Toespraak van minister Dijsselbloem tijdens het evenement 'Later 2015' Toespraak van minister Dijsselbloem van Financien tijdens het evenement 'Later' op 5 maart in Amsterdam. Toespraak | 05-03-2015 | Financien

Toespraak van minister Dijsselbloem van Financien tijdens het evenement 'Later' op 5 maart in Amsterdam.

Dames en heren,

Ik neem u even mee naar een andere tijd en plaats: Wageningen, 1993.

Ik was nog maar een paar jaar afgestudeerd.

Een jaar later zou ik gemeenteraadslid worden, maar tot die tijd verdiende ik de kost met twee deeltijdbaantjes van twee dagen in de week.

En beide contracten liepen nog maar een jaar.

Hoewel je toen veel gemakkelijker een hypotheek kon krijgen, fronsten de banken bij dit verhaal toch wel even de wenkbrauwen.

Maar dankzij de perfecte bemiddeling van mijn adviseur kreeg ik een hypotheek die mij paste als een handschoen en kon ik dus mijn eerste huis kopen.

Of `hutje', beter gezegd.

Ik ben al die jaren, tot op de dag van vandaag, trouw gebleven aan die financieel adviseur.

Inmiddels is het kantoor overgegaan van moeder op zoon, maar ze regelen er nog steeds alles voor me, tot volle tevredenheid.

Dames en heren, ik ben dus ook gewoon een klant.

Want voor mij geldt net als voor heel veel anderen: weinig tijd, veel te doen en financiele zaken regel je niet tussen neus en lippen door.

Ik geloof dat ik niet de enige in deze zaal ben, voor wie dat geldt.

De meeste mensen hier in de zaal zijn tussen de 35 en 55.

U heeft een goede baan in loondienst.

Of u bent ondernemer.

U heeft allemaal vermogen.

En u staat allemaal voor de vraag: hoe stel ik dit vermogen in de toekomst veilig?

Hoe betaalt u voor uw kinderen, pensioen, huis en zorg?

En hoe spaart u daarnaast ook nog genoeg voor later?

Waar moet u in de toekomst rekening mee houden als het om geld gaat?

Er is goed nieuws, want er zijn drie regels.

Er is ook slecht nieuws, want u gaat deze regels niet allemaal even leuk vinden.

Laten we met het slechte nieuws beginnen, dan hebben we dat gehad.

De eerste regel is voor een aantal aanwezigen ontnuchterend:

Begin niet pas op uw 35ste over uw financien na te denken.

We hebben net gehoord hoe moeilijk het is aangeleerd gedrag te veranderen.

Begin dus goed en leer al jong financiele zaken te regelen.

Het liefst al op de basisschool.

Want of het nou om voldoende lichaamsbeweging, gezond eten of verstandig omgaan met geld gaat: slechte eigenschappen leren we moeilijk af, terwijl we van een goed patroon ons hele leven profijt hebben.

Daarom organiseert Wijzer in Geldzaken, dat door het ministerie van Financien is opgericht, van 9 tot 13 maart de Week van Geld.

Dan bezoeken we scholen met onder meer banken en verzekeraars.

We geven in totaal zo'n 4000 gastlessen en praten met ouders.

Want wie jong financieel zelfredzaam is, heeft daar zijn hele leven plezier van.

Wie vroeg begint heeft dus een voorsprong, maar gelukkig is het nooit te laat.

Daarmee komen we bij het goede nieuws.

De tweede regel is: anticipeer op de lange termijn.

Uit het jaarlijkse onderzoek naar het financieel gedrag van Nederlanders blijkt dat 87 procent van de Nederlanders spaart.

We sparen voor onderhoud aan ons huis.

En we houden er rekening mee dat de auto een keer kapotgaat.

Ik denk dat u allemaal bij deze groep hoort en dat is mooi.

Maar dat is niet het hele verhaal.

Want we houden weliswaar buffers aan, maar we zijn slecht voorbereid voor de lange termijn.

Dat is minder mooi.

Slechts 18 procent van de Nederlanders denkt financieel gezien verder dan 10 jaar vooruit.

En het zou toevallig zijn als u ook allemaal bij deze groep hoort.

Terwijl dat wel verstandig is.

Maak bijvoorbeeld een pensioenplan.

Dat doet lang niet iedereen.

Uit de meest recente Pensioenmonitor blijkt dat slechts 11 procent van de Nederlanders geregeld naar zijn pensioen kijkt.

En 4 op de 10 Nederlanders zijn niet financieel voorbereid op hun pensioen.

Daar komt nog bij dat de meerderheid van de Nederlanders zijn pensioengerechtigde leeftijd te rooskleurig inschat.

