Wereldgezondheidsdag: onveilig voedsel veroorzaakt 200 ziekten


07.04.2015

Vandaag is het Wereldgezondheidsdag. Het centrale thema is voedselveiligheid. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) worden meer dan 200 ziekten veroorzaakt door onveilig voedsel. Als een van de oorzaken noemt de WHO schadelijke chemische stoffen die in ons voedsel voorkomen. Wemos
deelt de zorg van de WHO. Sommige van deze schadelijke stoffen worden namelijk in verband gebracht met de toename van hormoongerelateerde aandoening zoals borst- en zaadbalkanker en onvruchtbaarheid.

Om welke stoffen gaat het en wat doen ze?
Een hormoonverstorende stof is een lichaamsvreemde stof die in staat is het hormonale systeem van mensen of dieren te ontregelen. Deze stoffen kunnen onderdeel uitmaken van bijvoorbeeld bestrijdingsmiddelen, cosmetica en voedselverpakkingsmaterialen. In 2013 publiceerden de WHO en UNEP het
rapport `State of the science of endocrine disrupting chemicals', waarin hormoonverstorende stoffen een mondiale bedreiging voor de volksgezondheid worden genoemd. Er zijn ongeveer 800 stoffen waarvan wordt aangenomen dat ze een hormoonverstorende werking hebben. Bisphenol-A (BPA), parabenen
en ftalaten zijn veelgenoemde voorbeelden.
Een recent Frans onderzoek onder jonge vrouwen toonde aan dat de vrouwen gemiddeld 19 schadelijke, hormoonverstorende stoffen in hun lichaam hadden. In Nederland werd in de urine van zwangere vrouwen BPA gevonden. Deze stof wordt veel gebruikt in voedselverpakkingsmaterialen. Vanuit de
verpakkingsmaterialen, bijvoorbeeld een conservenblikje, lekt de stof in het voedsel. Dit is een grote reden tot zorg. Vorig jaar uitte de Gezondheidsraad haar zorg over prenatale blootstelling aan BPA. Blootstelling in de prenatale fase kan leiden tot een verhoogde kans op kanker en schade
aan het zenuwstelsel in het latere leven.

Kosten voor de gezondheidszorg
Vorige maand publiceerde een consortium van internationale wetenschappers, verbonden aan de Endocrine Society, een studie waaruit bleek dat blootstelling aan hormoonverstorende stoffen de gezondheidszorg in de Europese Unie jaarlijks 157 miljard euro kost. Uit een studie van de Nordic Council
of Ministers, de ministerraad van vijf Scandinavische landen, bleek dat mannelijke onvruchtbaarheid als gevolg van blootstelling aan hormoonverstorende stoffen, de Scandinavische gezondheidszorg vele miljoenen kost.

Wat doen andere Europese landen?
Naar aanleiding van de toename van hormoongerelateerde kankers, zoals borst- en zaadbalkanker, heeft de Franse regering in 2014 een nationaal plan in werking gesteld. Dit nationaal plan omvat onder andere een verbod op BPA in voedselcontactmaterialen in Frankrijk, meer onderzoek naar
hormoonverstorende stoffen en voorlichting over de risico's van blootstelling aan hormoonverstorende stoffen.

In de jaren '90 bleek dat in Denemarken relatief veel mannen te maken kregen met vruchtbaarheidsproblemen en zaadbalkanker. Dit resulteerde ook daar in een nationaal plan waarin kennisopbouw en voorlichting aan zwangere vrouwen over de risico's van hormoonverstorende stoffen centraal staan.

Wat doet Nederland?
Nederland heeft, samen met de Scandinavische landen, de Europese Commissie opgeroepen om meer maatregelen te treffen. Wemos is een groot voorstander van maatregelen op Europees niveau, maar op het gebied van hormoonverstorende stoffen reageert de Europese Commissie erg traag. Juist omdat de
risico's voor de volksgezondheid zo groot zijn, roepen wij de Nederlandse overheid, in navolging van Frankrijk en Denemarken op, om ook in eigen land actie te ondernemen. Wemos pleit ervoor dat de Nederlandse overheid zwangere vrouwen voorlicht over de risico's van schadelijke,
hormoonverstorende stoffen. Daarnaast willen we dat Nederland stappen neemt om deze stoffen in voedselverpakkingsmaterialen te vervangen.