Positief effect tv-serie De Rechtbank beklijft


Positief effect tv-serie De Rechtbank beklijft

Den Haag , 15-11-2012

De vorig jaar uitgezonden tv-serie De Rechtbank leidde tot een beter imago van de rechter bij mensen die naar de serie keken. Dit positieve effect lekte in de loop van de tijd wel enigszins weg. Het oordeel van kijkers over rechters bleef echter per saldo positiever dan het oordeel van mensen
die de serie niet zagen.

Dat schrijven Albert Klijn, wetenschappelijk adviseur van opleidingsinstituut SSR, en Marnix Croes, als onderzoeker verbonden aan het WODC van het ministerie van Veiligheid en Justitie in hun artikel PDF'Het effect van de televisieserie 'De Rechtbank': beklijft het'' (PDF, 61,8 Kb) dat vandaag
verschijnt in TREMA, het blad van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak. Het onderzoek werd verricht door BTC Mediatest in opdracht van de Raad voor de rechtspraak.

De effecten van De Rechtbank op het oordeel van kijkers werden na de eerste serie afleveringen, uitgezonden in de periode november 2010 - februari 2011, direct gemeten door de Raad voor de rechtspraak. De serie trok een breed publiek (gemiddeld 900.000 kijkers) en werd inhoudelijk goed
beoordeeld: 76 procent vond de serie informatief en 65 procent vond de uitzendingen begrijpelijk voor iedereen.

Positief

Het onderzoek toonde op verschillende onderdelen positieve effecten aan. Zo bleken er effecten te zijn op de `algemene kennis over de gang van zaken tijdens een rechtszitting'. Objectief gemeten is er geen significant effect op de algemene kennis, maar 66 procent van de respondenten zegt dat
hun kennis over de rechtspraktijk is toegenomen.
Wel trad er verandering op wat betreft het vertrouwen in rechters: de serie resulteerde in een toename van 8 procent in het algehele vertrouwen in de rechter. Ook bleek het vertrouwen in verschillende deelaspecten van het optreden van de rechter toegenomen, zoals het vertrouwen in de
onpartijdigheid en integriteit. Vooral de eigenschap `zich kunnen verplaatsen in slachtoffers' sprong er uit (een 18 procent hogere score). Ook aspecten als `goed kunnen luisteren' (+ 11 procent) en `weten wat er speelt in de samenleving (+ 10 procent) werden na het zien van de tv-serie
positiever beoordeeld.

Beklijven

De auteurs bekeken of de positieve effecten van de tv-serie ook beklijfden. Ze benaderden de mensen die aan het eerste onderzoek meededen na vier maanden nog een keer. Het opgedane vertrouwen in de Rechtspraak blijkt in de maanden maart tot en met half juni 2011voor ongeveer de helft te zijn
weggelekt. Dat het vertrouwen later lager is, verbaasde de onderzoekers op zichzelf niet. "Voor een deel is dit te verklaren door het vergeeteffect", zegt Albert Klijn. "Dat is in de wetenschap een bekend verschijnsel. Vertaald naar dit onderzoek: mensen herinneren zich de indruk die rechters
op hen maakte na verloop van tijd niet meer in dezelfde mate." Maar dat het niveau lager was dan voor de uitzending van de serie, verraste de auteurs.

Berichtgeving

Het vergeeteffect verklaart het afnemende vertrouwen niet geheel, het vertrouwen in rechters daalde ook bij niet-kijkers, zij het in iets mindere mate. De auteurs zoeken hiervoor een verklaring in een factor waaraan zowel kijkers als niet-kijkers zijn blootgesteld: de berichtgeving in diverse
media over rechtspraak in de onderzochte periode. En er was in die periode nogal wat negatieve aandacht: de nasleep van het proces-Wilders, het bezwaar van de PVV tegen de benoeming van Ybo Buruma in de Hoge Raad, Wilders wilde af van de levenslange benoeming van rechters en oud-rechter
Kalbfleisch trad noodgedwongen af bij de Nederlandse Mededingsingsautoriteit als gevolg van de Chipsholaffaire. Het vertrouwen in de rechter onder de niet-kijkers werd daardoor uiteindelijk geringer.

Extra teleurgesteld

Antwoord op de vraag hoe het kan dat het vertrouwen in rechters van kijkers naar de tv-serie in deze periode naar verhouding meer afnam dan het vertrouwen van niet-kijkers, hebben de onderzoekers niet. Klijn: "Het zou kunnen dat juist degenen die de rechters zo goed aan het werk zagen in De
Rechtbank, extra teleurgesteld zijn geraakt door de latere negatieve publiciteit. Maar dat is slechts een hypothese."
Blijft staan dat per saldo mensen die de serie De Rechtbank op televisie hebben gezien, positiever oordelen over rechters dan mensen die niet keken. Betekent dit dat er permanent een dergelijke serie op tv te zien zou moeten zijn? Klijn, met een verwijzing naar de genoemde negatieve
publiciteit over rechtspraak: "Ik denk dat winst voor het imago van de rechter vooreerst moet worden gezocht in het vermijden van brokken in de dagelijkse praktijk. Dat zorgt voor een situatie waarin prikkels zoals deze serie een periodieke onderhoudsdosis kunnen vormen."