Rijksoverheid


Verslag Informele Raad Familie en Gendergelijkheid 21 oktober 2011

Op 21 oktober jl. vond in Krakow de Informele Ministeriële Raad over Familie en Gendergelijkheid plaats met als thema de combinatie van arbeid, zorg en gezinsleven. De bijeenkomst bestond uit twee delen. Het eerste deel betrof de onderhandelingen over de herziening van de zwangerschapsrichtlijn. Tijdens het tweede deel werd gesproken over het bereiken van gelijke toegang van mannen en vrouwen tot de arbeidsmarkt. Hierbij treft u, mede namens de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, het verslag van de Informele Ministeriële Raad aan. De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H.G.J. Kamp

Pagina 1 van 3



Verslag Informele Raad Familie en Gendergelijkheid, Krakow 21 oktober 2011 Het Poolse Voorzitterschap had voor deze Informele Raad twee onderwerpen belegd met als overkoepelend thema `arbeid, privé en gezinsleven'. Het eerste deel van de Raad werd gewijd aan de onderhandelingen over de herziening van de zwangerschapsrichtlijn, onder leiding van Minister Fedak. Het tweede deel werd geleid door de Staatssecretaris Mleckzo en ging over het bereiken van gelijke toegang tot de arbeidsmarkt voor mannen en vrouwen. Deel I ­ Herziening zwangerschapsrichtlijn Het Poolse voorzitterschap hoopte aan de hand van een door hem opgesteld achtergrondpaper meer te horen over de systemen in de lidstaten en een opening voor verdere onderhandeling op het dossier zwangerschapsverlof te vinden. Commissaris Reding gaf aan dat zij het met de Raad eens is dat 20 weken verlof met volledige betaling zoals door het Europees Parlement is voorgesteld wat haar betreft veel te ver gaat. Zij haalde, zoals de Commissie tot nu toe steeds gedaan heeft, het Commissievoorstel aan als basis voor een compromis. Om uit de blokkade te komen zou de Raad ook naar een `passerelle' kunnen kijken. Hiermee zouden andere vormen van verlof, zoals ouderschapsverlof, kunnen worden opgeteld bij de periode van zwangerschapsverlof. Het Poolse Voorzitterschap had tevens de Europese sociale partners uitgenodigd om aan het begin van de vergadering hun standpunt uiteen te zetten. Zowel ETUC (werknemers) als Business Europe (werkgevers) vonden dat het zwangerschapsverlof als een gezondheidsissue moet worden beschouwd en dat de rechtsbasis daarop ook gebaseerd moet zijn. ETUC hecht groot belang aan de herziening van de richtlijn en vindt dat het verlof naar 18 weken met volledige betaling zou moeten worden uitgebreid. Vaderschap hoort volgens ETUC niet in deze richtlijn thuis, daarover moet aparte regelgeving komen. Business Europe was wel tevreden met de huidige richtlijn die al 20 jaar lang een goede bescherming heeft gegeven aan de werkneemster. Business Europe heeft problemen met zowel de positie van het Europees Parlement als met het Commissievoorstel, zeker in tijden van crisis. Business Europe was ook kritisch over de voorgestelde passerelle. In de discussie die daarop volgde, intervenieerde een aantal lidstaten, waaronder Nederland, zeer kritisch met als insteek dat zowel het Commissievoorstel als de amendementen van het Europees Parlement grote kosten met zich meebrengt, die in verband met de economische crisis niet passen. Ook de rechtsbasis van het Commissievoorstel leverde duidelijke bezwaren op. Tevens werd naar voren gebracht dat de huidige richtlijn voldoende bescherming op nationaal niveau voor de (zwangere) werkneemsters biedt en dat de betalingsregeling een zaak is van de lidstaten zelf. Een aantal lidstaten greep terug naar de eerder onder het Tsjechische Voorzitterschap voorgestelde compromissen, met onder andere de passerelle erin, als uitgangspunt voor verdere onderhandelingen. Voor andere lidstaten moest het Commissievoorstel leidend zijn voor de onderhandelingen. Het Poolse voorzitterschap concludeerde dat er veel verschillende systemen in de lidstaten zijn en dat daarmee rekening moet worden gehouden bij het zoeken naar een oplossing. Het zal moeilijk zijn om voortgang te boeken zonder een `koerswijziging' in de positie van het Europees Parlement. Het is belangrijk om de dialoog met het Europees Parlement over dit dossier voort te zetten, waarbij de

Datum 9 november 2011 Onze referentie IZ/EA/2011/19676

Pagina 2 van 3



geuite zorgen van lidstaten duidelijk naar voren zullen worden gebracht in het aankomend overleg met het Europees Parlement. Deel II ­ Gelijke toegang tot de arbeidsmarkt van mannen en vrouwen Veel lidstaten lichtten hun stelsels en genomen of nog te nemen maatregelen toe. Er was brede steun voor het uitgangspunt dat voldoende aandacht moet worden geschonken aan maatregelen die de combinatie werk, privé en gezinsleven bevorderen. Daarbij zijn elementen als voldoende (kwalitatieve) kinderopvang, ouderschapsverlof, belastingprikkels en flexibel werken van belang. Tevens noemden lidstaten acties om vrouwen meer in technische beroepen te interesseren, mogelijkheden voor quota voor vrouwen in de top van organisaties en het dichten van de gender pay gap. Maatregelen ter ondersteuning van het gezin moet zowel worden gericht op de man als op de vrouw. Nederland lichtte de eigen arbeidsmarkt toe die wordt gekarakteriseerd door een hoge arbeidsparticipatie van vrouwen, waarbij het voor Nederland de uitdaging is om het aantal uren dat vrouwen werken te verhogen en om flexibel werken voor vrouwen en mannen te bevorderen. Datum 9 november 2011 Onze referentie IZ/EA/2011/19676

Pagina 3 van 3






---- --