raadsheer. `De dader is veroordeeld en hij verdient ook straf. Maar je weet ook dat je de familie zo vooruit helpt. En daar gaat het óók om.'