ManpowerGroup adviseert werkgevers grenzen te verleggen
Persbericht van Manpower Uitzendorganisatie
ManpowerGroup adviseert werkgevers grenzen te verleggen
Onderzoek naar arbeidsmigratie wereldwijd
DIEMEN, 14 november 2011 - Een veelbelovende strategie om kritieke
tekorten op de arbeidsmarkt op te lossen is het aantrekken van
werknemers uit andere landen of regio's. Het vermogen om talent van
over de geijkte grenzen te recruteren én de effectiviteit van het
managen van een steeds gem(ee)leerder medewerkersbestand zijn
belangrijke factoren voor succesvol ondernemen in de Human Age, het
tijdperk waarin mensen meer dan ooit de belangrijkste sleutel zijn tot
het succes van ondernemingen en economische bloei.
Vandaag publiceert HR-dienstverlener ManpowerGroup de resultaten van
een onderzoek onder bijna 25.000 werkgevers in 39 verschillende landen
en gebiedsdelen naar arbeidsmigrate wereldwijd.
De belangrijkste conclusies:
- 1 op de 4 werkgevers wereldwijd doet een beroep op buitenlandse
werknemers vanwege de talent mismatch in eigen land. Vooral ingenieurs
en vaklieden worden veel gevraagd en die functies worden ook vaak door
buitenlanders vervuld.
- China, India, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten zijn de
landen die werkgevers wereldwijd het meest associëren met
beschikbaarheid van geschikt talent. Maar door demografische en
economische ontwikkelingen staan andere landen soms hoger op de lijst
van kwantitatieve talentpools; zo heeft Polen drie keer zoveel
werknemers te bieden als het Verenigd Koninkrijk.
- Buitenlandse werving blijft belemmerd door obstakels als
visa-problematiek, juridische eisen en taalbarrières.
- 1 op de 3 werkgevers wereldwijd maakt zich zorgen over het vertrek
van talent naar andere landen. Het gros van hen vindt dat ondernemingen
en overheid meer moeten doen om deze emigratie te beperken en om
binnenslands ontwikkeling van de belangrijkste benodigde vaardigheden
te stimuleren.
- Expats spelen vandaag de dag nog steeds een belangrijke rol op
managementniveau. Vooral Amerikaanse organisaties hebben vaak
buitenlandse leiders.
Waar is de interesse in buitenlandse werknemers het grootst?
Wereldwijd geeft 24% van de ondervraagde werkgevers aan dat
arbeidsmigratie wezenlijk is
voor economisch succes. In de beide Amerika's is dat 32%. Daarbij
scoren de Verenigde
Staten en Costa Rica het hoogst met 75% en 51%; Brazilië en Columbia
het laagst met 14%
en 9%. In de regio Azië Pacific onderkent 25% van de geënqu(ee)teerden
het belang van
buitenlands talent. Het hoogste percentage staat op naam van Singapore
(61%); Japan
(48%), Nieuw-Zeeland (39%) en Australië (35%) volgen. Het minst hechten
China (8%) en
India (2%) aan arbeidsimmigratie. Europa (EMEA) als geheel scoort onder
het wereldwijde
gemiddelde met 19%. Noorwegen meldt de meeste interesse (36%), gevolgd
door Italië
(34%), Oostenrijk en Griekenland (beide 29%). Het laagst scoren Zweden
(3%), Zuid-Afrika
(7%), Ierland (8%), Polen (8%) en Roemenië (9%).
Welke buitenlandse talenten zijn het meest gevraagd en waar komen ze
vooral
vandaan?
- Wereldwijd: ingenieurs (11%),uit China (11%)
- Amerika's: ingenieurs (11%), uit India (14%)
- Azië Pacific: ingenieurs (14%), uit China (18%)
- Europa: arbeiders (17%), uit Polen (12%)
Belemmeringen voor werving over de grenzen
Desgevraagd geven werkgevers wereldwijd aan dat de belangrijkste
belemmeringen bij het
buitenlands werven gelegen zijn in het mijnenveld van juridische en
visa-vereisten, direct
gevolgd door taalbarrières. Eén op de tien geënqu(ee)teerde werkgevers
noemt de kosten een
obstakel en bijna evenveel geïnterviewden zien problemen met culturele
assimilatie als een
hindernis. Een significante minderheid van de ondervraagde werkgevers
geeft aan niet te
weten in welke landen het door hen gewenste talent eventueel
beschikbaar is, en evenmin
hoe men daar zou moeten werven.
Opvallend is dat de meerderheid (56%) van werkgevers in Europa die over
de grenzen naar
talent zoeken, juist aangeeft nauwelijks obstakels te ervaren.
Ongetwijfeld is dat het
resultaat van de migratie-vriendelijke open grenzen-politiek van de
Europese Unie. Eén op
de zes werkgevers maakt gewag van taalproblemen als mogelijke
belemmering en slechts
13% rapporteert juridische of visa-moeilijkheden. Financiële of
culturele barrières worden in
Europa nauwelijks ervaren.
