Nieuwsbericht | 19-02-2015 | 14:51

De Defensieministers van de 28 EU-lidstaten zijn gisteren en vandaag bij elkaar in het Letse Riga. Ze spraken naast de actuele ontwikkelingen in onder meer Oost-Oekraine over de noodzaak om tot meer gemeenschappelijke inspanning op het gebied van hybride oorlogsvoering. Hierbij speelt, naast wapensystemen, strategische communicatie een belangrijke rol.

Ten aanzien van die communicatie onderschreef minister Jeanine Hennis-Plasschaert het belang van het gecooerdineerd uitdragen van het Europese gedachtengoed. Dat is gebaseerd op democratische waarden en normen. Ook het weerspreken van feitelijke desinformatie, zoals in het geval van Rusland of ISIS vindt de minister van groot belang: "Maar daarbij is voorzichtigheid geboden, we moeten vermijden dat we eigen propagandacampagnes opzetten. Belangrijker is dat we vrije en onafhankelijke media en de vrijheid van meningsuiting blijven stimuleren", aldus minister Hennis.

Zorg om Oost-Oekraine

De ministers spraken in Riga ook hun zorg uit over de actuele ontwikkelingen in Oost-Oekraine. Met name de situatie rond de stad Debaltseve heeft hun aandacht. De Hoge Vertegenwoordiger Federica Mogherini riep Rusland en de separatisten namens de EU op per direct hun militaire activiteiten te staken en de afspraken uit het Minsk-akkoord te gaan uitvoeren. Dit betekent een algeheel staakt-het-vuren en het terugtrekken van de zware wapens. Hennis: "Het Minsk-akkoord gaat over het stoppen van de gevechten in alle steden in Oost Oekraine, zonder uitzondering."

EU-Battlegroup voortouw bij crisis

Uiteraard was er ook bezorgdheid over de recente aanslag in Kopenhagen en de ISIS-aanwezigheid in Libie. Minister Hennis: "Dit illustreert dat we binnenlandse veiligheid niet los kunnen zien van externe veiligheid. We zullen crises bij de wortel moeten aanpakken, om te voorkomen dat ze overslaan naar onze steden". De ministers bespraken inzetscenario's in crisisgebieden die een potentiele bedreiging vormen voor de Europese veiligheid. In dat verband werkt de EU aan een snellere inzetbaarheid, met name van de EU-Battlegroups. Minister Hennis bepleitte dat deze gevechtsgroepen bij crisis het voortouw nemen en niet alleen `gaten vullen'. "Daarbij gaat het om de politieke wil van alle EU-lidstaten om ze ook in te zetten. Militair gezien zijn we er klaar voor."

Ook de lopende militaire EU-operaties stonden op de agenda. De verschillende operationele commandanten informeerden de ministers over de voortgang van de missies, zoals in Mali, de Centraal Afrikaanse Republiek en in de Hoorn van Afrika.

Letland is momenteel EU-voorzitter, in de eerste helft van 2016 valt de beurt aan Nederland.