Rijksoverheid


28 november 2011

Kamervragen van het lid Azmani

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van het lid Azmani (VVD) over het bericht dat niemand van de Rotterdamse werkloze jongeren aan de slag wil in de haven.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

P. de Krom



2011Z22779 Vragen van het lid Azmani (VVD) aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht dat niemand van de Rotterdamse werkloze jongeren aan de slag wil in de haven (ingezonden 11 november 2011)

Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het bericht `Ga niet in de haven werken, jongen'? 1) Antwoord Ja. Vraag 2 Zo ja, wat vindt u van de berichtgeving dat Rotterdamse werkloze jongeren niet aan de slag willen in de haven? Antwoord Zoals u weet stimuleert dit Kabinet een activerende sociale zekerheid die mensen aanspreekt op hun eigen verantwoordelijkheid om zo snel mogelijk aan de slag te gaan. Het adagium luidt: `Wie kan werken, moet werken. Dit bericht schetst een beeld dat Rotterdamse werkloze jongeren zich klaarblijkelijk niet of onvoldoende inspannen om aan het werk te komen. Ik vind dit onacceptabel. Vraag 3 Zou u kunnen aangeven wat de exacte cijfers zijn over de jeugd-werkloosheid in Rotterdam? Hoeveel werkloze jongeren in Rotterdam ontvangen een uitkering vanuit de Wet werk en bijstand (WWB) of de Wet investeren in jongeren (WIJ)? Welke verplichtingen worden aan deze uitkeringen verbonden door de gemeente Rotterdam? Hoe worden deze verplichtingen nageleefd? Antwoord Navraag bij de gemeente Rotterdam leert het volgende. Het aantal niet-werkende werkzoekende jongeren in Rotterdam bedroeg eind augustus 2011 in totaal 4.332 jongeren (bron: Basiscijfers Jeugd Rijnmond, Colo, oktober 2011). Het aantal jongeren met een WWB/WIJ-uitkering bedroeg eind augustus 3.704 jongeren. Het aantal jongeren met een WIJ-uitkering is sinds de zomer sterk aan het afnemen. Medio november staat de teller op 3356 WWB/WIJ-uitkeringen. Rotterdam heeft per 1 juli 2011 gezien de huidige financiële problematiek m.b.t. het I-deel (het budget dat de gemeente ontvangt voor uitkeringen) een fors pakket aan maatregelen ingezet om het aantal WIJ/WWB-uitkeringen terug te brengen. Hierbij wordt geanticipeerd op de nieuwe WWB maatregelen door nog strakker in te zetten op het beleid dat jongeren waar mogelijk terug gaan naar school en alle geaccepteerde arbeid aanvaarden. Wanneer een jongere zich niet houdt aan een verplichting zoals het verschijnen op een afgesproken activiteit, wordt een f inanciële maatregel getroffen of het werkleeraanbod, en daarmee de uitkering, beëindigd.