Het is bekend dat de AOW-leeftijd tot 67 oploopt in 2023.

Maar dat de AOW-leeftijd daarna gekoppeld is aan de levensverwachting, is bij velen onbekend.

Iemand van 35 moet naar verwachting doorwerken tot hij minimaal 70 jaar is.

Dat weet tweederde van deze leeftijdsgroep niet.

Maak dus een plan.

En vergeet daarbij niet hoe uw huishoudfinancien eruitzien als u of uw partner komt te overlijden, morgen of na pensionering.

Daar kunt u vandaag nog mee beginnen met de online rekentool `Wat moet ik doen voor mijn pensioen?' van Wijzer in Geldzaken.

Bedenk daarnaast dat een hypotheek ooit toch echt afbetaald moet worden.

Houd er sowieso bij een koophuis rekening mee dat niet alle relaties de eeuwigheid hebben.

Ik ben voor romantiek, maar als het op financien aankomt, kijk ik graag naar statistiek.

Door alvast af te betalen of een lagere hypotheek te nemen dan de waarde van het huis, neemt de kans op een restschuld bij gedwongen verkoop af.

Kijk verder vooruit dus.

Maar dat moet dan ook goed mogelijk zijn.

Op dit moment is er te weinig keuzevrijheid om te sparen, aflossen of consumeren.

We sparen veel voor ons pensioen, maar dit is verplicht en rigide.

Volgens een recente studie van De Nederlandsche Bank kunnen we in Nederland dan ook minder snel bij ons vermogen, ook in slechte tijden, dan in Belgie en Duitsland.

Wij zetten ons geld vast in stenen of pensioen, terwijl mensen over de grens meer vrij beschikbaar kapitaal opbouwen.

DNB concludeert ook dat de timing van onze besparingen niet altijd goed aansluit bij de levensloop van huishoudens.

Vooral in de dure fase van het leven, als we veel moeten betalen voor onze kinderen en ons huis, blijft er weinig over.

Daar ligt ook een taak voor de overheid.

We moeten ons beleid hierop aanpassen.

Met minder belastingdruk op werkenden.

Met meer keuzevrijheid in onze pensioensopbouw.

Met minder schuldenopbouw voor ons huis.

En vooral met meer flexibiliteit.

Dames en heren,

Stel u heeft financieel vooruitgedacht.

U houdt geld over.

Wat dan?

Gaat u sparen of beleggen?

Investeert u in uw woning of in kunst?

Ik ben natuurlijk geen financieel adviseur.

Maar ik kan wel een ding zeggen over de keuze die u met uw vermogen maakt en dat is de derde regel:

Kies financiele producten bewust.

Dat bleek in het recente verleden niet altijd eenvoudig.

Financiele producten waren ondoorzichtig.

In sommige gevallen ronduit oneerlijk.

Met kleine lettertjes.

Met verborgen kosten.

En voor veel mensen onbegrijpelijk.

Als de verkoper zijn product zelf niet begreep, dan moeten we ons afvragen waar we mee bezig zijn.

Hier ligt een verantwoordelijkheid voor de financiele sector.

Zij zijn door de crisis met de neus op de feiten gedrukt.

En ik weet dat zij vooruitgang boeken. Soms daarbij geholpen door een actieve toezichthouder.

Maar de klanten spelen zelf ook een rol.

Als u ervoor kiest om uw geld te beleggen, dan heeft u ook zelf een verantwoordelijkheid zich verstandig te gedragen.

Beleg alleen met geld dat u overheeft, bijvoorbeeld.

Beleg niet met geleend geld.

En ben eerlijk over uw eigen beperkingen.

Als u het allemaal begrijpt, dan kunt u overwegen zelf te beleggen.

Maar als u twijfelt of geen tijd hebt, neem dan een adviseur in de arm.

Dit is voor veel Nederlanders nog een blinde vlek.

Toen de onderzoekers van Wijzer in Geldzaken naar de betekenis van verantwoordelijk financieel gedrag vroegen, noemde niet een respondent `goede financiele producten'.

Terwijl het juist de kunst is te weten wat u niet weet.

De kunst is de juiste hulp in te schakelen.

De kunst is te weten dat voor niets de zon opgaat.

Want de belofte van een hoog rendement betekent altijd meer risico.

Altijd.

Dames en heren,

Wat u met uw geld doet is uiteindelijk aan u.

Mijn boodschap is dan ook heel eenvoudig.

Koop eerst een spaarpot voor uw kinderen.

Denk vervolgens aan de lange termijn.

En beleg met verstand.

Uw eigen verstand of dat van een specialist.

Dank u.

Vragen? Bel Informatie Rijksoverheid: 1400

Verantwoordelijk ministerie

* Ministerie van Financien