College kiest voor gebalanceerde benadering in kadernota 2016-2019


14 april 2015

Stevige basis ondanks financiele tegenvallers

Het zijn turbulente tijden voor gemeenten. Er is veel te doen rond de gedecentraliseerde taken in het sociale domein en rond diverse regionale ontwikkelingen. Er zijn de nodige financiele onzekerheden. In Purmerend is er mede door de verliesvoorziening Baanstee-Noord nog geen zicht op een
algemene reserve van EUR 20 miljoen, de streefhoogte uit het coalitieakkoord. Daarnaast is het college van B en W tijdens de besprekingen over de kadernota overvallen door een tegenvaller van EUR 1,4 miljoen. Deze tegenvaller komt voort uit de voorlopige verdeling van rijksgelden die gemeenten
ontvangen uit het zogenaamde gemeentefonds en is nog niet helemaal zeker. Tegen deze achtergrond biedt het college op dinsdag 14 april de kadernota 2016-2019 aan de gemeenteraad aan.

Kadernota

De kadernota beschrijft de financiele positie van de gemeente Purmerend en benoemt niet-beinvloedbare ontwikkelingen en keuzes die budgettair en beleidsinhoudelijk van invloed zijn op de meerjarenbegroting die in november wordt behandeld door de gemeenteraad. De tegenvaller van EUR 1,4 miljoen
werpt vooralsnog een ander licht op de ambities en wensen van het college. Voorzichtigheid is geboden.

Ruimte voor ontwikkelingen en keuzes

Het college vindt het echter niet verstandig om nieuwe ontwikkelingen en keuzes helemaal geen ruimte meer te geven. Daarom legt het college de raad evengoed een aantal keuzes voor. De ontwikkelingen en keuzes leiden door de tegenvaller van EUR 1,4 miljoen tot een structureel gat in de
begroting van EUR 0,74 miljoen. Het is niet zeker dat het daadwerkelijk nodig zal zijn, maar het college legt de raad toch een aantal zoekrichtingen voor om voor ontwikkelingen en keuzes geld vrij te kunnen maken.

Zoekrichtingen en vervolg

Om eventueel ruimte te kunnen creeren voor ontwikkelingen en keuzes, wordt gedacht aan een herziening van in het verleden gemaakte keuzes (met gevolgen voor de organisatie), een bezuiniging op subsidies, een taakstelling op verbonden partijen en een lastenverhoging. Op deze wijze wordt de pijn
verdeeld, blijven de gevolgen beperkt en is sprake van balans tussen de groei van de algemene reserve en nieuwe ontwikkelingen en keuzes. Definitieve besluiten worden pas in november bij de meerjarenbegroting genomen. Op 30 april is er een technische vragenmarkt voor de gemeenteraad, op 19 mei
om 19.00 uur is er een vergadering waar burgers kunnen inspreken over de kadernota. In de maand mei wordt de kadernota in de raadcommissies behandeld en op 10 juni in de gemeenteraad.