Nederlandse Vereniging van Journalisten
NVJ over: Nieuwsharkerij
maandag 14 november 2011 | `Wie onlangs klikte op een bericht van
Dichtbij.nl kreeg het volgende waarschuwingsbericht te lezen: "Op
dichtbij.nl, een onderdeel van De Telegraaf, worden structureel onze
berichten grotendeels overgenomen. Ondanks dat de bron wordt vermeld en
een link wordt geplaatst, vinden wij deze werkwijze journalistiek en
moreel verwerpelijk. Voor ons voelt het als diefstal; wij doen al het
werk, zij verdienen er - via de advertenties - het geld mee."
Ondertekend door Weespernieuws.nl. De boodschap is duidelijk:
Weespernieuws.nl is niet gediend van de werkwijze van Dichtbij.nl,
waarbij een groot deel van het bericht wordt overgenomen, ook al wordt
er uiteindelijk wel een link geplaatst naar het oorspronkelijke
bericht.'
'Dichtbij.nl is een verzamelaar van nieuws op lokaal niveau. Inzet
daarbij zijn eigen redacteuren, eigen redacteuren van weekkranten,
publiek en persbureaus, aangevuld door een selectie van wat andere
regionale media melden. Aldus Dichtbij-aanvoerder Bart Brouwers. Hij
begrijpt de kritiek van Weespernieuws.nl, maar wijst er wel op dat de
werkwijze van Dichtbij.nl zo oud is als de journalistiek zelf: het
gebruik maken van vondsten van anderen.
Je kunt het ook nieuwsharkerij noemen. Dit soort aggregatiemodellen,
waar Dichtbij.nl het internationaal gezien zelfs nog redelijk
bescheiden aanpakt, vormt een bedreiging voor de journalistieke
kwaliteit en werkgelegenheid. Journalistieke inspanningen lopen niet
parallel met de opbrengsten op de oorspronkelijke site. De kans dat de
bezoeker na het Dichtbij-bericht nog eens doorklikt naar het
oorspronkelijke bericht is vrij klein. De enige die hier aan verdient
is Dichtbij zelf. In de VS is het probleem al in een verder stadium.
Daar selecteren geautomatiseerde aggregatiesites de best gelezen
artikelen van bijvoorbeeld de New York Times en maken daarmee meer
profijt dan New York Times zelf.
Alhoewel vrije nieuwsgaring met zich mee brengt dat er verwezen moet
kunnen worden naar andere bronnen en korte citaten overnemen in dit
verband logisch is, roept de werkwijze van aggrigatiemodellen wel de
vraag op hoe ver we kunnen gaan.
Aggregatiesites hebben vooral een commercieel doel, zoveel mogelijk
kliks realiseren. Journalistieke argumenten worden veelal slechts als
alibi gebruikt. Daarom moet scherp gekeken worden naar de uitleg van de
auteurswet op dit punt. Het profiteren van creatieve prestaties van
anderen door middel van het gedeeltelijk overnemen van het
oorspronkelijke bericht vereist in principe toestemming van de
auteursrechthebbende en verdient compensatie. De door de aggrigator
geboden compensatie, de vermelding van bron en een
doorklikmogelijkheid, blijken in de praktijk nauwelijks tot doorklikken
te leiden en biedt dus geen soelaas.
Daarom zou kritisch moeten worden beoordeeld hoe breed het citaatrecht
en de persexceptie zouden moeten worden uitgelegd. In hoeverre gaat het
nog op dat een rechter toestaat dat nieuws mag worden overgenomen, als
blijkt dat de lezer aan het lezen van de eerste 60 woorden genoeg heeft
en niet meer doorklikt naar het oorspronkelijke bericht?
Anderzijds mogen de regels het niet onmogelijk maken om te kunnen
verwijzen naar andere nieuwsbronnen. In het belang van de journalistiek
zou deze discussie stevig gevoerd moeten worden.'