Alternatief voor Beschikking geen loonheffing


19-05-2015

Het kabinet heeft een "alternatief voor de Beschikking geen loonheffing (BGL)" geformuleerd, waarmee het opdrachtgevers en opdrachtnemers meer zekerheid wil geven over de fiscale gevolgen van hun arbeidsrelatie. Het plan voor een "alternatief voor de BGL" betreft een wijziging van het eerdere
plan van het kabinet om de verschillende vormen van de Verklaring Arbeidsrelatie (VAR) te vervangen door een Beschikking geen loonheffingen. Deze beschikking moest bepalen dat er geen sprake is van inhoudings- en premieplicht voor de loonheffingen en verzekeringsplicht voor de
werknemersverzekeringen, indien de werkzaamheden worden uitgevoerd conform de voorwaarden en omstandigheden die in de beschikking staan. Het alternatief voor de BGL introduceert modelovereenkomsten op sectorniveau. Deze modelovereenkomsten vervangen de individuele beschikkingen. De
Belastingdienst kan op voorhand aangeven of bij het gebruik van de modelovereenkomsten sprake is van een inhoudings- en premieplicht voor de loonheffingen en verzekeringsplicht voor de werknemersverzekeringen. Net als bij het voorstel voor de BGL maakt het kabinet bij het alternatief voor de
BGL opdrachtgevers medeverantwoordelijk voor het uitvoeren van de werkzaamheden conform de goedgekeurde (model)overeenkomsten.



In zijn advies heeft Actal het voorstel voor een alternatief voor de BGL bezien als onderdeel van de wetswijzigingen om de Verklaring arbeidsrelatie te vervangen. Actal stelt vast dat het alternatief voor de BGL minder administratieve lasten met zich meebrengt dan de BGL. Wel ziet Actal
risico's bij het gebruik van de modelovereenkomsten in de praktijk. Modelovereenkomsten die zijn `goedgekeurd' door de Belastingdienst, kunnen in de praktijk als `verplicht' worden ervaren. Indien precies volgens `het papieren contract' moet worden gewerkt, kan dat voor sommige sectoren
onbedoelde en onvoorziene gevolgen hebben. Hierdoor zal de aanpak met modelovereenkomsten de regeldruk onderschatten die opdrachtgevers en opdrachtnemers feitelijk ervaren. In zijn advies noemt Actal zes maatregelen waarmee het kabinet de regeldrukgevolgen kan beperken. Verder constateert
Actal dat ook het voorstel voor het alternatief voor de BGL de medeverantwoordelijkheid van opdrachtgevers intact laat (vergeleken met het eerdere voorstel). Deze medeverantwoordelijkheid is bedoeld om schijnzelfstandigheid tegen te gaan. Actal constateert dat het kabinet de omvang van
vermoede structurele schijnzelfstandigheid - en daarmee de proportionaliteit van deze maatregel - nog niet heeft aangetoond.