Gepubliceerd op 28 november 2011
Bescherming cultuurhistorisch belang Amsterdamse binnenstad en
UvA-stadscampus gaan goed samen
Gepubliceerd op 28 november 2011
De UvA heeft op maandag 28 november rapporten van drie onafhankelijke
deskundigen beschikbaar gesteld aan het Stadsdeel Centrum. Het
stadsdeel gebruikt de rapporten om een besluit te nemen over de bouw
van een nieuwe UvA studiecentrum op het Binnengasthuisterrein. De
deskundigen, prof. M. De Hoog en prof. F. Asselbergs, komen tot de
conclusie dat het terrein van het voormalige Binnengasthuis een
uitstekende locatie is om een campus met een
studiecentrum/universiteitsbibliotheek (UB) te realiseren en dat de
cultuurhistorische balans na alle ingrepen in het gebied - circa 87%
restauratie en renovatie en 13% sloop - positief is. Ir. R. Toornend
ziet mogelijkheden om dat te doen door herbestemming van de bestaande
gebouwen. Daarvoor zijn wel ingrijpende aanpassingen noodzakelijk en
het leidt voor de UvA tot ca. EUR 7 mln. meerkosten.
Het studiecentrum op het Binnengasthuisterrein wordt het hart van de
campus voor de geesteswetenschappen op en rond het
Binnengasthuisterrein. Het bevat de open toegankelijke boekencollectie
van de geesteswetenschappen, studieplekken, onderwijsruimtes,
ontmoetingsplekken en kantoren voor publieksdiensten die verbonden zijn
aan dit centrum. Het studiecentrum vervangt de UB aan het Singel, waar
op dit moment een groot tekort aan studieplaatsen is. Het nieuw te
bouwen gebouw zou (deels) op de plaats moeten komen van twee
rijksmonumenten. Monumentenorganisaties waren tot nu toe tegen de
(gedeeltelijke) sloop van deze gebouwen. De Rechtbank Amsterdam heeft
de door het stadsdeel afgegeven monumentenvergunning, die sloop van de
panden mogelijk maakt, op hun verzoek vernietigd wegens een
ontoereikende motivering. De rapporten kunnen het stadsdeel helpen om
tot een betere motivering te komen.
Positieve cultuurhistorische balans
In overleg met het stadsdeel Centrum heeft de UvA gezocht naar
onafhankelijke en toonaangevende deskundigen op het gebied van
ruimtelijke ontwikkeling, bouwkunde en cultuurhistorie. Prof. F.
Asselbergs, oud directeur van de Rijksmonumentendienst, is bereid
gevonden om de consequenties van mogelijke nieuwbouw voor de
cultuurhistorische balans op het BG-terrein te beoordelen. Prof.
Asselbergs is hierbij uitgegaan van het totale plan van de UvA voor de
binnenstadcampus. Dus met alle restauraties, renovaties en
nieuwbouwactiviteiten. Hij komt tot de conclusie:
`dat zowel aan de cultuurhistorische als aan de functionele belangen
uitzonderlijk goed is of wordt tegemoet gekomen en dat na weging van
alle effecten de cultuurhistorische balans uitzonderlijk positief
uitvalt.'
Herbestemming kan
Ir. Rob Toornend heeft de ruimtelijk-programmatische mogelijkheden van
de monumenten onderzocht. Hij concludeert dat het door de UvA gevraagde
programma van eisen kan worden gerealiseerd met behoud van de gebouwen,
maar dat daarvoor benodigde ingrepen mogelijk conflicteren met enkele
van de monumentale waarden. Het is noodzakelijk om de gebouwen te
onderkelderen, een nieuw bouwdeel op het binnenhof te realiseren en de
parkeerfunctie te schrappen. Deze optie - zo blijkt uit de berekeningen
van Toornend - kost EUR 2 mln meer dan sloop/nieuwbouw en er zal een
nieuw plan gemaakt dienen te worden inclusief bijbehorende procedures
kost dit EUR 4 tot 5 mln.
Internationaal onderscheidende hovencampus
Volgens prof. M. de Hoog van de TU Delft is het BG-terrein een bij
uitstek passende plek om een campus te ontwikkelen. In zijn rapport
concludeert hij:'
'De UvA koerst met een nieuwe UB-BG op een modern informatie- en
studiecentrum, dat zich kan meten met de beste internationale
voorbeelden. De UB-BG kan het hart worden van een uiterst compacte
hovencampus: efficiënt en prominent.'
Op basis van het rapport van de prof. M. De Hoog heeft de UvA aan de
Stadsloods van de gemeente Amsterdam en DTZ/Zadelhof gevraagd om te
onderzoeken welke alternatieve locaties er in de omgeving van het
BG-terrein beschikbaar zijn om een bibliotheek in te vestigen die kan
functioneren als hart van de campus. Het resultaat is dat er geen
alternatieven zijn.
Hoe nu verder
De UvA werkt in samenwerking met de gemeente Amsterdam en het stadsdeel
Centrum meer dan 12 jaar aan een huisvestingsbeleid dat gericht is op
clustering van verwante wetenschappelijke disciplines in vier open
stadscampussen. Dit zijn het Science Park voor de beta-wetenschappen,
Roeterseiland voor de gamma-studies, AMC voor de medische wetenschappen
en het BG-terrein voor de geesteswetenschappen. Het nieuwe
studiecentrum is één van de sleutelprojecten van het 1012-programma van
de gemeente Amsterdam en stadsdeel Centrum.
Nadat de rechtbank Amsterdam in maart van dit jaar de
monumentenvergunning heeft vernietigd is nu het stadsdeel Centrum aan
zet. Het stadsdeel is wettelijk verplicht om opnieuw een besluit te
nemen over de aanvraag voor een monumentenvergunning. Daarbij zal het
de hiervoor bedoelde rapporten betrekken. De UvA zal de rapporten ook
inbrengen in het hoger beroep dat zij tegen de uitspraak van de
rechtbank aanhangig heeft gemaakt bij de Afdeling bestuursrechtspraak
van de Raad van State. De UvA wacht nu eerst het resultaat van de
vereiste besluitvorming door het stadsdeel af.
Universiteit van Amsterdam