Deelt u de mening dat werk boven uitkering gaat en dat sancties zoals het stopzetten van een uitkering gepast zijn bij het weigeren van werk? Zijn de wettelijke mogelijkheden daartoe ook voldoende aanwezig? Antwoord Ik onderschrijf volledig de stelling dat werk boven uitkering gaat. Dit is ook het standpunt van het huidige Kabinet en is tevens het algemeen uitgangspunt van de WWB. De WWB biedt gemeenten al veel ruimte om sancties op te leggen indien de verplichtingen niet of onvoldoende worden nageleefd. Bezien wordt of nadere wet- en regelgeving op dit vlak nodig is om mensen sneller uit een uitkering te krijgen. Vraag 5 Wat is uw reactie op het gegeven dat vanuit de gemeente bustochten worden georganiseerd om werkloze jongeren kennis te laten maken met het werk in de haven? Wat is uw reactie op het gegeven dat, hoewel tientallen jongeren zich hebben opgegeven op de banenmarkt, er uiteindelijk maar drie zijn komen opdagen, terwijl er genoeg werk voor hen is en de lonen hoog ligge n in de haven? Worden hier consequenties aan verbonden? Zo nee, waarom niet? Wordt het niet participeren aan deze kennismakingstour gezien als het frustreren van het traject naar werk? Zo nee, waarom niet? Zo ja, wat zijn de gevolgen? Antwoord Bij navraag bij de gemeente Rotterdam is gebleken dat de banenmarkt en de bustochten niet specifiek zijn georganiseerd voor jongeren met een uitkering, maar voor alle jongeren in de deelgemeente Feijenoord met belangstelling voor de activiteiten in de haven. Deelname werd niet verplicht gesteld in het kader van toegeleiden naar werk. Deelname aan de bustocht kan voor nietuitkeringsontvangers niet verplicht worden gesteld. De gemeente Rotterdam hanteert voor uitkeringsontvangers wel sancties. Wanneer een jongere zich niet houdt aan een verplichting, zoals het verschijnen op een afgesproken activiteit, wordt een financiële maatregel getroffen of wordt het werkleeraanbod, en daarmee de uitkering, beëindigd. De werving wordt inmiddels individuee l aangepakt en dit lijkt succes op te leveren, zoals blijkt uit de cijfers bij het antwoord op vraag 3. Vraag 6 Deelt u de mening dat de mis-match op de arbeidsmarkt één van de grootste uitdagingen is voor de toekomst? Vindt u dat werken in de haven deze jongeren een kans op werk en inkomen biedt? Welke initiatieven worden ondernomen om de mis-match op de arbeidsmarkt aan te pakken? Antwoord Met u ben ik van mening dat het goed matchen van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt zowel nu als in de toekomst van groot belang is en blijft. Mede om deze reden heb ik met het UWV afspraken gemaakt om werkzoekenden die langer dan een jaar werkloos zijn intensief te begeleiden en een passend werk aanbod te doen. Ook vind ik dat gemeenten en UWV uitkeringsontvangers meer dan nu het geval is moeten aanspreken op hun inspanningen om aan het werk te komen. In dit verband wordt in samenwerking met de VNG en Divosa een extra kwaliteitsimpuls gegeven aan vakmanschap. Deze impuls richt zich op een ver betering van de effectiviteit, efficiency en resultaten van sociale diensten.

Vacatures in de haven bieden daarbij een prima perspectief -ook voor werkloze jongeren- om uit de uitkering te geraken. Vraag 7 Deelt u de mening dat het volkomen ongewenst is dat er enerzijds veel werkloosheid is onder jongeren en dat er anderzijds veel vraag is naar jongeren, maar dat deze jongeren toch niet aan de slag gaan? Antwoord Ja. Vraag 8 Deelt u de mening dat de beste manier om de jeugdwerkloosheid aan te pakken is door te voorkomen dat jongeren in de kaartenbak komen? Deelt u daarnaast de mening dat de schakel tussen het onderwijs en de arbeidsmarkt belangrijk is? Ten aanzien van het werk in de haven, welke initiatieven worden hier ontplooid in de samenwerking tussen zowel de werkgever, de gemeente als de onderwijsinstellingen? Antwoord Ik deel dat. Voorkomen is beter dan genezen. De gemeente Rotterdam is er zich terdege van bewust dat werken in de haven toekomst heeft en er zijn dan ook meerdere initiatieven in de gemeente om te voorzien in de huidige en toekomstige personeelsbehoefte van de haven. Enkele voorbeelden van Rotterdamse initiatieven zijn: Het Werkgeversservicepunt Daad heeft de afgelopen 5 jaar vanuit het project Revit/Nieuwe Instroom in de haven ongeveer 100 jongeren per jaar naar werk in de haven geleid via een leerwerktraject. Tijdens de jaarlijkse Wereldhavendagen in Rotterdam is altijd een speciaal onderdeel gericht op het interesseren van jongeren voor de haven. Deltalinqs, een ondernemersvereniging van havenorganisaties in Rotterdam, is continu zeer actief in het promoten van het werken in de haven van Rotterdam. Verder wijs ik er op dat gemeenten een aanzienlijk (financieel) belang hebben bij het effectief vormgeven van hun beleid en hun uitvoeringspraktijk om: instroom in de bijstand te voorkomen door school en arbeidsmarkt aan elkaar aan te laten sluiten, instroom in de bijstand te voorkomen door actief vraag en aanbod te (laten) matchen, uitstroom uit de bijstand te bevorderen door uitkeringsontvangers via informatie v oorziening, bemiddeling en drang en dwang (actieve handhaving) te matchen op de beschikbare vacatures. Datum 28 november 2011 Onze referentie R&P/RA/2011/20836


1) De Pers van 9 november 2011