Migratiebewegingen
De migratiebeweging loopt niet altijd simpelweg van minder-ontwikkelde
naar meer-
ontwikkelde landen. Zo zijn er bedrijven en organisaties in de zich
ontwikkelende landen die
op zoek zijn naar executives en middelmanagement uit ontwikkelde
westerse landen om
aldus ervaren managers te krijgen.
Veel arbeiders remigreren overigens zodra de lonen en
arbeidsvoorwaarden in het eigen
land verbeteren. Ook dat wordt een steeds duidelijker beweging.
Binnenlandse migratie - vaak van armere, meer rurale gebieden naar
stedelijker
agglomeraties - komt ook veel voor. Bekende voorbeelden zijn Mexicanen
uit het agrarische
zuiden van het land die in het verstedelijkte noorden gaan werken,
Japanse boeren die naar
de stad trekken en Tamil IT-specialisten die zich in technologische
hotspots als Bangalore of
snelgroeiende staten als Haryana en Maharashtra vestigen.
Zorgen over emigratie van talent
Wereldwijd meldt één op de drie werkgevers bezorgd te zijn over de
impact van vertrekkend
talent op de arbeidsmarkt thuis. Niet verrassend is dat dergelijke
zorgen het meest
voorkomen in landen die traditioneel een hoge arbeidsmobiliteit kennen.
In Europa is de bezorgdheid over de impact van vertrekkend talent op de
lokale
arbeidsmarkt het grootst in Bulgarije (73%), Griekenland (72%) en
Turkije (64%). Maar ook
Roemenië, Italië, Ierland, Slovenië en Zuid-Afrika rapporteren meer dan
gemiddeld angst
daarvoor. Veel onbezorgder zijn landen als Zwitserland (11%), België
(12%) en Nederland
(14%).
De rol van overheid en zakenleven
Van de werkgevers wereldwijd die bezorgd zijn over vertrekkend talent
vindt slechts 15% dat
overheid en ondernemingen genoeg doen om benodigd talent terug te
halen. Meer dan drie
van de vier werkgevers vindt het tegenovergestelde: er wordt
onvoldoende actie
ondernomen.
In Europa vindt maar 8% van de respondenten dat overheid en
ondernemingen emigratie en
remigratie van talent goed beheersen. 83% vindt dat het beter kan.
Overigens vormen
Nederland en Zwitserland daarop binnen Europa positieve uitzonderingen:
respectievelijk
33% en 24% van de ondervraagden vindt dat emigratie in hun land wel
effectief wordt
aangepakt.
Economisch meest bedreigende landen
ManpowerGroup vroeg werkgevers naar hun top drie van economisch meest
bedreigende
landen. Op wereldwijde schaal worden China (30%) en de Verenigde Staten
(18%) het
meest genoemd. Ook India scoort met 10% hoog op deze lijst, evenals
Duitsland (8%), het
Verenigd Koninkrijk (7%), Japan (5%) en Brazilië (5%).
In Europa ziet men vooral China (21%) en Duitsland (18%) als grootste
concurrent voor
economisch succes in eigen land. India (9%), het Verenigd Koninkrijk
(9%) en de Verenigde
Staten (8%) volgen daarna. In zowel Duitsland als het Verenigd
Koninkrijk zelf zien
werkgevers China als grootste economisch bedreigende factor.
Nederlandse cijfers
In Nederland zijn 312 werkgevers geïnterviewd. 22% van hen geeft aan
met buitenlandse
werknemers te werken. De meest genoemde functiecategorieën waarvoor in
Nederland over
de grenzen wordt geworven zijn: arbeiders en mecaniciens, beide 19%.
Gevraagd naar de
landen waar de meeste buitenlandse werknemers in Nederland vandaan
komen,
antwoordden de werkgevers: Polen (26%), België (14%), Hongarije (12%)
en Duitsland
(10%). Ter informatie: de percentages voor Marokko en Turkije zijn
respectievelijk 9% en
6%.
Van mogelijke belemmeringen voor buitenlandse werving worden in
Nederland het meest
de taalbarrière (22%) en de kosten (16%) gerapporteerd.
Als landen die voor Nederland de grootste economische bedreiging vormen
worden China
(13%), Polen (9%) en Duitsland (7%) genoemd.
Uit het buitenland afkomstige werknemers op managementniveau zijn in
Nederland schaars,
zo blijkt uit de antwoorden. 62% van de ondervraagden meldt dat dat
voor niemand in hun
onderneming opgaat, bij 8% gaat het om één tot vijf personen, bij 11%
om vijf tot twintig
personen en bij 8% om meer dan twintig personen. 11% heeft geen idee.
Over het onderzoek
ManpowerGroup's research voor dit onderzoek vond plaats in juli en
augustus 2011. Meer
dan 25.000 werkgevers in 39 landen en gebiedsdelen werden ondervraagd.
De vragen
werden overal behalve in de Verenigde Staten telefonisch gesteld. In de
VS gebeurde dat
online.
*
Links:
http://www.manpower.nl
Razende Robot Reporter