Media dominant bij tv-debatten

Bij de vele lijsttrekkersdebatten tijdens de laatste verkiezingscampagne hadden de redacties van de tv-zenders de meeste invloed op de gang van zaken: zij en niet de politieke partijen bepaalden in hoge mate de gespreksthema's en de spelregels.

Bij de actualiteitenrubrieken en de talkshows kwam het geregeld voor dat vooral de grote politieke partijen invloed konden uitoefenen op de inhoud en de vorm van de uitzending.

Dat blijkt uit een onderzoek dat de vier scholen voor journalistiek in Nederland tijdens de campagne van augustus/september vorig jaar hebben gehouden. Studenten hebben meegelopen bij de meeste redacties van kranten, radio- en tv-programma's en verzamelden informatie over de manier waarop de campagne werd verslagen. Alleen De Telegraaf en het Algemeen Dagblad weigerden medewerking.

Het maken van afspraken over deelname van politici aan interviews en debatten komt dagelijks voor, zeker tijdens de verkiezingscampagne. Uit het onderzoek blijkt dat de redacties van kranten daarin een uitgesproken onafhankelijke positie innemen; zij zijn voor hun werk niet van de politici afhankelijk. Vooral bij de televisie ligt dat anders: zonder politici geen programma. Deze keer waren er uitzonderlijk veel live-debatten in de drie weken voor de verkiezingen. Uit het onderzoek blijkt dat de politieke partijen op de te behandelen thema's nauwelijks invloed hebben gehad. Er was wel veel discussie over de vraag wie aan een debat mochten meedoen, vooral rond het zogeheten `premiers-debat' van RTL op 26 augustus. RTL wilde slechts vier deelnemers toelaten en wees de verzoeken van D66 en het CDA om alsnog aan te schuiven gedecideerd af. De NOS heeft als publieke omroep die keuze niet gemaakt en liet aan het slotdebat van 11 september liefst elf partijen meedoen. De thema's zijn in alle verkiezingsdebatten door de redacties zelf bepaald.

Uit het onderzoek van de scholen voor journalistiek blijkt verder dat bij actualiteitenprogramma's en talkshows politieke partijen veel meer eisen konden stellen. Zo wilde de VVD niet dat lijsttrekker Rutte samen met cabaretier Freek de Jonge aan tafel kwam, en weigerde Geert Wilders kort voor een Nieuwsuur-uitzending (toen de bewaking niet meer kon worden afgezegd) met Alexander Pechtold in debat te gaan. De steviger positie van de partijen komt volgens de onderzoekers omdat ze bij al die politieke programma's meer alternatieven hebben. Volgens VVD-voorlichter Henri Kruithof lag zijn partij voortdurend in de clinch met allerlei programma's. Hij vond de strijd tussen partijen en media feller dan ooit, maar omdat iedereen elkaar nodig heeft zijn volgens Kruithof de onderlinge verhoudingen goed gebleven.

Onderhandelingen tussen kranten en politieke partijen beperken zich over het algemeen tot de weergave van interviews. Bij deze campagne hebben zich op dat punt geen problemen van betekenis voorgedaan. Het was de eerste keer dat de vier scholen voor journalistiek (in Ede, Tilburg, Utrecht en Zwolle) gezamenlijk een onderzoek hebben gehouden. Ze deden dat vooral omdat onderhandelen met bronnen, en zeker ook met politici een belangrijk onderdeel van het journalistieke werk is geworden, waar op de opleiding tot nu toe weinig aandacht aan is besteed. Het is de bedoeling van de scholen dit facet van het vak in het onderwijs een plaats te geven.

Over Hogeschool Utrecht

Hogeschool Utrecht (HU) is een kennisorganisatie die door hoogwaardig onderwijs en onderzoek werkt aan innovatie en professionalisering van de beroepspraktijk en de ontwikkeling van talent. De circa 50 lectoren zijn de vaandeldragers van het praktijkgericht onderzoek van de HU. Zij werken met elkaar binnen zes kenniscentra, elk verbonden aan een van de faculteiten van de HU. De lectoren formuleren hun onderzoeksprogramma's in dialoog met de beroepspraktijk en werken nauw samen met andere onderzoekers, studenten en docenten. De voor de regio Utrecht belangrijke terreinen als Zorg & Technologie, Creatieve Industrie, Duurzaamheid en Werken en leren in de Wijk zijn door de HU onderscheiden als speerpunten van onderzoek. www.onderzoek.hu.nl